Boek: Praktische verloskunde (Prins, v Roosmalen, Sherjon, Smit, 13e druk) Flashcards
Waar zit de fundus uteri postpartum?
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Iets onder de navel, bij multipara vaak wat hoger
Waar zit de fundus uteri 10-14 dagen na partus?
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Iets boven de symfyse
Wat is de verandering in grootte en gewicht van de uterus?
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Van 15 cm en 1 kg
Naar 9 cm en 100 g
Wat is het decidua?
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Speciale laag cellen in het endometrium die het bed voor de placenta vormt
Wat is lochia?
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Kraamzuivering, het uitstoten van de oppervlakkige laag van het decidua na de partus
Welke verschillende soorten lochia zijn er?
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Lochia rubra: Bloederig
Lochia serosa: Sereus en bruin
Lochia alba: Witgelig
Hoe kan je een nullipara en een multipara onderscheiden tijdens een speculo?
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Multipara hebben een blijvende voor- en achterlip bij de cervix
Hoelang heeft het bekkenbodem nodig om te herstellen van een partus?
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
3-6 maanden
Wat is diastase?
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Het uiteenwijken van de rechte buikspieren (musculi recti abdominis) van de peesplaat (linae alba)
Noem bij de vlakken van Hodge hoever het hoofdje is ingedaald.
H5, blz 126
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Wanneer het diepste gedeelte van de schedel bij H.. is, is het hoofdje: H1 Niet ingedaald H2 Een derde ingedaald H3 Half ingedaald H4 Geheel ingedaald
Na hoeveel minuten is de placenta meestal losgewoeld? Hoe wordt de placenta losgewoeld?
H5, blz 157
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
15 minuten
De uterus gaat door retractie en contracties kleiner worden met dikkere wanden. De intra-uteriene druk is door de dikkere wand veel hoger tijdens contracties dan tijdens het vorige tijdperk.
De uterus wordt kleiner, maar de placenta kan zich niet kleiner maken. Decidua gaat daardoor verscheuren en er komt retro-placentair bloedverlies.
Wat zijn tekenen in het loslaten van de placenta?
H5, blz 157
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
- De fundus uteri stijgt door het retroplacentaire hematoom
- De uterus verandert van vorm (zandloper, vaak rechts)
- Helderrood vaginaal bloedverlies
- Navelstreng komt naar buiten
- De navelstreng vaten zijn leeg
Hoe kan je bepalen of de placenta losligt?
H5, blz 157
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
De handgreep van Küstner
Hoe kan je de losliggende placenta geboren laten worden?
H5, blz 157
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
- De vrouw gaat persen en je houdt je linkerhand dwars op de musculi recti abdominis. Geef enige tegendruk
- Het gecontraheerde corpus uteri naar beneden drukken uit het onderste uterus segment (OUS). Dit heet ook wel stempelen
Welke handelingen doet de verloskundige m.b.t. de moeder in het nageboortetijdperk?
H5.6
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
- Voelen hoogte van fundus
- In de gaten houden en helpen bij de geboorte van de placenta
- Totale bloedverlies meten (door middel van matjes, maatbeker)
- Onderzoeken placenta en vliezen naar compleetheid en doodlopende bloedvaten aan de randen (insinueert aanwezigheid van een bijplacenta)
- Onderzoeken navelstreng, naar aanwezigheid van twee arteriën en één vene
Wat zijn indicaties in de eerste lijn om uterotonica (oxytocine) toe te dienen in het nageboortetijdperk?
H5.6
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
- Manuele placentaverwijdering of haemorrhagia post partum (HPP) in de anamnese
- Weeënzwakte
- Hb < 6 mmol/l
- Plotseling veel bloedverlies zonder dat de placenta is geboren.
Waarom wordt methylergometrine niet aangeraden als profylaxe?
H5.6, blz 159
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
Er komen veel bijwerkingen bij kijken, zoals:
- Misselijkheid
- Braken
- Hypertensie
- Myocardinfarct
Welke handelingen doet de verloskundige m.b.t. de pasgeborene in het nageboortetijdperk?
H5.9
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
- APGAR score vast stellen één en vijf minuten na de geboorte
- Lichamelijk onderzoek
- Algehele indruk van het kind
- Kleur
- Ademhaling
- Tonus
- Huid
- Hoofd
- Ogen
- Oren
- Neus
- Mond
- Hals
- Thorax
- Buik
- Genitaliën
- Anus
- Rug en wervelkolom
- Heupen
- Armen en benen
- Middelbare schedelomtrek
- Lengte
Wat is normaal bij een lichamelijk onderzoek van een pasgeborene?
- Algehele indruk van het kind
- Kleur
- Ademhaling
- Tonus
H5.9
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
- Algehele indruk van het kind:
- Gezond, roze, geproportioneerd, symmetrische gezichtsuitdrukking, spontaan, normaal - Kleur
- Lichtroze, perifere cyanose blauwe handen en voeten is normaal - Ademhaling
- Onregelmatig, 40-60 per minuut is normaal, huilen krachtig en helder - Tonus
- Armen en benen geflecteerd en frontale/zijwaartse bewegingen (afwisselend), makkelijk laten oppakken
Wat is niet normaal bij een lichamelijk onderzoek van een pasgeborene?
- Kleur
- Ademhaling
- Tonus
H5.9
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
- Kleur
- Bleke kleur kan duiden op anemie, asfyxie of infectie - Ademhaling
- Dyspneu, kreunen, tachypneu, neusvleugelen, inspiratoire of expiratoire stridor en intercostale intrekkingen niet normaal - Tonus
- Een hypertoon kind, dus een kindje met een te lage spierspanning, laat de armen en benen hangen en strekt/verzet zich bij het oppakken
Wat is normaal bij een lichamelijk onderzoek van een pasgeborene?
- Oren
- Neus
- Mond
H5.9
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
- Oren
- Wanneer je een horizontale lijn trekt vanuit de ogen hoort de bovenkant van de oor (helix) boven of tegen deze lijn te zitten, reageert op harde geluiden door met ogen te knipperen of begint te huilen - Neus
- Doorgang moet vrij zijn, neusvleugels en neusbrug kunnen een afwijkende vorm hebben - Mond
- Kleur lippen, tong en slijmvlies is roze, hap-zoekreflex door over de wang te strijken, tandjes kunnen gevoeld worden, bij zuigen op pink voel je het harde palatum (gehemelte), epstein pareltjes (witte cysten/bultjes op gehemelte)
Wat is normaal bij een lichamelijk onderzoek van een pasgeborene?
- Heupen
- Armen en benen
- Middelbare schedelomtrek
H5.9
Prins, M., & Roosmalen, J. (2014b). Kernboek - Praktische verloskunde (13de editie). Bohn Stafleu van Loghum.
- Heupen
- Symmetrische bilplooien, knieën op gelijke hoogte (aan beentjes beetje trekken) - Armen en benen
- Tien vingers en tenen, spontane beweging armen en benen, verhouding armen en benen, normale vingers, tenen, nagels, voeten, handen - Middelbare schedelomtrek
- De circumferentia fronto-occipitalis wordt gemeten voor het consultatiebureau