Andere pathologie Flashcards

MS, tumoren, BPPD, dementie, epilepsie & infecties

1
Q

algemeen MS

A
  1. prevalentie
    - vrouwen meer als mannen
    - frequenste neurologische handicap 15-50j
    - klinische verschijnselen & erst erg wisselend
    - 90% heeft aanvankelijk voorbijgaande symptomen
    - zelden erfelijk maar toch hogere kans
  2. pathogenese
    - plaques demyelinisatie in CZS = plaques
    - auto-immuun door onstekingscellen
    - vertraagde of onderbrokenzenuwgeleiding
    - neurologische uitvalsverschijnselen
    - verloop in exacerbaties & remissies
  3. oorzaken
    - omgevingsfactoren
    - hogere prevalentie noordelijke gebieden ≈ Vit D
    - migratie na 15 jaar heeft geen effect
    - infectieuze oorzaak op jonge leeftijd en/of verstoring van immunologische mechanismen
    - waarschijnlijk door virus met lange incubatie tijd
    - atlijd samen met Epstein-Bar virus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

kliniek van MS

A
  1. soorten
    - relapsing-remitting = jonger & meer vrouwen
    - secundair progressief
    - primair progressief = 40jaar & meer mannen
  2. beginsverschijnselen
    - neuritis retrobulbaris = ontsteking n. opticus
    - focale hersenstamuitval
    - hemiparesthesiën & hemiparese
    - segmentaire sensibele uitval onder ruggenmerg niveau
    - corticaal goed bewaard: pas als chronisch = subcorticale dementie
  3. verloop
    - vaak deels recuperen van symptomen
    - recidieven = accumulerende handicaps
    - exacerbaties uitgelokt door stress, vermoeidheid, hormonaal & intercurrerende ziektes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

symptomen van MS aan hoofd

A
  1. visus stoornissen = neurtis retrobulbaris/optiva
    - 1/4 eerste symptoom
    - plotse of geleidelijke visus vermindering & pijn aan 1 oog
    - fundoscopie = in oog kijken
    - VEP potentialen
    - gunstige prognose
  2. hersenstamverschijnselen
    - diplopie = dubbelzicht
    - sensiebele stoornissen in gelaat
    - aangezicht parese
    - vertigo
    - dysfagie
    - gestoorde BERA potentialen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

symptomen van MS lichamelijk

A
  1. motorisch
    - piramidaal syndroom van OL
    - discreet = in ADL niet merken maar bij onderzoek veel vinden
    - later ook BL
    - abnormale & wisseld optredende moeheid = buien die maanden kunnen duren
  2. sensibel
    - vaak eerste symptoom
    - doof of tintelend gevoel
    - koude & jeuk
    - vooral diepe gevoelstroornissen in klinisch onderzoek
    - teken van Lhermitte = elektrische ontlading van WZ naar handen of voeten voelen
    –> ook bij discus hernia
  3. cerebellair
    - chronisch stadium
    - gangstoornissen & ataxie
    - dysarthrie
    - gesaccadeerde oogbeweingen & nystagmus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

diagnose van MS

A
  1. kliniek
    - 2 exacerbaties
    - demyelinisatie plaque zonder andere verklaring
    - op ander tijdstip & locatie
    - vb: minder zicht voor enkele weken & spacticiteit
  2. paraklinische onderzoeken
    - NMR = plaatsen van demyelinisatie aantonen
    –> opname gadolinium contrast door actieve letsels
    - evoqued potentials = SSEP, VEP, BERA & MEP
    –> haarden van demyelinisatie & geleidingsvertraging
    - analyse van lmbaal vocht = oligoclonaal patroon van eiwitten aantonen
  3. uitlokkende factoren
    - infectie
    - trauma
    - overmatige lichamelijke inspanning & vermoeidheid
    - stress
    - zwangschap
    - warmte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

medicamenteuze therapie van MS

A

= geen medicatie voor myeline herstel

  1. acute onstekingsreactie
    - bij exacerbatie
    - intraveuze of perorale stootdosis corticoïden
    –> wisselend succes
    - relatieve rust
  2. preventief eerste fase = relapsing-remitting vorm
    - onderhoudsbehandeling
    - 1/3 daling van exacerbaties
    - beta-interferon subcutaan of intramusculair
    - of glatiramer acetaat = immunomodulerend
    - preventief tweede fase = meer opstoten
    –> soms afwachten met therapie door bijwerkingen
  3. symptomatisch
    - antispastica = intrathecaal becalofen met pomp of BOTOX in spiergroepen
    - blaasfunctie verbeteren
    - pijnstillers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

algemeen fysische revalidatie van MS

A
  1. bepalen van nood revalidatie
    - meting door schalen
    - Kurtzke EDSS expandes disability status scale
    - MRD-schaal minimal record of discability
    –> beter maar langer om af te nemen
    - bepalen van insitutionalisering is individueel
  2. chronische karakter ziekte
    - hoog vertrouwen in revalidatie & team
    - relastische & gefragmenteerde doelen
    - anders frustratie patiënt & hulpverleners
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

fysische revalidatie MS

A
  1. behoud van mobiliteit
    - primaire focus
    - transfers
    - evenwicht behoud in zit & stand
    - mobiliteit in bed
  2. MS-gerelateerde vermoeidheid
    - krachttraining van weinig aangetaste spiergroepen
    - lichte aerobe oefeningen
  3. andere
    - hittegevoeligheid
    - spactiticteit = stretching, splaken & oppervlakkige elektrische stimulatie technieken
    - evenwichtstoornissen = meest grequent
  4. gespecialiseerde problemen
    - blaas- & darm
    - seksuele
    - affectief & cognitief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

algemeen hersentumoren

A
  1. kanker
    - primair = intracrianiëel ontstaan
    - secundair = metastase
    –> vb: carcinomateuze meningitis = maligne cellen in CVS
    - verschijnselen = druk op banen of intracrianiële druktoename
  2. maligne tymoren
    - astrocytoom: hooggradig of laaggradig graad 1-4 = evolutie over 10tallen jaren of meteen
    - glioblastoma multiforme = meest kwaadaardige cerebrale tumor
    –> zelden geneeselijk = overleving van 1-2 jaar
    - oligodendroglioom
    - medullablastoom = in kleine hersenen enkel bij kinderen
  3. beninge
    - meningeomen van hersenvliezen
    - zeer traag groeiend
    - weinig of geen symptomen
    - ook adenomen van hypofyse
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

kliniek van hersentumoren

A
  1. lokale verschijnselen
    - hemiparese
    - sensibele stoornsisen
    - hemianopsie = uitval van gezichtveld
    - epileptische aanvallen
  2. tekenen van intracraniële overdruk
    - hoofdpijn
    - braken
    - cognitieve achteruitgang
    - persoonlijkheids veranderingen
    - BZW-daling
    - psychische vertraging = bradypsychisme
    - bradycardie
  3. therapie
    - radiotherapie
    - chemotherapie
    –> meningoom op beide bijna geen effect
    - chirurgie: curatief = alles of debulking voor symptoomm vermindering
    - afh van type & lokalisatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

paraneoplastische neurologische syndromen

A
  1. algemeen
    - door andere tumoren
    - secreties van eiwitten of immuungemedieerd
    - dysfunctie van zenuwstelsel
    - soms al voor diagnose van tumor
  2. vage syndromen
    - paraneoplastische polyneuropathie
    - cerebellaire degeneratie
    - dermatomyositis = syndroom van Denny-Brown
    - myelopathie = samendrukken van ruggenmerg
  3. specieke syndromen
    - LEMS Lambert-Eaton Myeastheen syndroom
    - limbische encefalitis = gedrag & geheugen stoornissen
    - kunnen ook zonder onderliggende tumor voorkomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

BPPD

A
  1. beninge paroxysmale positieduizeligheid
    - goedaardig
    - vestibulaire dysfunctie
    - meest frequente vorm van echte duizeligheid bij volwassenen
    - geisoleerde vertigo
  2. oorzaken
    - 50% ideopathisch = vooral bij vrouwen van middelbare leeftijd
    - schedeltrauma = commotio labyrinthi
    - langdurige bedrust & (oor)operatie
    - labyrinthitis
    - ischemische vestibulaire uitval
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

BPPD kliniek

A
  1. verloop
    - enkele dagen-weken = spontaan herstellend
    - kan jaren duren
    - verminderding van frequentie aanvallen
    - recidieven kunnen optreden = vooral bij H-BPPD
    - meest sochtends -> kan zelf asymptomatisch zijn in namiddag
  2. symptomen
    - bij houdingsveranderingen & verdwijnen bij aanhouden van uitlokkende positie
    - hevige duizeligheid
    - in aanvallen
    - nausea & braken
    - gevoel van evenwichtsverlies = zeldzaam
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

P-BPPD

A
  1. posterieure semicirculairekanaal
    - frequenst
    - houdingsveranderingen in verticale vlak
    - op & neer kijken, rechtkomen uit lig & draaien in bed
    - korte latentie tijd = 1-5sec
    - meestal onder 30sec
  2. diagnose
    - Dix & Hallpicke manoevre
    - zittend -> afhagend liggend met hoofd 45° naar te testen kant
    - duizeligheid & vertico-rotatoire nystagmus
  3. nystagmus
    - rotatoir naar onderliggend oor
    –> duidelijker bij blik naar onderliggend oor
    - verticaal naar boven
    - omgekeerd bij rechtkomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

H-BPPD

A
  1. H-BPPD horizontale semicirculaire kannaal
    - draaien van hoofd
    - meestal onmiddelijk
    - langer dan 30sec
  2. diagnose
    - hoofd draaien naar aangedane kant in lig
    - horizontale nystagmus met snelle fase naar aangestaste kant
    - soms kortdurende inversie van nystagmus
  3. A-BPPD anterieure = zeldzaam
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

therapie van BPPD

A
  1. algemeen
    - waarschuwen van herhaling
    - inlichten over beninge aard
    - oppassen met handelen bij cervicale artrose & vertrbrobasilaire dysfunctie
    - 24u na manoevres hoofd zo min mogelijk bewegen & rechtop slapen
    –> soms in halskraag
  2. specifiek
    - vestibulaire habiutatie therapie = brandt-oefening
    - bevrijdingsmenoeuvres
    –> segmont & epley bij P-BPPD
    –> De La Meilleure bij H-BPPD
17
Q

Brandt-oefeningen

A

= systematische uitlokken van aanvallen

  1. in zit
  2. op 1 zijde laten vallen
  3. aanhouden tot vertigo verdwenen is of 30sec indien geen vertigo
  4. rechtkomen & 30sec wachten
  5. andere zijde laten vallen
  6. frequentie
    - 5x per sessie
    - 3 sessies per dag
    - thuis uitvoering
    - stoppen na 2 opeenvolgende vertigo-vrije dagen
    - vooral voor P-BPPD
18
Q

bevrijdingsmanoeuvre volgens sémont

A

= P-BPPD

  1. in zit
  2. rotatie van hoofd 45° naar gezond oor
  3. naar aangedane zijde vallen en iets naar achter = 105°
  4. wachten tot vertigo verdwenen is
  5. naar andere zijden vallen
    - nog steeds iets naar achter
    - hoofd naar zelfde kant houden
  6. 5min in deze houding
  7. traag rechtopkomen
  8. herhalen na 24u van blijvende klachten
19
Q

bevrijdingsmanoeuvre volgens epley

A

= P-BPPD

  1. in zit
  2. rotatie van hoofd 45° naar gezond oor
  3. vallen naar ruglig met hoofd lichtafhangend
  4. 5min in deze houding
  5. hoofd & romp traag draaien naar zijlig andere kant
  6. 5min in deze houding
  7. traag rechtopkomen
  8. herhalen na 24u van blijvende klachten
20
Q

bevrijdingsmanoeuvre volgens de la meilleure

A

= H-BPPD

  1. in lig met hoofd in 30° anteflexie
  2. hoofd snel draaien naar aangedane oor
  3. 5min in deze houding
  4. snel draaien naar gezonde zijde
  5. 5min in deze houding
  6. langzaam rechtkomen
  7. herhalen na 24u van blijvende klachten
21
Q

algemeen dementie

A
  1. aandoening
    - progressieve & blijvende detoriatie van intelectuele functies
    - cognitie, geheugen, persoonlijkheid, …
  2. prevalentie
    - 10% boven 65
    - 20% boven 80
    - belangerijkste gezondheids probleem bij geiratire
  3. oorzaken
    - degenertieve aandoeningen
    - AD ziekte van Alzheimer
    - FTD fronto-temporale aandoeningen
    - DLBD diffuse lewy body dementie
    - multi-infarct = vasculaire dementie
22
Q

andere vormen van dementie

A
  1. pseudo-dementie
    - metabole dysfuncties
    - deficiënties= vitB12
    - gewilde & medicamenteuze intoxiaties
    - chronische CNS-infecties
    - depressie
    - delier = verwardheid bij koorts
    - ziekenhuisverwardheid bij ouderen = zoveel mogelijk vw meenemen naar kamer
    - therapie door neuroleptica
  2. NPH normal pressure hydrocefalie
    - vooral hoge druk tijdens slaap
    - triade van Adams = frontale gang, incontinentie & geheugenstoornissen/persoonlijkheid verandering
    - vermoeden na lumbaal punctie = symptoom vermindering
    - zeldzaam
    - gemakkelijk behandelbaar = permanente ventrikel drainage
    –> vroegtijdig herkennen!
23
Q

ziekte van alzheimer

A
  1. algemeen
    - frequentste oorzaak dementie
    - presienele vorm onder 65jaar = meestal erfelijk
    - seniele vorm = soms erfelijk
    - onduidelijke oorzaak
    - ook vaak bij syndroom van Down = preseniel
    - door toxosiche opstapelingen van beta-amyloïd = neurofibrillaire tangles
  2. gevolg
    - uniform neuronaal verlies in cortex
    - gedaalde activiteit van acetylcholine
    - ook minder serotonine, noradrenaline & somatostatine
  3. diagnose
    - uitsluiten pseudo-dementie
    - MMSE mini mental state examination
    - andere onderzoeken = bloedonderzoek, EEG, cognitief uitgelokte potentialen, CT-scan & NMR-scan hersenen, SPECT & lumbaalvocht analyse
24
Q

symptomen ziekte van alzheimer

A
  1. eerste symptomen
    - kortetermijn geheugen verlies
    - goede facade
    - vaak niet merken door omgeving
    - veel coping startegiën thuis
    - hospitalisatie of specialistisch nazicht toont stoornissen duidelijker
  2. symptomen
    - apraxie
    - lees & schrijfstroonissen
    - gebrekkige oriëntatie
  3. eind symptomen
    - dag & nachtomkeringen
    - wegloop gedrag
    - frontale gangstoornis
    - frontale reflexen
    - bedlegerigheid & foetus houding -> dood
    - gemiddelde overleving 8j na diagnose
25
Q

therapie van ziekte van alzheimer

A
  1. medicamenteus
    - oorzakelijk niet mogelijk
    - symptomatisch afremmend = choline-esterase remmers
    –> meer beschikbaar
  2. omgeving
    - geen veranderingen
    - voorspelbaarheid
    - constant levensritme
  3. communicatie vaardigheden = langer contact bewaren
    - dicht tegen persoon, oogcontact & aanraken
    - affirmatieve uitspraken & houdingen
    - duidelijk & traag spreken
    - correcte woorden & zinnen gebruiken
    - 1 boodschap
    - gebaren
26
Q

vasculaire dementie

A
  1. algemeen
    - schokgewijze mentale deterioratie
    - multipele infarcten
    - grotere corticale infarcten & lacunaire subcorticale
  2. symptomen
    - bijna altijd focale neurologische uitval <=> AD
    - frontaal syndroom = gang & ontremde reflexen
    - urinaire incontientie
    - meer verval van persoonlijkheid
  3. therapie = preventie van CVA
27
Q

DLBD & FTD

A
  1. diffuse lewy body dissease
    - alzheimer achtige symptomen x parkinsonisme
    –> geen rusttremor
    - wisselende visuele hallucinaties
    - schommeling in loop der maanden
  2. frontotemporale dementie
    - vaker taal & gedragsstroonissen
    - sporadisch & familiaal = associatie met ALS
    - ontremming & sociaal onaanpast gedrag
    - initiatief & intresse verlies
28
Q

algemeen epilepsie

A
  1. aandoening
    - ongecontroleerde lading cerebrale neuronen
    - 1/200 personen = heel frequent
    - wisselende erst & mate van interferentie
    –> geen rijbewijs mogen hebben
    - kan op elke leeftijd starten & voorkomen
    - diagnose na 2 aanvallen
  2. primaire vormen = geen structurele afwijkingen
    - vaak familiaal
    - soms gemuteerde genen
    - ontladingsneiging van neuronen is abnormaal
    - grand mal
    –> status epilepticus = snel opvolgende aanvallen
    - absence-epilepsie = petit mal
    - myoclonische epilepsie
  3. partiële vormen
    - eenvoudige vs complexe symptomatologie
29
Q

grand-mal epilepsie

A

verloop

  1. soms aura = raar gevoel/gedrag
  2. tonische fase
    - 10-30sec
    - veralgemeende & hevige spierocntractie
    - stijve ledematen
    - romp in opisthotonus = volledige extensie
    - schreew -> kaak geklemd = tongbeet
    - inspiratie gestopt & cyanose
    - ogen open & mydriase
    - urine verlies
  3. clonische fase
    - 30sec-1,5min
    - convulsieve bewegingen = symmetrisch & in fase
  4. stopureuze fase
    - postkritisch verward
    - slapen
30
Q

andere primaire epilepsieën

A
  1. absence-epilepsie = petit-mal
    - vooral bij kinderen
    - minder dan 10sec
    - 10+ keer per dag
    - geheugen & schoolproblemen
    - automatische bewegingen = smakken & knipperen
    - staren
  2. myoclonische epilepsie
    - zeldzaam
    - kleine schokjes
    - plotse val
    - jongeren
    - meer in ochtend
31
Q

partiële epilepsie

A
  1. algemeen
    - cerbraal letsel
    - aangeboren misvormingen, intra-uteriene infecties, tumoren, CVA, bloedingen & migratie stoornissen
    - beide vormen lijken op een grand-mal
  2. eenvoudige symptomatologie
    - intact bewustzijn
    - afh van deel corticale neuronen
    - convulsies in 1 lidmaat of lichaamshelft = jacksoniaans insult
    - unilaterale tintelingen
    - visuele illusies
  3. complexe symptomatologie
    - gedaal bewustzijn
    - meestal temporale oorsprong
    - epigastric rising sensation
    - lachbuien
    - agressie aanvallen
    - deja-vu & deja-vecu
    - complexe handelingen met amnesie
32
Q

infecties centrale zenuwstelsel

A
  1. besmettelijk agens
    - vooral bacteriën & virussen
    - immuungedeprimeerde patiënten = schimmel-, gist & parasiet infecties
  2. soorten
    - meningitis = enkel hersenvliezen
    - mengino-encefalitis = ook hersenen aangetast
  3. virale meningitis
    - spontaan genezen
    - vooral door enterovirussen
    - licht seizoensgebonden
    - therapie door ontstekingswerende middelen
33
Q

bacteriële meningitis

A
  1. aandoening
    - snel progressief
    - hoge mortaliteit (50%) & morbiditeit
    - vooral door meningokok
  2. lokale symptomen
    - nekstijfheid
    - koorts
    - sufheid in wisselende graad
    - algemeen ziekzijn
  3. globale symptomen
    - loslaten van toxine = diffuse onderhuidse & orgaan bloedingen
    - sepsis
  4. therapie = antibiotica