Algemene inleiding Nv, BV en stichting Flashcards
1.
De stagiaire kan in een concrete zaak uitleggen welke van de volgende rechtsvormen naar Nederlands recht het meest passend is: NV, BV of stichting.
OPEN
2.
De stagiaire kan de rol van de vennootschapsorganen binnen de toepasselijke rechtspersoon uitleggen.
Leg uit voor NV
OPEN
3.
De stagiaire kan verschillen tussen de NV, BV en stichting onderscheiden en toelichten.
OPEN
2.
De stagiaire kan de rol van de vennootschapsorganen binnen de toepasselijke rechtspersoon uitleggen.
Leg uit voor BV
OPEN
2.
De stagiaire kan de rol van de vennootschapsorganen binnen de toepasselijke rechtspersoon uitleggen.
Leg uit voor een Stichting
OPEN
2.
De stagiaire kan de rol van de vennootschapsorganen binnen de toepasselijke rechtspersoon uitleggen.
Leg uit voor een vereniging
OPEN