Algemeen & logica

Question 1

Pedagogische prudentie

Answer 1

Casussen en dan staat er ergens beschreven hoe die zijn aangepakt

Question 1

Twistpunt

Answer 1

Iets waar een meningsverschil over is.

Question 2

(Enkelvoudig) Geschil

Answer 2

Bestaat uit ten minste één meningsuiting van een gesprekspartner en een uiting van een andere gesprekspartner waaruit blijkt dat deze die mening (nog) niet deelt.
- Enkelvoudig geschil: Een geschil waarbij maar één kwestie aan de orde is.

Question 3

Tegengestelde proposities

Answer 3

Wanneer meningen tegengesteld zijn. Ze zijn tegengesteld, omdat de twee proposities elkaar uitsluiten (bv het kan niet zo zijn dat Jan wel en niet slaagt, dus maar één van de meningen kan waar zijn).

Question 4

Geef voorbeeld van gemengd enkelvoudig geschil

Answer 4

Gemengd is wanneer meer dan één gesprekspartner een mening heeft. Bv Jan is ervan overtuigd dat hij zijn rijbewijs haalt, zijn zus denkt dat hij dit niet haalt.

Question 5

Geef voorbeeld van niet-gemengd enkelvoudig geschil

Answer 5

Jan is er nog steeds van overtuigd dat hij slaagt voor zijn rijexamen en zijn moeder vraag waarom, dan neemt zijn moeder geen standpunt in, dus is het niet-gemengd. Ze staat er neutraal in.

Question 6

Meervoudig geschil

Answer 6

Een geschil wordt meervoudig als er meer dan één meningsverschil in voorkomt.

Question 7

Geef voorbeeld van niet-gemengd meervoudig geschil

Answer 7

Jan zegt dat hij overtuigd is dat hij morgen slaagt voor zijn rijexamen en dat hij denkt dat zijn moeder hem wel geld wil lenen voor zijn vakantie. Jan heeft een positief standpunt tov twee proposities, dit is een niet-gemengd meervoudig geschil.

Question 8

Gemengd meervoudig geschil

Answer 8

Als er iemand is die ook een geuite mening heeft over het meervoudig geschil, is het een gemengd meervoudig geschil.

Question 9

Tegengestelde proposities en geef voorbeeld

Answer 9

Als twee strijdige proposities (proposities die niet tegelijk waar kunnen zijn) ook niet tegelijk onwaar kunnen zijn, zijn ze elkaars tegengestelde. Bv: Als iemand zegt dat de aarde opwarmt en iemand anders zegt van niet. Ze kunnen niet allebei onwaar zijn, één van de twee gaat ooit gebeuren.

Question 10

Proposities contrair en geef voorbeeld

Answer 10

Strijdige proposities die allebei onwaar kunnen zijn. Bv: als iemand zegt dat de opwarming van de aarde door het broeikaseffect komt en iemand anders zegt dat dit door de verhoogde staat van activiteit van de zon komt.

Question 11

Verschuiving van de bewijslast

Answer 11

Als iemand anders dan degene die het standpunt naar buiten bracht, moet verantwoorden waarom hij twijfelt aan het standpunt, is er sprake van verschuiving van de bewijslast.

Question 12

Stroman

Answer 12

Als mensen zich in een discussie richten op iets anders dan het daadwerkelijke standpunt, waardoor de discussie makkelijk gewonnen lijkt.

Question 13

Houdbaarheidskritiek

Answer 13

Binnen een discussie kunnen sommige argumenten, naast het standpunt, ook in twijfel getrokken worden. Er ontstaat een discussie over het argument van het hoofdstandpunt, waardoor het argument zelf ook weer een substandpunt in het subverschil vormt.

Question 13

Drogredenkritiek

Answer 13

Argumenten in twijfel trekken op een manier waarin het argument niet geldig is. Bv: Olga zegt tegen Jan dat iedere instructeur tegen zijn leerling zegt dat hij zal slagen.

Question 13

Proponent en opponent

Answer 13

Iemand die het hoofdstandpunt verdedigt en iemand die de mogelijkheid tot twijfel aan het hoofdstandpunt open probeert te houden.

Question 14

Onderschikkende argumentatie

Answer 14

Argumenten die het hoofdgeschil ondersteunen.

Question 15

Welwillendheidsbeginsel

Answer 15

Primaire doel is niet argumentatie onderuit halen, maar argumenten beoordelen vanuit deelnemersperspectief. Zolang argumentatie een redelijke bijdrage aan een discussie levert, is het goed.

Question 16

Cirkelredenering

Answer 16

De cirkelredenering is een discussiefout waarbij iemand een argument opvoert dat gelijk is aan het standpunt.

Question 17

Wat zijn de vier beoordelingspunten in argumentatie?

Answer 17

1: Worden er drogredenen gebruikt?
2: Zijn de beweringen logisch consistent?
3: Zijn de uitgangspunten alleen aanvaardbaar voor de specifieke gesprekspartners of zouden ze dat ook zijn voor anderen?
4: Is er sprake van geldige argumentatie?

Question 17

Wat zijn de vier beoordelingspunten in argumentatie?

Answer 17

1: Worden er drogredenen gebruikt?
2: Zijn de beweringen logisch consistent?
3: Zijn de uitgangspunten alleen aanvaardbaar voor de specifieke gesprekspartners of zouden ze dat ook zijn voor anderen?
4: Is er sprake van geldige argumentatie?

Question 18

Deductief geldige argumentatie

Answer 18

Conclusie volgt logisch uit de aannames. Beschouwen als wetenschap, kan niet weerlegd worden. Deductie is kijken of algemene theorie klopt door een hypothese te testen.

Question 19

Inductieve argumentatie

Answer 19

Komen tot algemene regel op grond van empirisch onderzoek (specifieke waarnemingen). Inductie is van losse waarnemingen iets generaliseren. Het probleem dat Popper hierbij stelt is dat je er niet vanuit kan gaan dat iets altijd zal gebeuren. Dus als je bijvoorbeeld alleen maar roze flamingo’s ziet en zegt ‘alle flamingo’s zijn roze’, is dat geen goede conclusie. Je kan namelijk nooit alle flamingo’s hebben gezien en niet zeker weten of alle flamingo’s roze zullen zijn.

Question 20

Causale en niet-causale argumentatie

Answer 20

Causale is dat er een oorzaak is, wat tot een gevolg leidt. Niet-causaal is dat het gevolg niet perse te verklaren is door één bepaald iets.

Question 21

Analogie-argument

Answer 21

Mijn broer slaagt, dus ik slaag ook. Een analogie-argumentatie is dus een argumentatie waarbij we overtuigd moeten raken van de conclusie doordat twee of meerder zaken via het argument met elkaar vergeleken worden.

Question 22

Autoriteitsargument

Answer 22

Instructeur zegt dat ik slaag, dus ik slaag. Degene met autoriteit volgen.