8.2. Aerodynamica: Krachten Flashcards
Welke resulterende kracht of krachten grijpen op het stuwpunt van een vliegtuig aan? (meerdere antwoorden mogelijk, maar niet noodzakelijk.)
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) De (resulterende) weerstandskracht grijpt in het stuwpunt aan.
b) De (resulterende) draag-of liftkracht grijpt in het stuwpunt aan.
c) De (resulterende) zwaartekracht grijpt in het stuwpunt aan.
d) Geen correct antwoord.
e) De (resulterende) voorstuwingskracht grijpt in het stuwpunt aan.
Oplossing;
d) Geen correct antwoord.
Opmerking(en):
Algemeen: Het stuwpunt bevindt zich altijd op de plaatst van het vleugelprofiel dat het eerst in contact komt met de aanstromende lucht.
In welk punt van een vliegtuig grijpt de draag- of liftkracht aan?
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) De (resulterende) draag- of liftkracht grijpt in het drukpunt aan.
b) De (resulterende) draag- of liftkracht grijpt in het zwaartepunt aan.
c) De (resulterende) draag- of liftkracht grijpt in het omslagpunt aan.
d) De (resulterende) draag- of liftkracht grijpt in het stuwpunt aan.
e) De (resulterende) draag- of liftkracht grijpt in het loslatingspunt aan.
Oplossing;
a) De (resulterende) draag- of liftkracht grijpt in het drukpunt aan.
Wat is de richting en zin van de weerstandskracht?
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) De (resulterende) weerstandskracht heeft dezelfde richting als de koorde, maar is wel tegengesteld aan de vliegrichting.
b) De (resulterende) weerstandskracht heeft altijd dezelfde richting en zin als de vliegrichting.
c) De (resulterende) weerstandskracht heeft dezelfde richting als de vliegrichting, maar is wel tegengesteld qua zin.
d) De (resulterende) weerstandskracht is altijd evenwijdig met de koorde, terwijl de zin volgens de vliegrichting is.
e) De (resulterende) weerstandskracht heeft altijd dezelfde richting en zin als die van de ongestoorde stroming.
Oplossing;
c) De (resulterende) weerstandskracht heeft dezelfde richting als de vliegrichting, maar is wel tegengesteld qua zin.
Hoe groot is de dichtheid van de lucht als een vleugel 40 kN lift genereerd aan een snelheid van 50 m/s, terwijl de coëfficiënt van lift 1 is, de vleugels een oppervlakte hebben van 40 m² heeft en de atmosferische druk 0,3 bar is?
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) 0,24 kg/m³
b) 0,2 kg/m³
c) 0,48 kg/m³
d) 0,8 kg/m³
e) 0,4 kg/m³
Oplossing;
d) 0,8 kg/m³
Hoe groot is de oppervlakte van de vleugels als deze 200 kN aan lift genereren aan een snelheid 200 m/s met een liftcoëfficiënt van 0,5? Daarnaast is de dichtheid van de lucht 1 kg/m³ en de atmosferische druk 0,2 bar.
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) 10 m²
b) 20 m²
c) 8 m²
d) 4 m²
e) 5 m²
Oplossing;
b) 20 m²
Wat moet een piloot doen om sneller te kunnen vliegen op dezelfde hoogte? (meerdere antwoorden mogelijk, maar niet noodzakelijk.)
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) Om sneller te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de instelhoek moeten verlagen.
b) Om sneller te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de invalshoek moeten verlagen.
c) Om sneller te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de voortstuwingskracht moeten vergroten.
d) Om sneller te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de vleugelslankheid moeten verlagen.
e) Om sneller te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de vleugelwelving moeten verlagen.
Oplossingen;
b) Om sneller te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de invalshoek moeten verlagen.
c) Om sneller te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de voortstuwingskracht moeten vergroten.
Opmerking(en):
d) Side note: Er zijn geen vliegtuigen op de markt die hun vleugelslankheid kunnen instellen. De vleugelslankheid verandert wel iets bij het inzetten van een Fowler klep, maar deze worden enkel maar gebruikt bij lage snelheden (landen/opstijgen.). Daarnaast hebben niet alle vliegtuigen dit soort kleppen.)
e) Side note: De vleugelwelving zal wel veranderen indien men de stand van de achterrandkleppen verandert, maar deze gebruikt men enkel om voldoende lift te kunnen genereren bij lage snelheden (opstijgen/landen). In normale vliegomstandigheden zijn deze dan ook volledig ingeklapt.
Wat moet een piloot doen om trager te kunnen vliegen op dezelfde hoogte? (meerdere antwoorden mogelijk, maar niet noodzakelijk.)
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) Om trager te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de voortstuwingskracht moeten verkleinen.
b) Om trager te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de instelhoek moeten verhogen.
c) Om trager te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de vleugelwelving moeten verhogen.
d) Om trager te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de invalshoek moeten vergroten.
e) Om trager te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de vleugelslankheid moeten verhogen.
Oplossingen;
a) Om trager te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de voortstuwingskracht moeten verkleinen.
d) Om trager te kunnen vliegen bij dezelfde hoogte zal de piloot (o.a.) de invalshoek moeten vergroten.
Opmerking(en):
c) Side note: De vleugelwelving zal wel veranderen indien men de stand van de achterrandkleppen verandert, maar deze gebruikt men enkel om voldoende lift te kunnen genereren bij lage snelheden (opstijgen/landen). In normale vliegomstandigheden zijn deze dan ook volledig ingeklapt.
e) Side note: Er zijn geen vliegtuigen op de markt die hun vleugelslankheid kunnen instellen. De vleugelslankheid verandert wel iets bij het inzetten van een Fowler klep, maar deze worden enkel maar gebruikt bij lage snelheden (landen/opstijgen.). Daarnaast hebben niet alle vliegtuigen dit soort kleppen.)
Wat geeft de lift coëfficiënt weer?
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) De lift coëfficiënt geeft de verhouding tussen liftkracht en weerstandskracht weer.
b) De liftcoëfficiënt is een getal dat gebruikt wordt om invloeden zoals vorm en invalshoek op de liftkracht uit te drukken. (vergelijkbaar met de valversnelling die zwaartekracht en massa aan elkaar verbindt.)
c) De lift coëfficiënt geeft het ‘rendement’ van een lift-genererend voorwerp weer. Als 30 kN voorstuwing resulteert in 100 kN lift dan is de lift coëfficiënt 0,3.
d) De lift coëfficiënt geeft weer hoeveel % van de oppervlakte uiteindelijk draag- of liftkracht genereerd.
e) De lift coëfficiënt is de cosinus van de invalshoek een geeft de zo de invloed van de invalshoek op de liftkracht weer.
Oplossing;
b) De liftcoëfficiënt is een getal dat gebruikt wordt om invloeden zoals vorm en invalshoek op de liftkracht uit te drukken. (vergelijkbaar met de valversnelling die zwaartekracht en massa aan elkaar verbindt.)
Van welke factor of factoren is de lift coëfficiënt afhankelijk bij lage snelheden (< 500 km/uur)? (meerdere antwoorden mogelijk, maar niet noodzakelijk.)
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) De liftcoëfficiënt is (o.a.) afhankelijk van de snelheid van de (subsonische) stroming.
b) De liftcoëfficiënt is (o.a.) afhankelijk van de vorm van de vleugel.
c) De liftcoëfficiënt is (o.a.) afhankelijk van de dichtheid van de lucht
d) De liftcoëfficiënt is (o.a.) afhankelijk van de atmosferische druk.
e) De liftcoëfficiënt is (o.a.) afhankelijk van de invalshoek.
Oplossingen;
b) De liftcoëfficiënt is (o.a.) afhankelijk van de vorm van de vleugel.
e) De liftcoëfficiënt is (o.a.) afhankelijk van de invalshoek.
Opmerking(en):
a) Zolang men onder de 500 km/uur blijft mag men de stroming als niet-samendrukbaar beschouwen, waardoor men de liftcoëfficiënt als een constante waarde mag beschouwen.
c) De liftkracht zal wel afhankelijk zijn van de dichtheid van de lucht (zie formule), maar de liftcoëfficiënt niet.
Wat geeft de kritische invalhoek weer?
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) De kritische invalshoek is de hoek waarna loslating begint op te treden.
b) De kritische invalshoek is de hoek waarna men totaal geen liftkracht meer heeft.
c) De kritische invalshoek is de hoek waarbij men een neerwaartse liftkracht genereert.
d) De kritische invalshoek is de hoek waarna omslag begint op te treden.
e) De kritische invalshoek is invalshoek waarbij de liftcoëfficiënt maximaal is.
Oplossing;
e) De kritische invalshoek is invalshoek waarbij de liftcoëfficiënt maximaal is.
Opmerking(en):
a) Loslating kan ook al bij een kleinere invalshoek plaatsvinden. Het effect hiervan zie je vooral net voor het bereiken van de kritische invalshoek.
d) Omslag heeft op zich niets te maken met de kritische invalhoek.
Wat is overtrekken of “stall”? (meerdere antwoorden mogelijk, maar niet noodzakelijk.)
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) Overtrekken of “stall” is de afname van lift- of draagkracht.
b) Overtrekken of “stall” is de invalshoek waarbij er onvoldoende lift gegenereerd kan worden.
c) Overtrekken of “stall” is de afname van de liftcoëfficiënt bij een toename van de invalshoek.
d) Overtrekken of “stall” is het compleet wegvallen van de lift- of draagkracht.
e) Overtrekken of “stall” is de invalshoek die groter is dan de kritische invalshoek.
Oplossingen;
c) Overtrekken of “stall” is de afname van de liftcoëfficiënt bij een toename van de invalshoek.
e) Overtrekken of “stall” is de invalshoek die groter is dan de kritische invalshoek.
Opmerking(en):
a) Wanneer een vliegtuig overtrekt dan zal de liftkracht dalen, maar een daling in liftkracht wil niet zeggen dat een vliegtuig overtrekt. Zo kan de liftkracht ook dalen door een kleinere invalshoek of een lage snelheid.
b) Onvoldoende lift kan ook onvoldoende snelheid is oorzaak hebben. Het overtrekken heeft enkel te maken met de afname van de lift coëfficiënt bij de toename van de invalshoek.
d) Bij het overtrekken kan de liftkracht zo goed als volledig wegvallen, maar we spreken al van overtrekken als de liftcoëfficiënt zelfs maar een beetje afneemt bij een toename van de invalshoek.
In welke vormen van weerstand kan men de parasitaire weerstand indelen? (meerdere antwoorden mogelijk, maar niet noodzakelijk)
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) De wrijvingsweerstand is een onderdeel van de parasitaire weerstand.
b) De geïnduceerde weerstand is een onderdeel van de parasitaire weerstand.
c) De drukweerstand is een onderdeel van de parasitaire weerstand.
d) De interferentie weerstand is een onderdeel van de parasitaire weerstand.
e) Geen correct antwoord.
Oplossingen;
a) De wrijvingsweerstand is een onderdeel van de parasitaire weerstand.
c) De drukweerstand is een onderdeel van de parasitaire weerstand.
d) De interferentie weerstand is een onderdeel van de parasitaire weerstand.
In welke vormen van weerstand kan men de profielweerstand indelen? (meerdere antwoorden mogelijk, maar niet noodzakelijk)
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) De interferentie weerstand is een onderdeel van de profielweerstand.
b) De wrijvingsweerstand is een onderdeel van de profielweerstand.
c) Geen correct antwoord.
d) De drukweerstand is een onderdeel van de profielweerstand.
e) De geïnduceerde weerstand is een onderdeel van de profielweerstand.
Oplossingen;
b) De wrijvingsweerstand is een onderdeel van de profielweerstand.
d) De drukweerstand is een onderdeel van de profielweerstand.
In welke vormen van weerstand kan men de geïnduceerde weerstand indelen? (meerdere antwoorden mogelijk, maar niet noodzakelijk)
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) De profielweerstand is een onderdeel van de geïnduceerde weerstand.
b) De drukweerstand is een onderdeel van de geïnduceerde weerstand.
c) De interferentie weerstand is een onderdeel van de geïnduceerde weerstand.
d) Geen correct antwoord
e) De wrijvingsweerstand is een onderdeel van de geïnduceerde weerstand.
Oplossing;
d) Geen correct antwoord
Wat is de (definitie van) interferentieweerstand bij een vliegtuig?
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
a) Interferentie weerstand is de (extra) weerstand die ontstaat door de voorstuwing van de motoren.
b) Interferentieweerstand is de (extra) weerstand die ontstaat als voorwerpen in een stroming bij elkaar komen.
c) Interferentieweerstand is de (extra) weerstand die ontstaat door de lucht die weglekt van onder de vleugel naar de bovenkant.
d) Interferentieweerstand is de (extra) weerstand die ontstaat als een vliegtuig in het zog van een voorgaand vliegtuig terecht komt. (vooral van toepassing tijdens de landing en het opstijgen.)
e) Interferentie weerstand is de (extra) weerstand die ontstaat als het landingsgestel uitgeklapt is.
Oplossing;
b) Interferentieweerstand is de (extra) weerstand die ontstaat als voorwerpen in een stroming bij elkaar komen.