7 Flashcards
1
Q
controleren op betrouwbaarheid
A
gescreend
2
Q
kloof, onderlinge afwijking
A
discrepantie
3
Q
mensen met mentale stoornis waardoor zij uitsluitend op zichzelf gericht zijn
A
autisten
4
Q
veinzen, doen alsof
A
gefingeerd
5
Q
veelzijdig
A
allround
6
Q
wrokkig
A
rancuneus
7
Q
weerslag
A
repercussie
8
Q
afstand nemen
A
distantiëren
9
Q
gezond, terug leefbaar maken
A
sanering
10
Q
opties
A
accessoires
11
Q
verzadiging
A
saturatie
12
Q
periode tussen besmetting en uitbreken van een ziekte
A
incubatie
13
Q
ontvangsten
A
racettes
14
Q
allerlaatste eis waarna beslissing valt
A
ultimatum
15
Q
wat te maken heeft met de verkiezingen
A
electoraal