6.1 interventies voor duurzame inzetbaarheid Flashcards

1
Q

Welke verschillen zijn er in focus voor interventies naar duuzame inzetbaarheid?

A

Curatie, verhogen van inzetbaarheid bij gezondheidsklachten
Preventie, voorkomen van verminderde inzetbaarheid
Amplitie, bevorderen van positieve eigenschappen
Kenmerken van de werknemer,
Gericht op de werkgever, zoals targets stellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is loopbaanbeleid als interventie voor duurzame inzetbaarheid?

A

Gericht op het behoud van flexibiliteit en blijvende inzetbaarheid voor de organisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is arbeidsomstandigheden beleid als interventie voor duurzame inzetbaarheid?

A

Aanpassen van belasting in het werk, en vergroten van belastbaarheid van medewerkers. Zoals demotie, medewerkers ontzien in bepaalde werkzaamheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe worden arbeidsvoorwaarden veranderd als duurzame inzetbaarheid interventie?

A

Aanpassingen in beleid, zoals deeltijdpensioen, financiële bonussen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de loopbaanlange fitheid interventie?

A

Daar worden preventieve en curatieve vragen in op genomen, en wordt gekeken naar behoeften van werkgevers en werknemers. En is een intergrale benadering van de duurzame inzerbaarheids interventies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

welke stakeholders ziet de lange voor duurzame inzetbaarheid?

A

Het bestaat uit verschillende steekholders:
Werknemer, kennis en werkplezier in stand te houden
Wergever, voorwaarden geven om binnen het werk te ontwikkelen
Overheid, regelgeving om het beleid te ondersteunen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe steld de lange dat duurzame inzetbaarheid gemeten moet worden?

A

Via vragenlijsten rondom betekenisvolle inzetbaarheid
Werkvermogen, de mate waarin iemand in staat is om te werken
Employabillity, het vermogen om verschillende functies te kunnen uitoeffenen
Vitaliteit, energiek en veerkrachtig kunnen werken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het trappenhuis model van werkvermogen, en wat is het balkon?

A

Dit zijn 4 verdiepingen die met elkaar in verbinding staan en gaan van, gezondheid, competenties en vaardigheden, sociale normen, werkomstandigheden
Het balkon staat voor dat factoren buiten het werk ook invloed hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe kunnen pushfactoren over stereotypering van ouderen worden verminderd?

A

Het bespreekbaar te maken,
Reflecteren op de gevolgen
Positieve voorbeelden benoemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat kan een leidinggevende doen om duurzame inzetbaarheid te vergroten?

A

Ruimte geven om te leren, flexibele werktijden, verbinding aan te gaan met medewerkers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat houd succes in bij succesvol ouder worden?

A

Dat je ontwikkeld vanuit je eigen vermogens, en dat je iets creert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly