6 - Niet-atherosclerotische vaataandoeningen en vasculair trauma Flashcards

1
Q

Wat zijn predisponerende factoren van de ziekte van Raynaud?

A

> 80% van de ziekte komt voor bij vrouwen en bijna steeds < 40 jaar. Het verbetert vaak na menopauze of tijdens de zwangerschap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bespreek de drie fasen van de ziekte van Raynaud.

A

1: Aanval van plotse bleekheid van een of meerdere vingers
- Bijna steeds bilateraal, niet altijd symmetrisch
- Uitgelokt door koude of emotie
- Duim blijft gespaard
- Koudegevoel en paresthesieën

2: Witte kleur gevolgd door cyanose

3: Na aanval zien de vingers helrood → hevige pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke zaken kunnen aanleiding geven tot het syndroom van Raynaud?

A
  • Systeemziekten: sclerodermie, SLE
  • Macrovasculair lijden
  • Neuro-vasculaire compressiesyndromen
  • Beroepsblootstelling: drilboren, koude
  • Medicatie: ergotamine, BB, cytostatica
  • Usus: cafeïne, cocaïne, nicotine
  • Cryoglobulinemie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is Takayasu-arteritis?

A

Een inflammatoire en meestal obstruerende ziekte van de aorta en zijn aftakkingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bespreek het voorkomen van Takayasu arteritis.

A

Het doet zich meer voor bij vrouwen (8:1), het ontstaat op jonge leeftijd (10-30j) en is meer frequent in de Aziatische populatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Met welke symptomen gaat Takayasu-arteritis gepaard?

A
  • Initieel: koorts, nachtzweten, malaise, vermagering, gewrichts- en spierpijn, anemie
  • Chronisch: inflammatie vaatwand → fibrose → stenose, occlusie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waaruit bestaat de behandeling van Takayasu-arteritis?

A
  • Acuut: corticoïden, immunosuppressiva
  • Bypass enkel indien strikt nodig en altijd buiten een acute inflammatoire periode
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bespreek het voorkomen van arteritis temporalis.

A

Het komt meer voor in de oudere populatie (> 60j), meer bij vrouwen (2:1) en meer bij blanken. Ook is er associatie met polymyalgia reumatica.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de symptomen van arteritis temporalis?

A
  • Plotse visusstoornissen
  • Hoofdpijn, kauwclaudicatio
  • Gevoeligheid a. temporalis
  • Pijnlijke, stramme spieren, koorts, vermoeidheid, nachtzweten, vermagering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe wordt de diagnose van arteritis temporalis gesteld?

A

Door biopsie van de a. temporalis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe wordt arteritis temporalis behandeld?

A

Door hoge dosis corticoïden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de ziekte van Buerger?

A

Een inflammatoire en oblitererende aandoening van de middelgrote tot kleine arteriën en venen in de handen en voeten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke symptomen passen bij de ziekte van Buerger?

A

Ulceraties tot gangreen (vooral van de vingers en tenen), tromboflebitis, soms klassieke arteriële insufficiëntie en vaak Raynaudfenomeen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Aan welke 5 criteria moet voldaan zijn om een klinische diagnose van de ziekte van Buerger te krijgen?

A
  1. Actieve roker of voorgeschiedenis van ernstig roken
  2. < 50 jaar
  3. Infra-popliteale aantasting
  4. Aantasting van bovenste lidmaat of tromboflebitis migrans
  5. Geen andere ernstige risicofactoren voor atherosclerose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe wordt de ziekte van Buerger behandeld?

A
  • Absolute rookstop
  • Staptherapie
  • Medicamenteus: pijnstilling, anti-agreggantia, prostaglandines
  • Invasieve behandeling (sympatectomie, amputatie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de oorzaken van auto-immuun vasculitis?

A
  • Allergische reacties op antigen: geneesmiddel, virus, tumor
  • Auto-immuunziekte: RA, PAN, SLE
17
Q

Bespreek het voorkomen van fibro-musculaire dysplasie.

A

Het komt vaker voor bij vrouwen op jongere leeftijd (pre-menopauzaal).

18
Q

Hoe stelt men de diagnose van fibro-musculaire dysplasie?

A

Men kan een typisch paternosterbeeld zien op beeldvorming.

19
Q

Wat is de 1e keuze behandeling van fibro-musculaire dysplasie?

A

PTA.

20
Q

Wat zijn de oorzaken van het thoracic outlet syndroom?

A

Anatomische afwijkingen:
- Aangeboren: halsrib, fibreuze banden
- Secundair: callus na claviculafractuur, afwijkingen van vorm/stand 1e rib, hypertrofische spieren

Houdingsafwijkingen: verhoogde tonus van spieren die 1e rib naar boven of clavicula naar onder trekken

21
Q

Bespreek het voorkomen van thoracic outlet syndrome?

A

Het doet zich meer voor bij vrouwen (3:1) en bij jongere personen (20-40j).

22
Q

Wat zijn de neurogene symptomen van TOS?

A
  • Pijn en paresthesieën in nek, achterhoofd, schouder,…
  • Verder stadium: spierzwakte, motorisch en sensibel deficiet, ev. spieratrofie
23
Q

Wat zijn de arteriele symptomen van TOS?

A
  • Houdingsgebonden claudicatio, moeheid
  • Raynaudsyndroom
  • Indien uitgesproken: aneurysma a. subclavia, embolisatie, occlusie
24
Q

Wat zijn de veneuze symptomen van TOS?

A
  • Veneuze stuwing
  • Zwelling, blauwverkleuring
  • Veneuze trombose
25
Q

Waaruit bestaat de medische behandeling van TOS?

A
  • Fysiotherapie: postuuroefeningen, versterken schoudergordel, relaxatieoefeningen
  • Rust, vermijden uitlokkende bewegingen
26
Q

Waaruit bestaat de chirurgische behandeling van TOS?

A
  • Resectie 1e rib en ev. cervicale rib
  • Scalenectomie, doorhalen fibreuze banden
27
Q

Wat is het voornaamste symptoom van het popliteal entrapment syndroom?

A

Claudicatio bij de jonge, sportieve patiënt van 20-40j.

28
Q

Wat kan weerhouden worden bij KO bij het popliteal entrapment syndrome?

A

Verdwijnen van de voetpolsen bij actieve plantaire flexie.

29
Q

Waaruit bestaat de behandeling van het popliteal entrapment syndroom?

A
  • Arteriolyse door sectie verantwoordelijk element
  • Patch of bypass indien stenose / occlusie
30
Q

Door welk ligament wordt de truncus coaliacus gecompresseerd bij MALS?

A

Het ligamentum arcuatum.

31
Q

Wat is het voornaamste symptoom bij MALS?

A

Postprandiale pijn.

32
Q

Hoe wordt MALS behandeld?

A

Door sectie van het ligament.

33
Q

Juist of fout?

Bij het notenkrakersyndroom zit de rechter v. renalis gedrukt tussen de aorta en de a. mesenterica inferior.

A

Fout, de linker v. renalis zit gedrukt tussen de aorta en de a. mesenterica superior.

34
Q

Welke symptomen geeft het notenkrakersyndroom?

A

Hematurie, flankpijn, varicocoele en bekkencongestie.

35
Q

Wat is het meest frequente vasculaire trauma?

A

Iatrogeen vasculair trauma door toename van endovasculaire ingrepen.

36
Q

In hoeveel van de fatale verkeersongevallen is een letsel van de thoracale aorta aanwezig?

A

10%.

37
Q

Wat is de mortaliteit ter plaatse van blunt aortic injury?

A

> 90%.