26 Geografie und Umwelt Flashcards
1
Q
het Zuid-Amerika
A
das Südamerika
2
Q
het Noord-Amerika
A
das Nordamerika
3
Q
het Azië
A
das Asien
4
Q
de Aziaat, de Aziatische
A
der Asiate, die Asiatin
5
Q
het Midden-Oosten
A
der Nahe Osten
6
Q
het Australië
A
das Australien
7
Q
het Oceanië
A
das Ozeanien
8
Q
het Antarctic
A
die Antarktika
9
Q
de regio, de streek, het gebied
A
die Region
10
Q
landelijk
A
ländlich
11
Q
bergachtig
A
bergig
12
Q
het dal
A
das Tal
13
Q
de heuvel
A
der Hügel
14
Q
de evenaar
A
der Äquator
15
Q
het kanaal
A
der Kanal
16
Q
de oever, de wal
A
das Ufer
17
Q
het meer
A
der See
18
Q
de metropool
A
die Metropole
19
Q
de binnenstad
A
die City
20
Q
het dorp
A
das Dorf
21
Q
dorps, landelijk
A
dörflich
22
Q
de plaats
A
der Ort
23
Q
de buitenwijk
A
der Vorort
24
Q
de wijk, het stadsdeel
A
der Stadtteil
25
Q
het stadhuis
A
das Rathaus
26
Q
het kasteel, het paleis
A
das Schloss
