2. Fysiologie van het ademhalingssysteem Flashcards

1
Q

Wat is externe gaswisseling?

A

Externe gaswisseling vindt plaats in de longen. Zuurstof diffundeert vanuit de alveoli naar het bloed, terwijl kooldioxide vanuit het bloed naar de longen diffundeert om uitgeademd te worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is interne gaswisseling?

A

Interne gaswisseling vindt plaats in de weefsels van het lichaam. Zuurstof diffundeert vanuit het bloed naar de cellen, en kooldioxide diffundeert van de cellen naar het bloed om afgevoerd te worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe wordt de ademhaling gereguleerd?

A

De ademhaling wordt gereguleerd door de hersenstam: medulla oblongata en pons, die signalen ontvangt van chemoreceptoren die veranderingen in CO2-, O2- en pH-niveaus in het bloed detecteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe wordt kooldioxide in het bloed vervoerd?

A

Kooldioxide wordt vervoerd in opgeloste vorm, gebonden aan hemoglobine en voornamelijk als bicarbonaat.
70% bicarbonaat, 20% gebonden aan Hb, 10% opgelost in plasma.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe wordt zuurstof door het lichaam getransporteerd?

A

98% bindt aan hemoglobine en wordt in rode bloedcellen getransporteerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is ventilatie

A

Ventilatie is de beweging van lucht in en uit de longen door de ademhalingsspieren. Het zorgt ervoor dat lucht de longen binnenkomt (inspiratie) en weer wordt uitgeademd (expiratie).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is perfusie?

A

Perfusie is het proces waarbij bloed door de bloedvaten naar de weefsels en organen stroomt. Het levert zuurstof en voedingsstoffen aan de cellen en verwijdert afvalproducten zoals kooldioxide. Het is cruciaal voor de gasuitwisseling in de longen en in de weefsels van het lichaam.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de functies van het ademhalingssysteem?

A

Zuurstof en CO2 uitwisselen; zuurstof voor energie, CO2 als afvalstof.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de 4 componenten van ademhalingsfysiologie?

A

Ventilatie, gasuitwisseling, gastransport, ademhalingsregulatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is ventilatie en het ademminuutvolume in rust?

A

Ventilatie = luchtverplaatsing; minuutvolume = 5-6 liter/min.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke wet beschrijft de relatie tussen druk en volume?

A

De wet van Boyle: druk is omgekeerd evenredig aan volume.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het ademminuutvolume en hoe bereken je het?

A

Ademminuutvolume = ademfrequentie x teugvolume, normaal 5-6 L/min.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat gebeurt er tijdens inspiratie?

A

Longvolume vergroot, intrapulmonale druk daalt, lucht stroomt naar binnen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat gebeurt er tijdens expiratie in rust?

A

Inspiratoire spieren ontspannen, thoraxvolume daalt, druk stijgt en lucht stroomt naar buiten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het verschil tussen inspiratie en expiratie qua activiteit?

A

Inspiratie is actief, expiratie is passief in rust.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de intrapleurale druk in rust?

A

De intrapleurale druk is -4 mmHg.

17
Q

Wat is compliantie van de longen?

A

De rekbaarheid van de longen; hoe gemakkelijk ze kunnen uitzetten.

18
Q

Wat is elasticiteit van de longen?

A

De neiging van longen om terug te keren naar hun oorspronkelijke vorm na uitzetting.

19
Q

Wat beinvloedt de weerstand tegen luchtstroom?

A

Weerstand hangt af van drukverschillen, diameter en lengte van luchtwegen.

20
Q

Wat is nodig voor optimale gaswisseling?

A

Goede ventilatie, perfusie, diffusie en voldoende hemoglobine.

21
Q

Wat zijn de belangrijkste oorzaken van dyspneu bij een slechte ventilatie?

A

Verhoogde weerstand, beperkte longcompliantie, of hoge ademarbeid.

22
Q

Hoe beinvloedt de wet van Boyle de ademhaling?

A

Bij een groter volume daalt de druk (inspiratie), en bij een kleiner volume stijgt de druk (expiratie).