1 De Boodschappen Flashcards
The offer
De aanbieding
Behind
Achter
Both
Allebei
Only
Alleen
Something / anything else ?
Anders nog iets?
Almost
Bijna
For example
Bijvoorbeeld
The bonus card
De bonuskaart
To run errands
Boodschappen doen
Therefore
Daarom
The thing
Het ding
Expensive
Duur
The corridor
De gang
The money
Het geld
The weight
Het gewicht
Healthy
Gezond
Cheap
Goedkoop
The greengrocer
De groenteboer
The group
De groep
To get / fetch
Halen
The herring
De haring
Complete
Heel
The corner
De hoek
The hunger
De honger
Something
Iets
The cash desk
De kassa
The customer
De klant
The customers card
De klantenkaart
To cost
Kosten
The curd
De kwark
The cheesecake mix
De kwarktaartmix
Left
Links
The spring roll
De loempia
Only / simply / maar
Maar
Easy
Makkelijk
The human being
De mens
To be allowed to / to may
Mogen
Next to
Naast
Of course
Natuurlijk
The small package
Het pakje
The car park
De parkeerplaats
To pin
Pinnen
The debit card
De pinpas
The pound
Het pond
Right
Rechts
The butcher
De slager
The cream
De slagroom
Clever / smart
Slim
To train
Trainen
Between
Tussen
Second
Tweede
The onion
De ui
To sell
Verkopen
Fresh
Vers
The fishmonger
De visboer
To weight
Wegen
The mall / shopping center
Het winkelcentrum
The bag
De zak
