Woordenlijst Thema 8 Flashcards
de aanleiding
Een kapotte rem was de aanleiding voor een bezoek aan de fietsenmaker.
理由
aanrijden
- reed aan
- heeft/is aangereden
De man moet naar het ziekenhuis, omdat hij is aangereden door een auto.
(運転中に)ぶつかる
aantrekkelijk
Amsterdam is een aantrekkelijke stad. Veel mensen willen er graag wonen en werken.
魅力的
de achterstand
Ons voetbalteam heeft de wedstrijd verloren met een achterstand van twee punten.
(仕事や進展が)遅れている
alleenstaand
Yusuf is een alleenstaande man: hij heeft geen partner.
独身
bedreigen
- bedreigde
- heeft bedreigd
Een buurman heeft mij bedreigd. Hij zei: ‘Als je hond nog één keer in mijn tuin poept, dan gooi ik een steen door je ruit.’
脅す
zich bemoeien met
- zich bemoeide met
- zich heeft bemoeid
Mijn moeder bemoeit zich met mijn relatie: ze geeft kritiek op mijn vriend en zegt wat ik wel en niet moet doen.
干渉する
betrokken zijn bij
Alex is betrokken bij de organisatie van het personeelsfeest; samen met zijn collega’s denkt hij na over leuke activiteiten.
関与する、巻き込まれる
de bij
Bijen zijn heel belangrijke insecten. Zonder bijen groeit er geen fruit aan de bomen.
ミツバチ
een bijdrage leveren
Bas levert graag een bijdrage aan de voetbalclub van zijn dochter, daarom geeft hij elke zaterdag training.
貢献する
bijhouden
- hield bij
- heeft bijgehouden
Ik houd elke dag bij hoeveel water ik drink. Dan weet ik aan het eind van de dag of ik genoeg heb gedronken.
記録する、歩調を合わせる
het blok
Het vuur is bijna uit. Thomas gooit er snel nog een blok hout op.
ブロック
het bordspel
Bij een bordspel liggen er vaak een dobbelsteen en poppetjes op tafel.
ボードゲーム
de bumper
Ik ben tegen een paaltje gereden met de auto. Er zit nu een deuk in de de bumper aan de voorkant van mijn auto.
バンパー
compleet
Mijn bestelling is niet compleet: ik heb drie broodjes besteld, maar ik heb er twee gekregen!
完全
het compliment
Aron kreeg veel complimenten over zijn uitstekende en interessante presentatie.
褒め言葉、賞賛
het conflict
Aster heeft een conflict met de woningcorporatie. De eigenaar van haar flat weigert om een lekkage te repareren.
対立
de criminaliteit
Er wordt gezegd dat er in deze buurt veel criminaliteit is, maar ik voel me er heel veilig.
犯罪
de diefstal
Arons auto is gestolen. Helaas heeft de politie nog niemand aangehouden voor deze diefstal.
盗難
de discriminatie
Omdat discriminatie volgens de wet verboden is, mag je niemand anders behandelen vanwege zijn geslacht, geloof, huidskleur of handicap.
差別
doordat
Ik heb vanmiddag twee uur extra vrije tijd, doordat een afspraak naar volgende week is verzet.
なぜなら(原因)
dringend
Onze leidinggevende moet zich goed concentreren, dus stoor haar alleen als je dringende vragen hebt!
緊急の、急ぎの
dronken
Maaike is dronken, want ze heeft te veel alcohol gedronken.
酔っぱらい
in je eentje
Ik werk liever in mijn eentje, dan in een team.
ひとり、単独
je eigen ding doen
Mijn vrienden gaan winkelen in Amsterdam. Ik ga niet met ze mee, want ik ga liever mijn eigen ding doen.
自分のことを(自分で)やる
eigenwijs
Felix is eigenwijs, hij luistert nooit naar het advies van andere mensen.
頑固
enig(e)
Ik heb bijna alle ingrediënten voor de taart in huis, het enige dat ontbreekt is de suiker.
唯一
er is sprake van
Er is sprake van een tekort aan personeel in de ICT.
Hier moet sprake zijn van politieke spelletjes.
(一般的に)〜だと言われている
(het gaat om (iets))
de fantasie
Hij bedenkt altijd prachtige verhalen, want hij heeft veel fantasie.
ファンタジー
gamen
- gamede
- heeft gegamed
Bij gamen speel je op een computer of een ander apparaat.
ゲームする
de gastvrouw/gastheer
Het feest is afgelopen. Alex en Sanne bedanken de gastvrouw voor het leuke feest en het lekkere eten.
ホスト/ホステス
de gedachte
Nahom is somber, hij heeft vaak negatieve gedachten over zichzelf.
考え、気持ち
goedmaken
- maakte goed
- heeft goedgemaakt
Sorry dat ik zo onbeleefd was. Ik wil het graag goedmaken met deze bos bloemen.
ケンカを終わらせる
de graffiti
Vijf kunstenaars spuiten prachtige graffiti op de muur van een sporthal.
グラフィティ
hoewel
Hua winkelt erg vaak, hoewel hij niet veel geld heeft.
Hoewel we er geen zin in hadden, zijn we toch boodschappen gaan doen.
(相反する状態で)にもかかわらず
in de war (zijn)
Ik was een beetje in de war. Vanmorgen stapte ik in de trein naar Den Haag in plaats van in de trein naar Groningen!
混乱している
in staat zijn om
Mijn broer is niet in staat om voor zichzelf te zorgen, want hij heeft een lichamelijke beperking.
ある状態であること
inleveren
- leverde in
- heeft ingeleverd
Als de cursist klaar is, levert hij zijn toets in bij de docent.
提出する
intelligent
Mijn opa is erg intelligent, hij begrijpt alles heel snel en bedenkt voor ieder probleem een oplossing.
知的、インテリジェント
de irritatie
De harde muziek van onze buurman leidt tot irritatie bij mij en mijn vrouw: we worden gek van het lawaai.
イライラ、刺激
jaloers zijn op
Mijn zus heeft veel talent voor tekenen. Maar ik ben niet jaloers op haar, want ik kan goed zingen en dansen.
嫉妬する、羨む