Woordenlijst Thema 2 Flashcards
de aanpak
Niet nadenken, maar doen. Dat is de aanpak van mijn zoon.
アプローチ、取り組み
zich aanpassen (aan een situatie)
- paste aan
- heeft aangepast
Als je chronisch ziek bent, dan moet je je leven aanpassen.
(状況に)適応する、調整する
actief
Julan is een actieve jongen; hij voetbalt, zwemt en loopt hard.
アクティブ
ademen
- ademde
- heeft geademd
Probeer rustig te ademen. Zo kun je je beter ontspannen.
呼吸する
ademhaling
Als je goed wilt zingen, moet je op je ademhaling letten.
呼吸
afwisselend
Ik heb een afwisselend baan. Ik doe elke dag iets anders.
さまざまな
behandelen
- behandelde
- heeft behandeld
Griep kun je niet behandelen met medicijnen.
治療する
behoefte hebben aan
Ik ga even naar buiten want ik heb behoefte aan frisse lucht.
〜が必要だ
de bejaarde
In het weekend gaat de bejaarde met zijn kleinkind naar de film.
高齢者
benauwd
Ik heb het benauwd dus ik loop naar buiten voor frisse lucht.
息苦しい
de beperking
Ik kan niet goed rekenen, Dat vind ik soms een lastige beperking.
制限
beschadigen
- beschadigde
- heeft beschadigd
Ik ben gevallen en nu is mijn fiets beschadigd.
損傷する
de bijsluiter
Als je medicijnen koopt, krijg je altijd een bijsluiter met informatie.
(医薬品の)添付文書
de bijwerking
Ik ben misselijk. Dat is helaas een bijwerking van mijn medicijnen.
副作用
biologisch
Alex koopt alleen biologisch voeding. Hij vindt gezond eten heel belangrijk.
オーガニック
buigen
- boog
- heeft gebogen
Als ik mijn rug buig, heb ik veel pijn. Iets oprapen is daarom moeilijk.
曲げる
chronisch
Mijn dochter is chronisch ziek. Zij heeft suikerziekte.
慢性的な
combineren met
- combineerde met
- heeft gecombineerd met
De cursist combineert het leren van de Nederlandse taal met werken.
組み合わせる
zich concentreren (op)
- zich concentreerde
-heeft zich geconcentreerd
Ik kan me niet concentreren op mijn werk.
集中する
de crème
Je gebruikt het om een zachte huid te hebben.
クリーム
de diagnose
Gisteren heb ik de diagnose gekregen: ik heb RSI.
診断
de diepvries
Het brood is op. Is er nog brood in de diepvries?
冷凍
de drug
Sommige mensen gebruiken drugs tijdens een feestje.
違法ドラッグ
de energie
Ik ben erg moe en heb geen energie om schoon te maken.
エナジー、体力
ernstig
Bij ernstige situaties moet u meteen 112 bellen.
深刻な
het etiket
Ik mag geen melk. Daarom kijk ik op het etiket van het product.
商品ラベル、成分表示
het evenwicht
Het is moeilijk om op één been on evenwicht te blijven en niet te vallen.
バランス
financieel
De financiëlere zaken van het bedrijf gaan slecht.
金融
fris
Heb je iets fris voor me? Ik heb geen zin in koffie of thee.
ソフトドリンク
functioneren
- functioneerde
- heeft gefunctioneerd
Als ik erg moe ben, kan ik niet goed functioneren.
操作する
de fysiotherapeut
De fysiotherapeut geeft me oefeningen tegen rugpijn.
フィジオセラピスト
geestelijk
De jongen is geestelijk ziek: hij is depressief.
精神的
het geheugen
De docent vergeet de nemen van de cursisten. Zij geheugen is slecht!
記憶
de gehoorbescherming
Gebruik ik gehoorbescherming als je met die lawaaierige machine werkt.
聴覚保護
genezen (van)
- genas
- heeft/zijn genezen
Mijn moeder is tien jaar ziek geweest. Nu is ze helemaal genezen.
治療する
gespannen zijn (voor)
Mijn broer is erg gespannen voor zijn rijexamen.
緊張する
het gevolg
Hard rijden kan vreselijke gevolgen hebben.
結果
de grens
Deze keer kan ik je niet helpen. Ik moet op mijn grenzen letten.
境界線
wisselen
- wisselde
- heeft gewisseld
Soms ga ik met de auto, soms met de fiets. Het wisselt.
切り替える、異なる
de houdbaarheidsdatum
Het vlees ruikt vies. Kijk even naar de houdbaarheidsdatum.
賞味期限
de houding
Je moet niet te lang in dezelfde houding zitten. Beweeg regelmatig.
姿勢、態度
de instantie
De gemeente is een instantie waar je je paspoort haalt.
公的機関
de jeuk
Ik heb last van jeuk, want mijn huid is heel droog.
かゆみ
kant - en - klaar
De gordijnen zijn kant-en-klaar. U kunt ze meteen ophangen.
出来合いのもの
langdurig
De werknemer komt zes maanden niet werken want hij is langdurig ziek.
長期
leunen (op)
- leunde
- heeft geleund
Mijn oma leunt op een stok als ze loopt, anders valt ze.
支えにする、寄りかかる
het lijf
Mijn vader heeft last van zijn hele lijf. Alles doet pijn.
身体
de lippenstift
Je gebruikt het om je lippen een kleur te geven.
口紅
de maatregel
Er is veel stress op het werk. De baas heeft daarom maatregelen.
対策
mager
Ik eet mager vlees want dat is gezonder.
低脂肪
medisch
De man heeft een ongeluk gehad. Hij heeft medische hulp nodig.
医学的
het middel
Er is geen middel tegen mijn ziekte. Ik moet ermee leren leven.
方法
minstens
Het is gezond om minstens 250 gram groente per dag te eten.
最低でも
de mogelijkheid
Na het concert heb je de mogelijkheid om iets te drinken.
可能性
naar achter
Ik ben bang van die grote hond. Ik loop een paar stappen naar achter.
後退する
naar voren
De cursist loopt naar voren om iets op het bord te schrijven.
前に出る
noodzakelijk
Om een goede baan te krijgen is het noodzakelijk om Nederlands te leren.
必要、必須
de oefening
Aster heeft rugpijn. Daarom moet ze oefeningen doen.
練習、トレーニング
de omgeving
Ik werk in een omgeving met veel natuur.
周辺、範囲
omhoog
Waarom ben je verdrietig? Kijk omhoog. De zon schijnt!
上、上昇
omlaag
De temperatuur gaat omlaag, het wordt weer kouder.
下、下降
ondertussen
Als jij de boodschappen betaalt, doe ik ze ondertussen in de tas.
〜している間に
zich ontspannen
- ontspande zich
- heeft zich ontspannen
Yusuf ontspant zich in een warme bad.
リラックスする
de oorzaak
De oorzaak van de ongeluk was een kapot stoplicht.
原因
optillen
- tilde op
- heeft opgetild
Kun jij zestig kilo optillen? Ik niet. Dat is te zwaar.
持ち上げる
het parfum
Je gebruikt het om lekker te ruiken.
香水
de patiënt
De patiënt is ernstig ziek en moet lang in het ziekenhuis blijven.
患者
de pijnstiller
Ik neem een pijnstiller tegen de pijn in mijn rug.
鎮痛剤
de/het pincet
Je gebruikt het om iets kleins te pakken.
ピンセット
de pleister
Je gebruikt het om op een wondje te plakken.
絆創膏
praktisch
Hij houdt niet van lezen. Hij wil liever praktisch bezig zijn.
実務的
de presentator
Bas werkt als presentator bij sportprogramma’s op de radio.
プレゼンテーター
rauw
Wij eten een salade met rauwe groente.
非加熱の
rechtop
Houd je kopje rechtop, anders knoei je koffie op de grond.
直立
rekening houden met
Ik houd rekening met de buren dus ik maak geen lawaai thuis.
考慮する、気にかける
het risico
Als je veel rookt, loop je het risico om heel erg ziek te worden.
リスク
de rolstoel
Lisa heeft twee benen gebroken en zit nu in een rolstoel.
車椅子
de (veiligheids)speld
Je gebruikt een veiligheidsspeld om een stukje kleding vast te maken.
安全ピン
de stof
Een schilder moet soms gevaarlijke stoffen gebruiken.
マテリアル、原料、危険物
strekken
- strekte
- heeft gestrekt
Als Alex zijn armen strekt, is hij wel 2,5 meter lang.
伸ばす
stuks
Ik eet vier stuks fruit per dag.
…個、ピース
de (maag)tablet
Je neemt het in met een glaasje water tegen de buikpijn.
胃薬
de therapie
Nahom is depressief. Daarom gaat hij in therapie.
セラピー
de thermometer
Je gebruikt het om koorts te meten.
体温計
toenemen (met)
- nam toe met
- heeft toegenomen met
Het aantal toeristen in Nederland neemt toe. Daarom zijn er ook steeds meet hotels.
増加する
troosten
- troostte
- heeft getroost
De kleuter is van zijn fietsje gevallen en zijn moeder troost hem.
慰める
de tube (tandpasta)
Tandpasta zit in een tube. Zo kun je de tandpasta makkelijk op je tandenborstel doen.
チューブ
de uitslag
Morgen krijg ik de uitslag van mijn slaaponderzoek.
結果
de vegetariër
Ik ben vegetariër geworden, want ik wil geen dieren meer eten.
ベジタリアン
het verband
Je gebruikt het om een wond te beschermen.
包帯
vergelijken (met)
Ik wik een nieuwe telefoon. Ik ga een aantal prijzen vergelijken.
比較する
verminderen
- verminderde
- heeft/zijn verminderd
Ik gebruik geen plastic zakje omdat ik mijn afval wil verminderen.
減少する
het verpleeghuis
Ik ga op bezoek bij mijn oma die in een verpleeghuis woont.
老人ホーム
verslaafd zijn (aan)
Ik drink tien kopjes koffie per dag. Ban ik dan verslaafd aan koffie?
中毒
vertrouwelijk
De informatie is vertrouwelijk. Jij mag die niet lezen.
極秘、秘密
verwennen
- verwende
- heeft verwend
Ik verwen mezelf met een stuk chocola, want ik heb hard gewerkt.
甘やかす
de vitamine
In kiwi’s zit veel vitamine C.
ビタミン
de voeding
Hij neemt altijd gezonde voeding mee: brood, groente en fruit.
栄養
volhouden
- hield vol
- heeft volgehouden
Kun jij lang onder water zwemmen? Ik houd het maar tien seconden vol.
頑張る、努力する
voordoen
- deed voor
- heeft voorgedaan
Wil je de opdracht voordoen? Ik vind hem moeilijk.
模範になる、手本を見せる
voorkómen
- voorkwam
- heeft voorkomen
Veel oude mensen krijgen een griepprik om te voorkomen dat ze ziek worden.
予防する
voorlopig
Ik heb het nu erg druk. Voorlopig heb ik geen tijd om te sporten.
当分の間
voorschrijven
- schreef voor
- heeft voorgeschreven
De huisarts heeft me neusdruppels voorgeschreven.
処方する
de vrije tijd
In mijn vrije tijd kijk ik veel televisie.
自由時間
de vrijwilliger
In het buurthuis werken mensen in dienst en als vrijwilligers.
ボランティア
de watten
Je gebruikt het om je gezicht schoon te maken.
脱脂綿
zakken
- zakte
- is gezakt
Goed nieuws! De huizenprijzen gaan zakken. Nu zijn ze echt te hoog!
下がる、減少する
zo … als je kunt
Ren zo snel als je kunt. Ik heb haast.
あなたができる限り〜する
as … as you can.
de zorg
Ik werk in de zorg. Ik ben verpleegkundige.
介護職