Week 8 Flashcards

1
Q

werkgroep

Wat zijn de mogelijke meetniveaus van onafhankelijke en afhankelijke variabelen in een discriminantanalyse?

A

Onafhankelijke variabelen in een discriminantanalyse zijn meestal op interval- of ratio-niveau. De afhankelijke variabele is nominaal en classificeert individuen in categorische groepen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de rol van gegeneraliseerde Euclidische afstand in de toewijzing van individuen aan groepen?

A

De gegeneraliseerde Euclidische afstand wordt gebruikt om de afstand tussen een observatie en de centra van de groepen in een discriminantanalyse te meten. Het helpt bij het classificeren van de observatie tot de groep waartoe het het dichtstbij ligt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is er mis (of ontbreekt) met de PAC als maatstaf voor nauwkeurigheid van classificatie?

A

De Positieve Voorspellende Waarde (PAC) houdt geen rekening met de werkelijke prevalentie van de ziekte en kan misleidend zijn als deze prevalentie laag is, waardoor de PPV kan variëren met de prevalentie van de aandoening in de bevolking.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het verschil tussen de sensitiviteit en de positieve voorspellende waarde van een test?

A

Sensitiviteit meet het vermogen van een test om correct alle daadwerkelijk positieve gevallen te identificeren, onafhankelijk van de prevalentie, terwijl de positieve voorspellende waarde (PPV) de kans meet dat iemand met een positief testresultaat daadwerkelijk de aandoening heeft, wat varieert met de prevalentie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het verschil tussen de specificiteit en de negatieve voorspellende waarde van een test?

A

Specificiteit meet het vermogen van een test om correct alle daadwerkelijk negatieve gevallen te identificeren, terwijl de negatieve voorspellende waarde (NPV) de kans meet dat iemand met een negatief testresultaat daadwerkelijk vrij is van de aandoening, wat ook varieert met de prevalentie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom is de basisratio van sommige ziekten meestal erg belangrijk voor de positieve en negatieve voorspellende waarde van een test voor de ziekte, maar helemaal niet belangrijk voor de sensitiviteit en specificiteit?

A

De basisratio (prevalentie) van een ziekte beïnvloedt de PPV en NPV omdat deze waarden afhankelijk zijn van hoe vaak de ziekte voorkomt in de bevolking. Een hogere prevalentie verhoogt de PPV en verlaagt de NPV. Sensitiviteit en specificiteit zijn inherent aan de test en zijn onafhankelijk van de ziekteprevalentie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het doel van discriminantanalyse in constructonderzoek?

A

Om te bepalen in welke categorie iemand geplaatst kan worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wanneer spreken we van classificatie in onderzoek

A

Wanneer spreken we van classificatie in onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het doel van discriminantanalyse in de praktijk

A

Het discrimineren tussen twee of meer categorieën op basis van meerdere intervalvariabelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het doel van beschrijvende discriminantanalyse?

A

Het beschrijven en bepalen hoe groepen van elkaar verschillen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat doet voorspellende discriminantanalyse?

A

Het voorspelt tot welke groep een individu behoort op basis van intervalvariabelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat onderscheidt voorspellende van beschrijvende discriminantanalyse?

A

Voorspellende discriminantanalyse richt zich op de classificatie van individuen, terwijl beschrijvende discriminantanalyse zich richt op het begrijpen van groepsverschillen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat houdt de Stelling van Bayes in binnen de context van diagnostische tests?

A

Het biedt een manier om de positief voorspellende waarde van een diagnose in de populatie te herzien op basis van het basispercentage van de diagnose.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat gebeurt er met de gevoeligheid en specificiteit van een test als je van een steekproef naar een populatie gaat?

A

Deze blijven onveranderd; ze worden niet beïnvloed door het basispercentage.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly