Week 6 Flashcards
Grondmodel strafrechtelijke aansprakelijkheid:
gedrag waarmee een delictsomschrijving wordt vervuld + menselijke gedraging, gedekt of omschreven in delictsomschrijving, wederrechtelijkheid en verwijtbaarheid -> bij een strafuitsluitingsgrond doe je een beroep op de afwezigheid van wederrechtelijkheid of verwijtbaarheid
Inperking van strafbaarheid: ondanks het vervullen van de delictsomschrijving geen strafbaarheid
noem twee soorten strafuitsluitingsgronden
Rechtvaardigingsgronden
Schulduitsluitingsgronden
Schulduitsluitingsgronden:
Doen verwijtbaarheid van de(ze) specifieke dader vervallen Bijv. ontoerekeningsvatbaarheid, reageert vanuit een waanvoorstelling, wordt dan vastgesteld door psychiater en rechter
Rechtvaardigingsgronden
Ontnemen wederrechtelijkheid aan de gedraging (ongeacht wie de gedraging verricht)
bijv. Noodweer, je mag jezelf verdedigen onder bepaalde voorwaarden
Bij ideaaltypische do komt strafuitsluitingsgrond aan bod bij de … vraag?
3e
Strafuitsluitingsgronden (noteren in wettenbundel)
Algemene, geschreven strafuitsluitingsgronden: Titel III Boek 1 Sr (art. 39-43 Sr)
Bijzondere strafuitsluitingsgronden: bijv. art. 103a Sr, art 261 lid 3 Sr, art. 293 lid 2 Sr, 296 lid 5 Sr
Inwendige omstandigheden <-> uitwendige omstandigheden
Art. 40 Sr overmacht in de zin van noodtoestand
o Bij noodtoestand is er sprake van een acute noodtoestand waarmee de betrokkene wordt geconfronteerd, maar deze z.s.m. probeert te beëindigen waarbij de juiste keuze is gemaakt. HR Opticien.
3 voorwaarden
- Sprake van min of meer acute nood.
- Er moet voor zwaarstwegende plicht of belang worden gekozen.
- Proportionaliteit en subsidiariteit moeten worden nageleefd. (ook gerantenstellung)
Art. 41 Sr: noodweer
Rechtvardigingsgrond
Ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding van lijf, eerbaarheid (seksueel) of goed
o Belangrijkste doel is voorkomen van eigenrichting. Eisen voor noodweer:
- Sprake van een aanranding van eigen of andermans lijf/eerbaarheid/goed.
- De aanranding moet wederrechtelijk zijn (kan niet van een dier komen)
- De aanranding moet ogenblikkelijk zijn
* Aanranding moet feitelijk begonnen zijn, of minstens sprake van onmiddellijk dreigend gevaar voor een aanranding. Dreigende houding is niet voldoende
- Verdediging moet noodzakelijk zijn (subsidiariteit)
- Er moet voor het lichtste middel gekozen worden. Onttrekkingsvereisten, pas als er geen alternatieven zijn zoals vluchten.
- Verdediging moet geboden zijn (proportionaliteit)
- Geboden: had je iets anders kunnen doen? Weglopen?
- Proportionaliteit: De verdediging zelf en verdedigingsmiddel moet in verhouding staan tot de aanranding. Als dit overschreden wordt, is het noodweerexces.
o Let op met gerantenstellung, van een beveiliger mag worden verwacht dat hij gematigder reageert op een aanval dan iemand zonder professionele ervaring.
Art. 42: Uitvoering wettelijk voorschrift
Rechtvaardigingsgrond
Maakt een feit dat ter uitvoering van een wettelijk voorschrift is begaan straffeloos.
art. 43 lid 1 Sr | bevoegd gegeven ambtelijk bevel
Rechtvaardigingsgrond
Wie een ambtelijk bevel gehoorzaamt, verricht een rechtmatige handeling, omdat het ambtelijk bevel is terug te voeren tot de uitoefening van het staatsgezag.
o Dit bevel moet afkomstig zijn van bevoegd gezag
o Waarbij het noodzakelijk is om de wet te overtreden
art. 39 Sr | Ontoerekenbaarheid
Schulduitsluitingsgrond
Wanneer iemand zijn gedrag niet aan hem kan worden toegerekend op grond van een psychische stoornis spreken we van ontoerekenbaarheid. Waar de andere strafuitsluitingsgronden ‘uitwendige oorzaken’ als gemeenschappelijke noemer hebben, kenmerkt ontoerekenbaarheid zich door een ‘inwendige oorzaak’.
o Interne druk. 3 vragen in kader vd toerekening beslissing
- De verdachte moet ten tijde van het ten laste gelegde feit hebben geleden aan een psychische stoornis.
- Er moet worden onderzocht of de psychische stoornis van invloed is geweest op het ten laste gelegde feit. (causaal verband)
- Als de verdachte zelf voor de ontoerekenbaarheid heeft gezorgd, door drugs bijvoorbeeld, dan tast dit niet de toerekenbaarheid aan.
art. 40 Sr | Psychische overmacht
o Externe druk van het lichaam. Een kracht, drang of dwang waartegen weerstand bieden redelijkerwijze niet is te eisen.
- Er moet sprake zijn van zeer dwingende omstandigheden.
- Er dient sprake te zin van externe, dus van buiten komende psychische drang.
- De psychische druk dient acuut te zijn.
art. 41 lid 2 Sr | Noodweerexces
ondanks disproportioneel gedrag kan je je hierop alsnog beroepen
o Iemand verdedigt zich tegen een ogenblikkelijke, wederrechtelijk aanranding van eigen of andermans lijf, eerbaarheid of goed, maar overschrijd daarbij de grenzen van proportionaliteit en subsidiariteit.
- Er moet sprake zijn (geweest) van een noodweersituatie
* Ogenblikkelijke en wederrechtelijk aanranding van eigen of andermans lijf eerbaarheid of goed.
- De betrokkene heeft de grenzen van proportionaliteit en subsidiariteit in een hevige gemoedsbeweging overschreden.
- Overschrijding is onmiddellijk gevolg van die hevige gemoedsbeweging
* Dubbele causaliteit
* Als hij tentijde dus rationeel nadacht, is er geen sprake meer van een hevige gemoedsbeweging
- Hevige gemoedsbeweging is door aanranding veroorzaakt dubbele causaliteit
o HR Ballenknijper stelt grenzen aan de noodweerexces. Disproportionele gedragingen die werkelijk alle perken te buiten gaan, worden niet meer verontschuldigd
HR Ballenknijper | Begrenzing noodweerexces|
- Casus: verdachte wordt door SO bij testikels gegrepen; voelt hevige pijn; slaat SO in gezicht om hem te doen ophouden; SO knijpt nog harder; verdachte pakt vaas; slaat SO op hoofd, hij overlijd.
- Hof: of: a) hoewel handelen van SO ogenblikkelijke wederrechtelijke aanranding opleverde waartegen verdediging gerechtvaardigd was, was verdachte reactie niet geboden, hij had zich kunnen onttrekken: disproportioneel en niet subsidiair; b) niet uit te sluiten dat intense pijn hevige gemoedsbeweging kan veroorzaken waardoor grenzen noodzakelijke verdediging kunnen worden overschreden; slaan met zware vaas door 38-jarige op hoofd 86-jarige, afgewogen tegen aard en ernst aanranding, dusdanig disproportioneel dat dat niet kan disculperen
- HR: ‘s hofs oordeel dat, gelet op mate van disproportionaliteit, doodslag niet kan worden aangemerkt als onmiddellijk gevolg van door aanranding veroorzaakte hevige gemoedsbeweging, onjuist noch onbegrijpelijk, gelet op aanranding, doodslag en verweer
- Bij vraag of in concreto van ‘onmiddellijk gevolg’ sprake was, kan gewicht toekomen aan mate waarin grenzen noodzakelijke verdediging zijn overschreden alsmede aan aard en intensiteit hevige gemoedsbeweging
Wanneer de verdachte de grenzen van de noodzakelijke verdediging overschrijdt spreken we van de schulduitsluitingsgrond noodweerexces (art. 41 lid 2 Sr). Die overschrijding moet een onmiddellijk gevolg zijn van een hevige gemoedsbeweging, die op haar beurt weer is veroorzaakt door de aanranding. Hierin is een dubbele causaliteitseis terug te vinden.
Was de handeling in de noodweer situatie proportioneel? dan noodweer
Was de handeling in de noodweersituatie disproportioneel? dan noodweerexces
Wat is nou een hevige gemoedsbeweging?:
* Ruimer dan ‘vrees, angst, of radeloosheid’
* Uit vereiste dat gedraging het onmiddellijk gevolg moet zijn van hevige gemoedsbeweging die is veroorzaakt door wederrechtelijke aanranding volgt dat aannemelijk moet zijn dat de aldus veroorzaakte gemoedsbeweging van doorslaggevend belang is geweest voor de gedraging, maar niet dat geheel uitgesloten is dat andere factoren mede hebben bijgedragen aan het ontstaan van die hevige gemoedsbeweging
(intensieve) Noodweerexces indien:
a) verdachte de gedraging heeft verricht in situatie waarin en op tijdstip waarop voor hem noodzaak bestond tot verdediging lijf, eerbaarheid of goed tegen ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding, maar daarbij als onmiddellijk gevolg van hevige door die aanranding veroorzaakte gemoedsbeweging verder gaat dan geboden is (intensief), of
b) op tijdstip van gedraging situatie a) is beëindigd en noodzaak tot verdediging dus niet meer bestaat, doch niettemin deze gedraging het onmiddellijk gevolg is van hevige gemoedsbeweging veroorzaakt door daaraan voorafgaande wederrechtelijke aanranding (extensief)