Week 5.2 Flashcards

1
Q

Leg uit wat responsief bestuursrecht inhoudt

A

Responsief bestuursrecht: onbuigzame juridische systeemlogica maakt plaats voor maatwerk en flexibiliteit, waarbij de burger ervaart dat het bij de rechtsstaat om hem gaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Leg uit wat er wordt bedoeld met dat het responsief bestuursrecht op ‘gespannen voet’ kan komen staan

A

Aan de ene kant probeert het responsief bestuursrecht de onbuigzame juridische systeemlogica te omzeilen, maar aan de andere kant moet ook rekening worden gehouden met algemene beginselen van behoorlijk bestuur, om zo de democratische rechtsstaat te waarborgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Soms komen geschreven recht en ongeschreven recht in conflict met elkaar. Leg uit wat dan de oplossing is

A

Als geschreven recht en ongeschreven recht met elkaar in conflict komen, dan heeft geschreven recht in beginsel voorrang op ongeschreven recht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Leg uit wat de term ‘contra legem’ inhoudt

A

‘Contra legem’: omstandigheden waarbij de rechter in overeenstemming handelt met een algemeen beginsel van behoorlijk bestuur (ongeschreven recht) in plaats van de wet (geschreven recht). In dit geval heeft het ongeschreven recht voorrang op het geschreven recht (dit kan spanning opleveren met het legaliteitsvereiste) (zie ABRvS Kinderopvangtoeslag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Leg uit wat normeren in het privaatrecht inhoudt

A

Normeren in het privaatrecht: overheidsorganen die optreden als private partij (in plaats van publiekrechtelijke partij) blijven alsnog gebonden aan de geschreven regels en ongeschreven regels van het bestuursrecht (HR Didam)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom is belanghebbendheid van belang voor de normering binnen het bestuursrecht?

A

Belanghebbendheid is van belang voor de normering binnen het bestuursrecht, omdat het filtert wie toegang heeft tot rechtsbescherming (dit beschermt tegen willekeur)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Geef aan of de volgende stelling juist of onjuist is: algemene beginselen van behoorlijk bestuur zijn uitsluitend van belang voor de normering van het publiekrechtelijk optreden van het openbaar bestuur

A

Algemene beginselen van behoorlijk bestuur zijn uitsluitend van belang voor de normering van het publiekrechtelijk optreden van het openbaar bestuur = onjuist, ze spelen ook een rol in privaatrechtelijk optreden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef aan of de volgende stelling juist of onjuist is: op algemeen verbindende voorschriften zijn de algemene beginselen van behoorlijk
bestuur die in de Awb zijn gecodificeerd, niet van toepassing

A

Op algemeen verbindende voorschriften zijn de algemene beginselen van behoorlijk bestuur die in de Awb zijn gecodificeerd, niet van toepassing = juist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly