Week 2.2 Flashcards

1
Q

Leg uit wat een a-orgaan is

A

A-orgaan; zie art. 1:1 lid 1 sub a Awb (publiekrechtelijke rechtspersonen; zie art. 2.1 BW)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem en leg uit 2 kenmerken van een a-orgaan

A

Kenmerken a-orgaan:
1) Alleen een bestuursorgaan (welke onderdeel is van een openbaar lichaam en dus onderdeel is van het openbaar bestuur) van een publiekrechtelijke rechtspersoon kan een a-orgaan zijn

2) Een a-orgaan is een onderdeel van een publiekrechtelijke rechtspersoon, waarbij de taak van dat a-orgaan in een wettelijke bepaling moet staan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Leg uit wat een b-orgaan is

A

B-orgaan; zie art. 1:1 lid 1 sub b Awb (waarbij openbaar gezag = het eenzijdig kunnen bepalen van de rechtspositie van andere rechtssubjecten (deze moet volgen uit een wettelijke grondslag))

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem en leg uit 2 kenmerken van een b-orgaan

A

Kenmerken b-orgaan:
1) Een b-orgaan is alleen een bestuursorgaan voor zover het een bestuursbevoegdheid uitoefent

2) De Awb is alleen van toepassing op b-organen als de handelingen van b-organen handelingen betreffen uit naam van het openbare gezag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Openbaar gezag krijgen b-organen uitsluitend als dit volgt een uit een wettelijke grondslag. Hierop bestaan 2 uitzonderingen. Noem en leg uit uitzondering 1

A

ABRvS Stichting bevordering kwaliteit leefomgeving Schipholregio; uitzondering 1: een orgaan dat geldelijke uitkeringen óf op geld waardeerbare voorzieningen aan derde verstrekt, is een b-orgaan, indien wordt voldaan aan 2 cumulatieve criteria
(zie jurisprudentie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Openbaar gezag krijgen b-organen uitsluitend als dit volgt een uit een wettelijke grondslag. Hierop bestaan 2 uitzonderingen. Noem en leg uit uitzondering 2

A

Uitzondering 2: als een privaatrechtelijke rechtspersoon zodanig onder overwegende overheidsinvloed staat, dat de werknemers van de rechtspersoon als ambtenaren moeten worden beschouwd, moet deze privaatrechtelijke persoon als b-orgaan worden gezien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Leg uit wat het verband is tussen art. 1:1 lid 2 Awb en art. 1:1 lid 3 Awb

A

Art. 1:1 lid 2 Awb geeft organen die niet als bestuursorganen worden aangemerkt. Art. 1:1 lid 3 Awb geeft uitzonderingen wanneer de in art. 1:1 lid 2 Awb genoemde organen wél als bestuursorganen worden aangemerkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Noem en leg uit 2 verschillen tussen a-organen en b-organen

A

Verschillen a-organen en b-organen:
1) Handelingen van a-organen vallen altijd binnen reikwijdte Awb. Handelingen van b-organen vallen binnen reikwijdte Awb voor zover die handelingen uitoefening van openbaar gezag betreffen

2) A-organen hebben organisatorisch criterium (waar behoort een orgaan tot?), b-organen hebben functioneel criterium (wat doet een orgaan?)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar staat informatie over zelfstandige bestuursorganen?

A

Informatie zelfstandige bestuursorganen (zbo): zie tab Kaderwet zelfstandige bestuursorganen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Leg uit of een ‘zbo’ een bestuursorgaan in de zin van de Awb is

A

Een ‘zbo’ is per definitie een bestuursorgaan in de zin van de Awb, maar kunnen door te toetsen aan de omstandigheden van het geval, gekwalificeerd worden als een a-orgaan of b-orgaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly