Week 5 HC2 Flashcards

1
Q

Wat is het probleem met extrahepatische cholestase?

A

probleem met galuitscheiding.

tumor, strictuur, tumor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het probleem met intrahepatische choleastase?

A

probleem met galvorming.

genetisch, virussen, auto-immuun, medicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke groepen zijn er bij de diagnose van pancreascarcinoom?

A
  • (borderline) resectabel (10-20%) (opereerbaar)
  • LAPC (30%)
  • Gemetastaseerd (50%)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat betekent LAPC?

A

Locally advenced.
Hangt af van hoe de tumor in de vaten groeit.

wordt bepaald op creteria over vaatbetrokkenheid; (1 criterium noodzakelijk)
- >90 graden contact (AMS)
>90 graden contact (truncus coeliacus)
> 90 graden contact (a. Hep com)
> 270 graden contact (VMS/VP)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke tumormarkers hebben toegevoegde waarde?

A

vooral Ca19.9
CEA
AFP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke behandelingen zijn er bij gasttic-outlet obstructie?

A

chirurgische GL
Duodenum stent
Endoscopische GJ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly