week 4 Flashcards
1
Q
nowadys, currently
A
tegenwoordig
2
Q
leven
A
leef
leeft
leven
3
Q
healthier
A
gezonder
4
Q
delicious
A
heerlijk
5
Q
exited
A
enthousiat
6
Q
weird
A
raar
7
Q
strange
A
vremd
8
Q
except
A
behalve
uitgezonderd
9
Q
sth else?
A
nog iets
10
Q
tylko
A
even
11
Q
from
A
uit
ik pak even de achtertse uit het schap
12
Q
najbardziej z tylu
A
de achterste
13
Q
only
A
allen
bijna allen verse gronten
14
Q
say
A
zeg
15
Q
tell
A
iets vertellen
16
Q
speak
A
spreken
17
Q
talk
A
praten
18
Q
see
A
zien
zag
gezin
19
Q
before
A
voordat
20
Q
after
A
nadat
21
Q
untill
A
totdat
22
Q
so
A
zodat
23
Q
thousand
A
duizend
24
Q
exercise
A
oefening
25
clear, obvious
duidelijk
26
discuss sth
bespreek
27
during
tijdens
28
subject, topic
onderwerp
29
discussion
discussie
30
process sth
iets verwerken
31
experience sth
iets meemaken
32
biologic
biologisch
33
strategy
strategie
34
procudts
producten
35
especially
vooral
36
noraml, ordinary
gewoon
37
chance
toevallig
38
bring sth
take sth
meenemen
39
fine, great
fine, great
40
taste
proeven
proefde
geprofd
41
offer
aanbiedingen
42
hlaf
helft
43
better
beter
44
exams
tentamens
45
rucola
rucola
46
grab sth
iets pakken
47
shelf
schap
48
lijst
list
49
to stick to
houd...me...aan
daar houd ik me dan ook aan
50
taste
smaken naar
51
walk into
binnenloopen
52
longer
langer
53
environment
omgeving
54
sounds
klinken
het klinkt mooi
55
true
waar
56
earth
aarde
57
umber, amount, quaanitity
aantal
58
succesful
succesvol
59
apply, implelemnt stj
toepassen
ik kan mijn theoritische kennis in mijn baan toepassen
60
areas
gebieden
61
spreading, distributig
verspreiden
62
common
gemeen
63
concern (dotyczyć)
betreffen
het rapport betrof het financiele beleid van de bedrijf
64
parts
delen
65
specific
specifike
66
move, exercise
bewegen
67
move somehwre
verhuizen
68
distance
afstand
69
lift
lift
70
stairs
trap
71
instead of
in plaats
72
populatio
bevolking
73
step
aanzet
74
get up, stand up
opstaan
75
increase raise
iets verhogen
76
quiet, calm
rustig
77
lack of, shortage
gebrek aan
78
expectation
verwachting
79
daily
dagelijske
80
routine
routine
81
nap
dutje
82
pray
bidden
83
reducded
verlaagd
84
principle
principe
85
stomach
maag
86
fill
vullen
vulde
gevuld
87
lose
verlizen
verloor
verloren
88
diet
eetpatroon
89
plant based
plataardig
90
is based on
is gebaseerd op
91
nuts
noten
92
prefrence
voorkeur
93
faith
geloof
94
practice sth
belijd
95
sweetest
liefst
96
accrdoing
volgens
97
higher
hogher
98
lovers
gelifden
99
realtion
relatie
100
sufficient
voldoende
101
prove
blijken
102
bahviour
gedrag