Week 2 Flashcards

1
Q

RSV

A

Rous sarcoma virus
is een retrovirus en is het eerste oncovirus dat is beschreven. Het veroorzaakt sarcoom (een tumor) bij kippen. Hierbij worden de fibroblasten getransformeerd in vivo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Eigenschappen van de tranformeerde cellen

A
  • Cellen op en over elkaar: focus (=wildgroei cellen)
  • Transformeren gastheercellen
  • Eigenschappen die tumorcellen ook hebben:
    • Verlies contactinhibitie: dichtheid groter
    • Cellen kunnen groeien zonder substraat (=basaalmembraan)
    • Oneindig vaak proliferen en delen
    • Minder behoefte aan groeifactoren
    • Onafhankelijk van groeifactoren
    • Ander glucose transport
    • Tumorigenicity
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Andere soorten kanker door een virus

A

Slechts twee typen kanker (hepatoom en cervic carcinoom) kunnen duidelijk worden gelinkt aan een specifiek micro- organisme (virus). Verder Hepatitis B virus, SV40, HPV,
herpesvirus, adenovirus en retrovirussen: rous sarcoma virus (RSV) en Human T-cell leukemia virus (HTLV-I).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Oncogen

A

gen/eiwit, dat vaak als drijvende kracht achter tumor zit: ongenerende celgroei.
Coderen voor eiwitten die, wanneer abnormaal geactiveerd, het ontstaan van kanker stimuleren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Proto-oncogen

A

Zijn normaal voorkomende genen die een regulerende rol hebben bij de celgroei, celdifferentiatie en apoptose.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Transfectie

A

Techniek die geholpen heeft bij onderzoek oncogenen
vreemd DNA in gastheercel, met name veel toegepast in reasearch.
Onderzoek naar wat er gebeurt in de cel op DNA niveau en welk stuk DNA verantwoordelijk is voor de tumorgroei.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Gen amplificatie

A

het fenomeen dat een gen wordt gedupliceerd (of zelfs vaker) in het eigen genoom. Hierdoor ontstaan er dus meer kopieÎn van het gen dan dat er eigenlijk zouden moeten zijn. Dit kan zorgen voor een hogere expressie van dit gen, omdat het gewoonweg twee keer (of meer keer) zo vaak voorkomt. Het gen wordt dus ook vaker afgeschreven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Manieren van oncogen conversie (4)

A
  • Gen amplificatie
  • Translocaties
  • Structuurverandering
  • Fusie-eiwitten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Leg Translocaties uit (oncogen conversie)

A

(uitwisseling van genen tussen chromosomen) waardoor 1) een gen onder invloed komt van een andere promotor, of 2) die aanleiding geeft tot vorming van een nieuw eiwit.
bijv. elke keer als Igh geactiveerd wordt, wordt het oncogen ook geactiveerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Leg Structuurverandering uit (oncogen conversie)

A

Verschillende structuurveranderingen in eiwitten kunnen tot oncogen activatie leiden
Groei factor bind aan receptor en veranderd de structuur. Hierdoor blijft de receptor signalen afgeven ook zonder ligand.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Leg Fusie-eiwitten uit (oncogen conversie)

A

Als twee eiwitten aan elkaar binden kan dit resulteren in een ongecontroleerde groei stimulatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wanneer is mutatie recessief of dominant?

A

Als 1 kankerallel zich in de cel bevind en de cel wel tumorigeen is: dominant
Als 1 kankerallel zich in de cel bevind en de cel niet tumorigeen is: recessief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Manieren van muteren van oncogenen (4)

A
  1. Gen amplificatie
  2. Overexpressie
  3. Puntmutatie
  4. Chromosomale translocatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

HER2/neu eigenschappen

A

• HER2/neu codeert voor een receptor tyrosine kinase
• HER2/neu komt in veel (borst) tumoren tot overexpressie door gen
amplificatie
• Verhoogde expressie zorgt voor een verhoogde activiteit van de Ras-MAPK pathway. Dit zorgt voor cel proliferatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Cycline D eigenschappen

A

Overexpressie zorgt voor proliferatie

Deze overexpressie kan komen door amplificatie, chromosomale inversie of chromosomale translocatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bcl-2 eigenschappen

A

Overexpressie zorgt voor de verhoogde overleving van cellen, wat de mogelijkheid bied tot het verkrijgen van een extra mutatie.
Overexpressie komt door chromosomale translocatie.

17
Q

RAS eigenschappen

A
RAS eiwit heeft belangrijk oncogen dat ontstaat bij 1 puntmutatie.
Eerst beschreven (somatische) mutatie die aanleiding geeft tot tumorgroei. Ras mutaties komen in veel tumoren voor. Uit een screen van 40.000 humane tumor genomen bleek dat K-ras in 22%, N-ras in 8.2% en H-ras in 3,7% was geactiveerd door mutaties