Week 12: Urogenitale afwijkingen en genderidentiteit HC's Flashcards

1
Q

Puberteit jongens

A

testikelvolume > 4 mL
tussen 9e en 14e
gemiddeld 11,5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Puberteit meisjes

A

Tanner stadium M2 (borstgrootte)
tussen 8 en 13

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Klinefelter syndroom

A

47, XXY
lange lengte
gynaecomastie
weinig beharing
kleine testes
verminderde spiermassa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

oorzaken premature pubarche (beharing en transpiratiegeur)

A

premature adrenarche: vroegtijdig puberteit van bijnieren > androgeen productie
LH en FSH zijn laag
Bij meisjes voor 8e en jongens voor 9e

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

premature thelarche

A

alleen te vroeg borstontwikkeling, verder geen afwijkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat wil je weten van brakend kind

A
  • gallig of niet gallig
  • meconiumlozing normaal binnen 48 uur
  • bolle of niet bolle buik
  • anus aanwezig?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

chirurgische DD gallig braken pasgeborene

A
  • duodenum atresie
  • volvulus/malrotatie
  • hirchsprung
  • jejunum/ileumatresie
  • mecodiumileus
  • colonatresie
  • anorectale malforamtie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zie je bij duodenum atresie op BOZ

A

double bubble: 2 bellen met lucht, maag en duodenum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

pathologie hirchspurng

A

geen ganglioncellen in Lexussen, aangedane deel kan niet relateren > functionele obstructie. Hierdoor geen meconiumlozing.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

welke zenuw doet urethrae spincter

A

n. pudendus, somatisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welke zenuw doet detrusor

A

plexus pelvicus, parasympatisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

stappen na registratie blaasvulling

A
  1. signaal via nervus pelvicus naar PMC in pons
  2. vanuit PMC naar cortex
  3. PMC stuurt signaal naar SMC
  4. n. pelvicus activatie > contractie detrusor
    n. pudendus geremd > relaxatie sfincter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waar zijn cortex, pmc en smc voor nodig

A

cortex: juiste timing
pmc: coördinatie
smc: versterking en fijnafstelling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

infranucleaire laesie

A

onder SMC
slappe blaas > urine retentie > overloop incontinentie > UWI’s en stuwing nier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

supranucleaire laesie

A

boven SMC
stugge, overactieve blaas > druk in blaas + spierhypertrofie > dalende nierfunctie en stijgende intramurale druk > daling nierfunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat doen sertoli cellen en leydig cellen wat zal leiden tot vorming testis

A

Sertoli: maken AMH > regressie Mullerse structuren
Leydig: maken testosteron > mannelijke geslachtsdifferentiatie

17
Q

atypisch genitaal vrouwen

A

vermannelijking vrouwelijk genitaal door fusie labia of cliteromegalie

18
Q

atypisch genitaal mannen

A

ondervirilisatie: hypospadie, micropenis, niet ingedaalde testes

19
Q

diagnostiek voor geslachtstoewijzing

A

echo uterus en gonaden
testosteron, AMH, inhibine B
karyogram

20
Q

DSD categorieën

A
  • 46 XY DSD: bv stoornissen androgeen productie
  • 46 XX DSD: bijnierhyperplasie
  • sexchromosomaal DSD: turner en klinefelter