Week 10: Congenitale afwijkingen en kanker HC's Flashcards

1
Q

noem een ziekte met stoornis in metabolisme van aminozuren

A

PKU:
- autosomaal recessief
- enzym PAH ontbreekt/werkt niet
- verstandelijke beperking
- lichte huid + blond haar
Behandeling: phenylalanine-arm dieet en tyrosine suppletie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem een lysosomale stapelingsziekte

A

MPS I:
- neurologische klachten
- verandering uiterlijk
- overbeharing
- macrocefalie
- groei/skelet afwijkingen
- organomegalie
Diagnostiek: urine/plasma onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

mitochondriale overerving

A
  • Uitsluitend maternaal overervend
  • Variabele expressie: mix gezonde en gemuteerde mitochondriën, dus symptomen variëren.
  • tasten vooral energie-intensieve organen aan.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hydrops foetalis

A

abnormale vochtophoping in minstens 2 van volgende compartimenten:
- subcutaan oedeem
- pleura-effusie
- ascites
- pericardiale effusie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

oorzaken hydroas foetalis

A
  • lysosomale stapelingsziekten (PKU)
  • cardiovasculaire malformaties
  • Turner
  • trisomie 21
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

maternale PKU gevolgen foetus

A
  • ontwikkelingsachterstand
  • breinaanlegstoornissen
  • hartdefecten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

diagnostiek erfelijke stofwisselingsziekten

A
  • metaboliet onderzoek: urine, plasma, liquor
  • DNA check
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

verklaringen waarom bij normale array en WES er toch iets mis is

A
  • mozaïcisme > tweede weefsel testen
  • mitochondriale aandoening
  • afwijkingen in methylering
  • repeat expansies
  • probleem niet in exonen > WGS (whole genome) doen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

jeugd gezond bewegen

A

1 uur per dag matig intensief
3 x per week spier- en botversterkende activiteiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

comorbiditeiten obesitas

A
  • lipiden (cholesterol)
  • glucose (diabetes)
  • lever (leverfunctie en vetstapeling)
  • slaapapneu
  • Hypertensie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welke tumoren komen veel voor bij kinderen

A
  • wilmstumor (niertumor)
  • neuroblastoom
  • sarcomen
  • leukemie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

genezingspercentage kanker bij kinderen

A

80%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

voor welk type therapie zijn kinderen met kanker gevoelig?

A

bij kinderen tumor snel groter, daarom erg gevoelig voor chemotherapie, aangezien het ingrijpt op celdelingscyclus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

symptomen ALL (acute lymfatische leukemie)

A
  • bleek
  • bloedingsneigingen
  • infecties
  • botpijn
  • algehele malaise
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Diagnostiek ALL

A
  • cytomorfologie
  • immunofenotypering
  • cytogenetica
  • beeldvorming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

locaties hemangiomen

A
  • hoofd/nek (60%)
  • Romp (25%)
  • Extremiteiten (15%)
17
Q

wat zijn complicaties van hemangiomen en waarmee ga je dan behandelen?

A
  • ulceratie - bloeding - pijn
  • functionele problemen: oren, ogen, luchtwegen
  • cosmetisch
  • (hart)
18
Q

PHACES-acroniem

A

syndroom van aangeboren afwijkingen die samenhangen met aanwezigheid van hemangioom
Posterior fossa malformation
Hemanioom
Arteriële afwijkingen
Cardiale afwijkingen
Oogafwijkingen
Sternal cleft

19
Q

capillaire malformatie

A

wijnvlek
als in gezicht, alert zijn op dat vaten niet goed zijn aangelegd in hersenen en daardoor verhoogde kans epilepsie

20
Q

sturge weber syndroom

A
  • veneuze malformatie
  • glaucoom
  • aangeboren wijnvlek
  • epilepsie op jonge leeftijd.