week 12 (osteoporose) Flashcards

osteoporose

1
Q

oorzaken verminderde botdichtheid (5)

A
  • osteoprorose
  • osteomalacie
  • metastase
  • multiple myeloom
  • hyperparathyreoidie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

kenmerken osteoporose

A
  • meest voorkomende metabole botziekten
  • leidt tot afname van bot mineraal dichtheid (BMD) en een toegenomen fractuur risico
  • verlies van botmassa
  • verlies van botstruktuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is osteomalacie

A

onvoldoende inbouw calcium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

definitie osteoporose

A

= onbalans tussen botresorptie en botproductie

–> botombouw in spongeiuws bot is veel actiever dan in corticale boe bot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

waarom hebben vertebrae eerder last van osteoporose?

A

daar is meer spongieus bot aanwezig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waarvoor zorgt osteoporose

A

fracturen mn in

  • wervels
  • pols
  • femur

geeft pijn, morbiditeit en mortaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

risicofactoren osteoporose

A
  • vrouwen > 60 en mannen > 70
  • vrouwen en mannen > 50 + eerdere fractuur
  • verminderde mobiliteit
  • gebruik corticosteroide
  • osteoporose in famillie
  • laag lichaamsgewicht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is osteopetrose

A

is een toename van BMD waardoor de botten op een rontgrenfoto witter zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

radiologie osteoporose

A
  • de botdichtheid is afgenomen
  • de cortex is dunner
  • verlies secundaire bot trabeculae
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

compressie

A

= het van vorm veranderen van wervels door wervelfracturen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

soorten compressie

A
  • wedging
  • biconcave (in het midden)
  • pancake
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

meten van BMD

A
  • DEXA
  • metacarpical cortical index
    = ratio tussen dikte cortex en dikte geheel bot
  • QCT
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welke vorm hebben wervellichamen bij osteomalacie

A

biconcaaf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn Looser’s zones

A

alle zones die niet gemineraliseerd zijn, afwijkingen op foto die lijken op fracturen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

DEXA

A

er wordt gebruikt gemaakt van 2 rontgrenstralen –> uitslag in grammen hydroxyapetiet

(L2-L4)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

T-score DEXA

A

afwijking van de meting tov gemiddelde waarde voor jongvolwassenen

17
Q

Z-score dexa

A

afwijking van de meting tov de gemiddelde waarde van mensen met dezelfde leeftijd en hetzelfde geslacht

18
Q

wat gebeurt er met de BMD van vrouwen na menopauze

A

die wordt lager

19
Q

scores osteoporose

A

osteopenie: T -1 - -2,5
osteoporose: T= < -2.5
ernstige osteoporose: T = < -2,5 + osteoporotische fractuur

20
Q

beperkingen DEXA

A
  • is 2D, gene calciumhoeveelheid diepterichting
  • DEXA op plek met wervelverzakking onterecht hogere BMD
  • neemt aderverkalkingen mee
21
Q

klinische gevolgen osteoporose: wervelfractuur

A
  • acute en chronische pijn
  • kyphose (door inzakking)
  • lengteverlies
  • afname beweeglijkheid
  • uitpuilen buik
  • kortademigheid
  • depressie
  • verlies afhankelijkheid
22
Q

klinische gevolgen osteoporose: heupfractuur

A

80% = verminderde uitvoering van 1 dagelijkste activiteit

40%–> niet meer lopen
30% –> permanent invalide
20% –> overlijden binnen 1 jaar

23
Q

komt osteoporose meer voor bij mannen of vrouwen

A

vrouwen

24
Q

gebruik corticosteroiden en osteoporose

A

zorgen voor remming botaanmaak door versterkte apoptose osteoblasten en osteocyten
- de kans op osteoporose hangt sterk af van de dosis

25
Q

FRAX

A

geeft de kans dat een patient de komende 10 jaar iets gaat breken

26
Q

beperkingen FRAX

A

corrigeert niet voor:

  • wervelfracturen
  • dosis en duur steroid
  • valincidenten

ook geen consensus over drempelwaarden