week 12 (botten + calcium-fosfaat) Flashcards
botsamenstelling
calciumfosfaat (=hydroxyapetiet) 60
extracellulaire eiwitmatrix 30
- collageen type 1
- niet collagene eiwitten (bv bio-actieve eiwitten zoals groeifactoren)
bloedvaten en cellen 10
wat is trabeculair bot?
sponsachtig netwerk van fijne botbalkjes en botplaatjes (= trabekels)
eigenschappen trabeculair bot?
- 20% van botmassa
- hoge ombouw
functie trabeculair bot
- mineraal metabolisme (bij deficientie)
- sterkte en elasticiteit
wat is corticaal bot?
= dichte buitenkant van compect bot, bepaalt de vorm van het bot
eigenschappen corticaal bot
- 80% van botmassa
- lage ombouwactiviteit
essentiele functies corticaal bot
- verzorgt biomechanische sterkte
- aanhechtingsplaats voor pezen en spieren
- bescherming van het beenmerg met daarin stamcellen
waar liggen haverse systemen
in corticaal bot
wat zijn haverse systemen
lagen van bot met daarin een centraal kanaal voor de bloedvaten, samen vormt het een osteon
vormen van lengtegroei van bot
- endochondrale botvorming
- intramembraneuze botvorming
endochondrale botvorming
= vervanging van kraakbeen door bot, vindt plaats in bijna alle botten
groeischijf
bestaat uit een laagje kraakbeen, het sluiten van de groeischijf is dat al het kraakbeen vervangen is door bot
endochondrale botvorming proces
- MCS (embryonaal) condenseren naar chondrocyten
- chondrocyten (kraakbeencellen) produceren matrix en prolifereren
- matrix wordt gemineraliseerd
- primair ossificatiecentrum (in midden diafyse)
- vascularisatie komt erin
- MCS buitenkant differentieren naar periost of osteoblast
- dit geeft verdere ossificatie van primair ossificatiecentrum
- uitbreiding van vascularisatie door matrix degradatie en osteoclasten
- invasie van bloedvaten in epifyse
- secundair ossificatie centrum
- tussen de twee ossificatie centra zit de groeischijf
intramembraneuze botvorming
= directe botvorming, uit bindweefsel
vorming van schedel en sleutelbeen botten
intramembraneuze botvorming proces
- osteoblasten produceren collageenmatrix (=osteoid)
- osteoid wordt gemineraliseerd en hierin komt de osteoblast vast te zitten
- de osteoblast heet nu een chondrocyt
waaruit ontstaat een osteoblast?
uit een mesenchymale stamcel (MCS)
diametergroei
= gaat door appositionele groei waarbij osteoclasten de binnenkant afbreken en van buiten vormen de osteoblasten weer bot
waar zitten osteoblasten
onder het laagje perostium
veroudering en verandering botten
cortex wordt dunner maar diameter wordt groter (en botsterkte)
botmassa wordt kleiner
aanpassing bij veroudering
perostiale appositie = toename aan buitenzijde om verlies aan binnenzijde te compenseren
–> dit gaat niet lang mee een geeft porositeit
oorsprong en functie osteoclast
- oor: hematopoetische stamcel
- functie: botafbraak
oorsprong en functie osteoblast
oor: mesenchymale stamcel
functie: botvorming
oorsprong en functie osteocyt
oor: osteoblast
functie: mechano-sensibele regulatie botopbouw en afbraak
osteoclasten
= grote cellen met veel kernen
- hechten aan de botmatrix
- lossen het calcium op en breken de matrix af
regulatie osteoclastvorming
RANK (op opp. osteoclast en voorganger)
RANK ligand (ook door osteoblasten gemaakt)
OPG systeem
wat doet PTH in regulatie osteoclasten
- stimuleert de productie van RANK ligand
- remt de productie van OPG
–> verhoogt de activiteit van osteoclasten
wat doet oestrogeen in regulatie osteoclasten
- remt RANK ligand
- stimuleerd OPG
–> remt activiteit van osteoclasten en bespaart botmassa