week 1 Flashcards
Grootte van de financiële markt
Grootte: financiel services omvat +/- 14% van de total global market, het gaat om triljoenen.
Wat zijn de voornaamste spelers op de financiele markt?
- Banken (commerciële banken & investment banks)
Je hebt commerciële banken waar je gewoon je geldrekening hebt, lening, etc misschien effectenrekening en een hypotheek afsluit.
EN
Je hebt Investment banks, treden niet op voor jou en mij, maar voor bedrijven. Bedrijf dat geld nodig heeft, helpt bedrijf met lening/krediet of uitgifte nieuwe aandelen of met bedrijf naar beurs. Je gaat naar bank, dit is wat we nodig hebben, hoe gaan we dat doen? Fee voor betalen ook. - Vermogensbeheerders: beleggingsfonds bijv.
- Verzekeraars: je verkoopt je risico aan verzekering
Belangrijke financiële speler in het geheel. Risico verkopen aan verzekeraar, premie voor betalen. Premie op balans. Deel premie om te beleggen voor grote klappen of rendement behalen, ander deel gebruiken om schades en andere verplichtingen uit te keren.
Grote beleggers! Vrij veel premie opbouw! - Beurzen en handelsplatformen: plekken waar vraag en aanbod komt.
Euronext - meest klassieke gereguleerde beurs waar aandelen, opties en obligaties worden verhandeld.
&
MTF en OTF - digitale platforms waar transacties in financiële instrumenten aan elkaar worden gekoppeld, vaak aandelen. Vaak aandelen. Eigenlijk beetje concurrenten van meer klassieke gereguleerde beurs zoals Euronext. Elektronisch, vraag en aanbod komt samen. Obligaties, opties, financiële instrumenten. - Handelaren en market makers
Een market maker is een beurshandelaar die de handel in bepaalde effecten zoals aandelen of opties onderhoudt. Een market maker stelt continu bied- en laatprijzen af in de effecten. - Investeerders, Aanbieders van specifieke beleggingen
Vermogensbeheerders - je hebt geld over, je zet het uit bij andere partij en die belegt het voor jou. - Tussenpersonen & adviseurs
Belangrijke groep meer in retail van niet financiële instelling naar consument toe. Bijv. een koophuis. Vertaling complexiteit financieel product in advies. Belangrijk in overdracht van informatie.
Verschillende financiële markten
- Kapitaalmarkten
(Aandelen kopen verkopen, vinden elkaar op de markt. Transactie koper/verkoper, aandeel gaat over op nieuwe eigenaar & obligatiemarkten idem. Obligaties zijn langlopende leningen tussen overheden - bedrijven. Hebben geld nodig, schrijven obligaties uit. Kunnen worden gekocht door partijen. Overheid/bedrijf moet bepaalde rente erover betalen. Onderliggende bedrag uiteindelijk aflossen. Lening kan worden verhandeld op de markt. Niet aandeel in bedrijf, maar obligatie (lening) waar je in handelt. - Commodity markten (bulkgoederen of massa geproduceerde producten)
- Termijnmarkten
(Bijv. product van brood is afhankelijk van graan. Op termijnmarkt kun je met future zeggen: over een jaar koop ik X aantal graan tegen die prijs. Dan weet je dat je die prijs betaald, = stabiliteit voor bedrijf. Tussentijd prijsstijging, risico afdekken met financieel instrument. Ovk met andere partij die dan zegt: over 1 jaar tegen die prijs leveren.) - Derivatenmarkten
(ontlenen hun waarden aan een ander goed, voorbeelden: opties, futures, swaps en forwards. Optie recht om bijv. een aandeel te kopen. Recht om aandeel te verkopen. Interest swaps = derivaat waar in gehandeld kan worden.) - Geldmarkten:
(Kortlopende leningen 1 tot 2 jaar. Kun je ook in handelen.) - valutamarkten
Handel in €, dollar, etc.
Beursvennootschappen
- Ondernemingen kunnen aandelen uitgeven en deze laten noteren op een beurs (IPO of een secondary offering)
- Aandelenmarkt, hoe ontstaat die nu eigenlijk? Je moet eerst aandelen hebben. Bedrijven kunnen aandelen uitgeven, die hoeven niet per se op een beurs genoteerd te zijn. KvK, notaris en BV opzetten is ook mogelijk. Aandelen uitgeven op die manier kan maar die worden niet verhandeld.
- Aandelen kun je laten noteren op een beurs als je groot genoeg bent. Niet iedere start-up kan naar de beurs. Vervolgens genoteerd, dan vrije verhandeling en kunnen jij en ik kopen/verkopen. Markt, prijsvorming. - Daarbij worden zij begeleid door investment banks en adviseurs
- Bedrijf doet het goed, je wilt naar de beurs, aandelen vrij laten verhandelen? Investment banker begeleidt.
- IPO (initial public offering). Voor het eerst aangeboden aan publiek. Adviseurs, advocaten, accountants, PR mensen, roadshow om aandelen aan te prijzen. Vervolgens verkoop aan publiek en verhandeling Euronext of andere beurs. - Ondernemingen halen hiermee kapitaal op voor verdere groei
- Waarom doen bedrijven dat nou? eigenlijk verkopen ze daarmee een stukje van het bedrijf. Halen kapitaal binnen.
- Soms willen oprichters van het bedrijf liquide middelen hebben en verkopen ze deel pakket aadelen aan publiek. Dan hebben ze geld i.p.v. aandelen. - Aandelen worden verhandeld op de beurs
- Denk bijv. aan Ahold en Adyen. Meest recent is Adyen, betaaldienstverlener naar beurs in 2018.
Prijsvorming genoteerd aandeel
Basis om te kunnen kijken naar voorwetenschap en marktmanipulatie. Hoe ontstaat zo’n prijs nou? Hoe komt de prijs tot stand? Vraag en aanbod daar beginnen we mee. Wat is de waarde van een aandeel? Waarde van aandeel hangt samen met waarde van het bedrijf. Bijv. bedrijf heeft aandelen uitgegeven, waarde van bedrijf is 1 miljoen. 100.000 aandelen, waarde van aandeel is € 10,-. Waarom gebaseerd? Op waarde van het bedrijf. Hoe beoordeel je wat het bedrijf nu waard is? Dat moet je doen op basis van wat je in toekomst verwacht dat het bedrijf gaat doen. Vooruit kijken. Waarde van een aandeel is in feite wat je in de toekomst verwacht te gaan krijgen uit het bedrijf. Dividend. Hogere winst maken, omzet, groei, winst groei. Deel van winst wordt uitgekeerd aan aandeelhouders (dividenduitkering). Voorspelling maken op basis van wat het over 10 a 20 jaar aan jou gaat opleveren als je het aandeel vasthoudt. Wat je over 20 jaar krijgt in €, is minder waard dan wat je vandaag in € krijgt. Verdisconteren ,terugrekenen naar wat die € over 20 jaar, vandaag waard zou zijn (stukje minder waar, ingewikkelde formule). Zo ga je optellen wat je morgen, overmorgen, over 10 a 20 jaar denkt te krijgen uit het bedrijf. Verdisconteren naar de dag van vandaag.
- Informatie (feiten en verwachtingen)
- Er is een deel gebaseerd op feiten. Nieuwe info over het bedrijf, bedrijf gaat bijv. een concurrent overnemen.
- Of je ziet de markt in bijv. 5 jaar tijd zo ontwikkelen dat het bedrijf goed gepositioneerd is en kan gaan groeien. Op basis van feiten/verwachtingen berekenen wat het bedrijf kan gaan opleveren in de toekomst. Terugrekenen wat het vandaag de dag waard zou zijn.
- Stel dat koers van aandeel vandaag € 10,- is en morgen groot bericht dat het technologisch bedrijf veel sneller chips kan maken. 10 jaar aan gewerkt en het is gelukt. Persbericht eruit. Wat gebeurt er dan?
* Mensen die aandelen hebben of niet hebben, analisten en adviseurs (alle betrokkenen): er is nieuwe info, wat gaan we ermee doen?
* Technologische doorbraak, dus bedrijf kan naar inschatting volgende 5 jaar X aantal € miljoen winst maken, dividenduitkeringen. toekomstverwachting, bedrijf stijgt met 20% in waarde, dus aandeel ook stijging 20%.
* De koers is nog steeds €10. Informatie komt binnen, mensen gaan rekenen, komen met nieuwe waardering van bedrijf en waardering van het aandeel. Wat gaat er dan gebeuren? Mensen gaan kopen tegen €10 - €12 of loopt het aandeel door? Loopt door. Waarom? Misschien zijn er mensen die verwachten dat het meer waard wordt. In principe als de hele markt het erover eens is dat het € 12,- waar is, dan zou het stoppen bij €12,-. Gaat in ieder geval van € 10,- heel snel naar € 12,-. - Transacties (vraag en aanbod)
Komt voort uit vraag en aanbod. Vraag en aanbod wordt gecreeerd door (…) informatie. - Prijsvorming
De prijs past zich aan.
Voorbeeld Tesla: op twitter aankondiging dat alle aandelen van de beurs zou worden gehaald. Markt dacht: interessant, koers omhoog, als we ze nu inkopen voor lagere prijs, kunnen we ze van de beurs halen?
Ruis, hij wou het niet van de beurs halen, koers daalt.
Samengevat:
- Nieuwe info
- Aanpassing verwachtingen over toekomstige geldstromen van het bedrijf
- Aanpassing waarde van het bedrijf
- Aanpassing vn waarde van het aandeel
- Handel - koop/verkoop
- Aanpassing prijs op markt aan nieuwe waarde van het aandeel
Efficiëntie van de koers
- Neoklassieke school
- Gedragseconomische school
In economische wetenschap veel onderzoek gedaan naar hoe prijs tot stand komt op beurzen.
Efficiënte markt hypothese
- Neoklassieke school: homo economicus -> verwacht rendement en risico.
- Efficiënte markt hypothese beetje de neoklassieke school. Rationele actor, mensen nemen altijd goede beslissingen.
- Op basis van de efficiënte markt hypothese was het eigenlijk zo van: informatie wordt snel en accuraat in de prijs verwerkt. Dus elke keer als er nieuwe info uitkomt, past de koers zich heel snel en heel accuraat aan aan de waarde van het aandeel op dat moment. Weinig tot geen foutmarges. Koers gelijk aan waarde van het aandeel. Op basis van empirisch onderzoek, sommige dingen zijn moeilijk te testen. Ongeveer buttom line, gebeurt gewoon omdat de markt goed functioneert. - Gedragseconomische school: afwijkingen -> cognitieve beperkingen en emoties
- Later kwamen er steeds meer afwijkingen naar boven. Koers reageert best wel raar, markt wel zo efficiënt? Stroming van gedragseconomisch onderzoek. Behavioural finance. Werd gekeken naar afwijkingen: klopt de koers nu wel ten opzichte van waarde van het aandeel? Moeilijk te meten. met verschillende methodes aangetoond dat er veel afwijkingen waren.
- Bijv. mensen nemen liever geen verlies. Dus als het rationeel verantwoord is om te verkopen, maar omdat ze net groot verlies hebben geleden doen ze het niet. Willen geen verlies nemen. Psychologische afwijking die er ook voor zorgt dat koersen niet altijd verlopen zoals je verwacht.
- Tamelijk efficiënt: Slotsom: financiele markten en koersvorming is tamelijk efficiënt. Niet super efficiënt, niet inefficiënt: tamelijk. Informatie wordt redelijk goed en snel in koers verwerkt die naar buiten komt.
Waarom regulatie?
- Financiële sector en markten zijn belangrijk voor een reële economie
* Het is een belangrijke sector en belangrijk voor de reële economie. Reële economie: bedrijven die producten maken, die diensten verlenen. Financiële sector helpt de reële economie te groeien.
* Financieel sector is belangrijk om die goed te houden, levert bijdrage aan onze welvaart. - Waarborgen van vertrouwen in de sector en markten
* Het is ook een sector die samenhangt met vertrouwen. Als het vertrouwen in financiële sector weg ebt, is het mogelijk te herstellen. Hebben we de afgelopen 10 jaar gezien. - Correctie van marktimperfecties
* Het is een markt waarvan we weten dat er marktimperfecties in zitten. Normaal gesproken is de meest natuurlijke staat van een markt of industrie: niet reguleren, tenzij. Er zijn gewoon marktimperfecties, legitiem om delen ervan te reguleren: tenzij. Er zijn gewoon marktimperfecties, legitiem om delen ervan te reguleren:
a. Systeemrisico’s
b. Tekort aan informatie voor consumenten
c. Moral hazard bij grote financiële instellingen. Moral hazard betekent in feite dat je als bank of medewerker extra risico’s neemt omdat iemand anders de negatieve gevolgen opvangt. Bij banken gezien. Sommige zijn too big to fill. Als een bank op bijna omvallen staat, springt staat mogelijk bij. Dat maakt dat soms extra risico’s worden genomen binnen zo’n onderneming omdat er een mogelijk vangnet is buiten de onderneming. Daarvoor moet ook worden gecorrigeerd. - Bestrijden van schadelijk en onethisch gedrag, bijv. beleggingsfraude, handel met voorwetenschap en marktmanipulatie.
* Bestrijden van schadelijk en onethisch gedrag van simpelweg criminaliteit in sector. Sector met veel geld. Sectoren waar veel geld in omgaat, trekt criminaliteit/onethisch gedrag aan, valt veel te halen.
Begrip financieel-economisch strafrecht
Verschillende opvattingen over de omvang:
- Beperkte opvatting: bestaat enkel uit hetgeen betrekking heeft op financiele delicten die strafrechtelijk kunnen worden vervolgd
- Ruime opvatting: ook overtredingen van toezichtwetgeving wordt hiertoe gerekend, welke bestuursrechtelijk kunnen beboet
- Opvatting prof.: financieel economisch strafrecht is een verstrengeling van financieelrecht, strafrecht en bestuursrecht.
Trend: bijzonder strafrecht & punitief bestuursrecht kruipen steeds meer naar elkaar toe.
Bronnen
- Wft: Wet op financieel toezicht (relevant financieel recht)
- WED: Wet op de economische delicten (relevant strafrecht)
- WvSr & WvSv
- Awb: punitief bestuursrecht
- Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (dat is een wet die ING recentelijk niet heeft nageleefd, als je niet weet wie de klant is, dan moet je een melding maken).
- Wet toezicht accountantsorganisaties
- Wet toezicht trustkantoren (ziet op het werk van trusts, dat zijn buitenlandse bedrijven die in NL trust beginnen die het werk uitbesteden, er vindt niet veel werk plaats in de organisatie, maar meer vanwege belastingoverwegingen).
- EU-recht
- Verordening marktmisbruik
- Richtlijn marktmisbruik
Rest van colleges: wet op financieel toezicht + verordening/richtlijn marktmisbruik
Handhavingsorganisaties
Om ervoor te zorgen dat ondernemingen en personen zich aan deze regels houden, is een stok achter de deur nodig. Dit wordt geleverd door het strafrecht en het bestuursrecht.
> > Ook wel een beetje het civielrecht. Als je je niet aan een financiële norm houdt en levert schade op, zou je een civiele claim kunnen starten tegen financiële instelling. Moeilijk. Eenling tegen grote instelling. Advocaten, partijen krijgen informatie (wat ze verkeerd hebben gedaan). Civielrecht werkt tot op zekere hoogte, daarboven heb je het bestuursrecht, strafrecht, toezichthouders en OM nodig om grote misstanden te onderzoeken en te bestraffen.
- OM > Sv
- Autoriteit Financiele Markten (AFM) > bestuursrechtelijke handhaving
- De Nederlandse Bank (DNB)
Materiële financieel strafrecht
- Bestaat uit:
Lastig om te zeggen wat financieel strafrecht is, afbakening. Zie oratie Nelemans. er is niet zoveel over de afbakening geschreven. Volgens Nelemans:
MATERIEEL FINANCIEEL STRAFRECHT:
- Financieel recht, voor zover overtreding van de bepaling tot een bestuurlijke boete of een strafrechtelijke sanctie kan leiden.
> Koppeling tussen financieel recht en de stok achter de deur: ofwel het punitieve bestuursrecht ofwel het strafrecht. daarbij komt dan: - Commuun strafrecht, voor zover het wordt aangewend in de context van financiële criminaliteit (‘large scale illegality that occurs in the world of finance and financial institutions’)
> Niet al het commune strafrecht is ook financieel recht. Sterker nog, dat zijn meer algemene bepalingen die niet gekoppeld zijn aan bepaalde industrie;
> Bijv. witwasbepalingen, omkopingsbepalingen, oplichting, valsheid geschrift. Dit staat allemaal in WvSr. Beleggingsfraudezaken wordt er niet gebruik gemaakt van bijzonder strafrecht, maar het gewone strafrecht wetboek (oplichting, valsheid geschrift).
Deze twee samen zijn voor Nelemans (in ieder geval voor deze cursus) materieel financieel strafrecht.
Vier schillen van materieel recht
Dit samen is het materieel strafrecht.
1e schil: financiële normen die via de WED strafrechtelijk worden gehandhaafd en ernstig zijn. Zie bijv. art. 1 sub 1 WED (max 6 jaar) > BR handhaving eveneens mogelijk.
- Handel met voorwetenschap = sinds 3 juli 2016 niet meer in de Wft verboden, maar in de marktverordening.
- Het tippen van voorwetenschap
- Marktmanipulatie
- Benchmarkmanipulatie
- WvSr: verbod op koersmanipulatie 334 Sr & bedrog bij emissie 336 Sr
2e geschil: is eigenlijk hetzelfde als schil 1, maar dan minder zware straffen. Bestaat uit financiële normen die via de Wed strafrechtelijk kunnen worden gehandhaafd, maar minder ernstig zijn, zie art. 1 sub 2 en 3 WED (max 2 jaar) > BR handhaving eveneens mogelijk
- Plicht tot openbaarmaking van koersgevoelige informatie
- 1 en 2 kunnen ook bestuursrechtelijk worden gehandhaafd.
3e schil: bestaat uit financiële normen die enkel bestuursrechtelijk kunnen worden gehandhaafd (gaat om ruim 1000 bepalingen). Dus deze kan niet naar het OM. Dit kan leiden tot een dwangsom (niet meer doen, anders moet je dit bedrag betalen, tot je hebt het gedaan).
- Voornamelijk in Wft. pensioenwet en onderliggende maatregelen van bestuur
- Gigantisch veel artikelen (conceptueel de grootste schil)
> ALLEEN BESTUURSRECHTELIJKE HANDHAVING.
4e schil: bestaat uit algemene strafbepalingen die zijn opgenomen in het WvSr en worden aangewend bij de bestrijding van financiële criminaliteit.
- Bedrog
- Valsheid geschrifte
- Boekhoud fraude & faillissementsfraude
- Witwassen
Market Abuse Regulation (MAR)
o Je mag niet handelen met voorwetenschap
o Je mag voorwetenschap niet op een oneigenlijke manier delen
o Je mag de markt niet manipuleren
o Geen valse informatie
o Geen transacties manipuleren
o Beursvnp voorwetenschap zsm openbaar maken
o Bepaalde financiële instellingen schade door marktmisbruik melden bij toezichthouder o Bepalingen over samenwerking autoriteiten - toezichthouders
In feite alles op het gebied van marktmisbruik gereguleerd in de MAR.
Als je handelt met voorwetenschap, wat is dan de mogelijke boete?
- Voorwetenschap is niet meer in de Wft, maar in de MAR geregeld. Het gaat dus om een overtreding van art. 14 MAR. Art. 14 MAR = verbod op het handelen met voorwetenschap.
- Welke boete hoort daarbij?
Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten. Art. 5 lid 1 Besluit > boetecategorie opzoeken in bijlage 2. Boetecategorie 3 overtreding art. 14 MAR. EUR 15 mio of 15% van de netto jaaromzet. - Art. 5 lid 2 Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten: ‘indien de bijlage, ter uitvoering van art. 1:81 lid 3 Wft, een verhoogd max bedrag of, ter uitvoering van art. 1:82 lid 2, een percentage van netto-omzet vermeldt, geldt dat max. bedrag of percentage.’
Als daar bedragen achter staan in die tabel, dan moet je dat bedrag nemen! Dus niet wat er in art. 1:82 Wft staat. Deze bedragen gaan VOOR op de tabel. - Art. 5 lid 3 Besluit uitvoering EU-verordeningen financiele markten: ‘indien de bijlage, ter uitvoering van art. 1:81 lid 3 een verhoogd max. bedrag vermeldt, geldt als basisbedrag de helft van dat max. bedrag.’
Als er een verhoogd max. bedrag vermeld staat (dat is hier dus zo), dan geldt als basisbedrag de helft van het max. bedrag. Dus dat zou dan 7,5 mio zijn. 15% netto-omzet blijft ongewijzigd. - Art. 5 lid 4 Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten:
‘Paragraaf 1 van het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector is van overeenkomstige toepassing’.
Art. 2 Besluit bestuurlijke boetes financiële sector.
Mede van toepassing verklaard voor Besluit uitvoering EU- verordeningen financiële markten. Verlaging of verhoging van het basisbedrag:
• met max 50 procent indien de ernst of duur van
de overtreding een aanpassing rechtvaardigt
• met max 50 procent indien de mate van verwijtbaarheid een aanpassing rechtvaardigt • In totaal: basisbedrag zou je 100% kunnen
verhogen, dus verdubbelen.
14 MAR: maximum is 15 mio. Basisbedrag 7,5 mio (halveren,
zie art. 5 lid 3 Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten). Je kunt het weer verhogen obv ernst/duur of verwijtbaarheid naar 15 mio.
- Art. 1:81 lid 4 Wft: verdubbeling boete bij recidive binnen 5 jaar (max 2 x het maximum kunnen opleggen).
- Art. 1:83 Wft
Boete van maximaal drie maal het verkregen voordeel. Dus als het voordeel hoger zou zijn dan de boete, zou je het bedrag x 3 kunnen doen.
Strafrechtelijk sanctioneren
Als je handelt met voorwetenschap, wat is dan de strafrechtelijke sanctie?
- Wet op de economische delicten: art. 1 sub 1, 2 en 3. Opzoeken waar art. 14 MAR staat. Lange lijst! Staat in sub 1.
- Gevolgen sub 1:
Misdrijven voor zover zij OPZETTELIJK zijn begaan; anders overtreding (art. 2 lid 1 WED) - Niet opzettelijk = overtreding
Merendeel van de gevallen, in ieder geval bij marktmisbruik, zijn het misdrijven. Voorwaarden opzet wordt niet eens over nagedacht, want het zijn vrij geobjectiveerde bepalingen. - Er is een transactie verricht, iemand had voorwetenschap, dus heb je gehandeld met voorwetenschap.
- Geen ruimte om na te gaan denken over: was het nu voorwaardelijk opzet? Opzet op transactie, over voorwetenschap beschikte, sprake van opzet op handelen: bepaling overtreden.
- Opzet op de bestanddelen volstaat; geen boos opzet vereist. Voorwaardelijk opzet is voldoende.
- Hoge hoofdstrafmaxima
* Hoofdstrafmaxima misdrijf: 6 jaar of geldboete van de 5e categorie (art. 6 lid 1 sub 1 WED)
* Hoofdstrafmaxima overtreding: 1 jaar gevangenis of geldboete van de 4e categorie, art. 6 lid 1 sub 4 WED (Kom je niet aan toe, want misdrijf). - Hoge strafmaxima
- Hoofdstrafmaxima misdrijf: 6 jaar gevangenis of boete van 5e categorie art. 6 lid 1 sub 1 WED)
- Hoofdstrafmaxima overtreding: 1 jaar gevangenis of geldboete van de 4e categorie (art. 6 lid 1 sub 4 WED). Kom je niet aan toe, want misdrijf. - Boetecategorie > art. 23 lid 4 WvSr.
- Vierde categorie, EUR 20.750
- Vijfde categorie: EUR 83K (maximaal)
- De zesde categorie, EUR 830K - Art. 23 lid 7 WvSr
- Bij veroordeling van een RECHTSPERSOON kan, indien de voor het feit bepaalde boetecategorie geen passende bestraffing toelaat, een geldboete worden opgelegd tot ten hoogste het bedrag van de naast hogere categorie.
> Dus dat is de 6e categorie, dan kan je naar 830K gaan.
- Indien voor het feit een geldboete van de zesde categorie kan worden opgelegd en die boetecategorie geen passende bestraffing telaat, kan een geldboete worden opgelegd tot ten hoogste 10% van de jaaromzet van de rechtspersoon in boekjaar voorafgaande aan de uitspraak of strafbeschikking.
> doorgaan naar 10% van de netto-omzet.
Flexibel boeteplafond.