week 1 Flashcards
De student kan de werking van het centraal zenuwstelsel beschrijven bij alledaagse handelingen en bij het waarnemen.
ruggenmerg afferente zenuwbaan –> primair sensorische schors –> secundair sensorische schors –> tertiair sensorische schors –> tertiair motorische schors –> secundair motorische schors –> primair motorische schors –> efferente zenuwbaan
De student kan de symptomen van een hersenbeschadiging indelen één van de drie stoornisgroepen. sensomototrisch
Abnormale tonus Abnormale reflexactiviteit Spierzwakte / stijfheid Gestoorde sensibiliteit Gestoorde coördinatie Evenwichtsproblemen
De student kan de symptomen van een hersenbeschadiging indelen één van de drie stoornisgroepen Neuronpsychologisch / cognitief
afasie neglect apraxie geheugenstoornis informatiewerking aandacht/concentratie
De student kan de symptomen van een hersenbeschadiging indelen één van de drie stoornisgroepen Psychologisch / sociaal
stemming stoornis
gedrag
persoonlijkheid
executieve functies
De student kan beredeneren welke symptomen er ontstaan als gevolg van uitval van een hersenstructuur of hersengebied
- rechtszijdige hemisfeerlaesie: sensomotorisch: parese anesthesie anopsie hemiparese=hemiplegie
neuropsychologisch:
neglect
agnosie
apraxie
psychologisch:
slecht ziektebeeld
overmoedig
- linkszijdige hemisfeer: sensomotorisch: parese anesthesie anopsie hemiparese=hemiplegie
neuropsychologisch:
afasie
agnosie
apraxie
psychologysch: depressie onzeker catastroferen bewust van beperking
De student kan aan de hand van de symptomen na corticale hersenbeschadiging analyseren welke hemisfeer aangedaan is
- rechtszijdige hemisfeerlaesie: sensomotorisch: parese anesthesie anopsie hemiparese=hemiplegie
neuropsychologisch:
neglect
agnosie
apraxie
psychologisch:
slecht ziektebeeld
overmoedig
- linkszijdige hemisfeer: sensomotorisch: parese anesthesie anopsie hemiparese=hemiplegie
neuropsychologisch:
afasie
agnosie
apraxie
psychologysch: depressie onzeker catastroferen bewust van beperking
De student kan aan de hand van de symptomen na (sub)corticale hersenbeschadiging analyseren welk specifiek hersengebied aangedaan is.
a. Basale ganglia: controleren van bewegingen, motivatie en beloning
b. Thalamus : schakelcentrum van de hersenen
c. Hypothalamus :onderdeel limbisch syysteem, in stand houden homeostase
d. Hypofyse : maakt hormonen en scheidt ze uit
e. Hippocampus : opslag geheugen
f. Amygdala : aansturen en verwerken van emoties
h. Medulla oblongata:ademhaling hartslag, waken, slapen, vind de piramide kruising plaats
i. Corpus callosum: verbinding met grote hersenen, zorgt dat ze informatie kunnen uitwisselen
De student kan aan de hand van de symptomen na hersenzenuwbeschadiging analyseren welke hersenzenuw aangedaan is.
De nervus olfactorius (N1) is een sensibele zenuw met als voornaamste functie het waarnemen van geur.
De nervus opticus (N2) is eveneens sensibel en is van groot belang voor het gezichtsvermogen.
De nervus oculomotorius (N3) is een motorische zenuw die een rol speelt bij het bewegen van het oog, het kijken naar nabijgelegen voorwerpen (accommodatie), het vernauwen van de pupil en het aansturen van de spieren van de oogleden.
De nervus trochlearis (N4) is een motorische zenuw die ook een rol speelt bij de bewegingen van het oog.
De nervus trigeminus (N5) is een gemengde zenuw; die zorgt voor het kauwen en de gewaarwording geleidt van mond, gezicht en oog.
De nervus abducens (N6), een motorische zenuw, helpt bij de zijwaartse oogbewegingen.
De nervus facialis (N7), een gemengde zenuw, draagt bij aan de gelaatsuitdrukking en de afscheiding van speeksel, geleidt de smaak van een deel van de tong en reguleert de uitscheiding van traanvocht.
De nervus vestibulocochlearis (N8). De voornaamste functies van deze sensibele zenuw zijn het gehoor en het evenwichtsgevoel.
De nervus glossopharyngeus (N9); deze gemengde zenuw speelt een rol bij de smaakgewaarwording van een deel van de tong, geleidt prikkels vanuit de keelholte naar de hersenen en helpt bij het regelen van de bloeddruk.
De nervus vagus (N10), een gemengde zenuw, speelt een rol bij de regeling van de slokdarmfunctie, het gevoel in de keel, de spieren van de stembanden en bij het slikken.
De nervus accessorius (N11) is een motorische zenuw die helpt bij de bewegingen in nek en schouders.
De twaalfde zenuw is de nervus hypoglossus (N12), een motorische zenuw die bewegingen van de tong tijdens het spreken en slikken aanstuurt.