Weeffouten: mens en natuur Flashcards

1
Q

Kringloop

A

Wanneer een systeem een gesloten kringloop heeft, betekent dat, dat er geen grondstoffen verloren gaan, omdat die weer worden verbruikt bij een volgende stap in de krinloop (de begintoestand wordt weer bereikt na verschillende stadia).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Eenrichtingsverkeer

A

Wanneer een kringloop niet gesloten is (en er dus grondstoffen verloren gaan).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Resource

A

Alles wat je uit de grond of uit de lucht kunt halen: ‘natuurlijke hulpbron’ / grondstof.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Plastic soep

A

De ophoping van kunststoffen in de zeeën en oceanen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Plastic eilanden

A

Als gevolg van oceaanstromen verzamelt een deel van de opgehoopte kunststoffen (plastic soep) zich op diverse plaatsen en vormt reusachtige drijvende ‘plastic eilanden’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Krach

A

Een massale daling van de aandelenkoersen. Een dramatische gebeurtenis. Banken, bedrijven en individuele beleggers gaan ineens failliet. Werknemers worden ontslagen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Positieve terugkoppeling

A

Wanneer in een systeem de gebeurtenissen elkaar steeds versterken, spreek je van positieve terugkoppeling. Het leidt tot instabiele systemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Negatieve terugkoppeling

A

Wanneer de reactie op gebeurtenissen binnen een systeem steeds tegengesteld is, spreek je van negatieve terugkoppeling. Het leidt tot stabiele systemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Mechanisering

A

Mechanisering is het vervangen van handmatige handelingen door het gebruik van machines. De mechanisering hangt samen met de industrialisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Industrialisatie

A

Industrialisatie is het proces van veranderingen in het productieproces door mechanisatie en de daaropvolgende veranderingen in de produktieorganisatie, zoals de invoering van het fabriekssysteem. Het betreft dus niet alleen technologische, maar ook sociale veranderingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Automatisering

A

Automatisering is het vervangen van menselijke arbeid door machines of computers en computerprogramma’s. De drijfveer is economisch: de som van arbeid en grondstofverbruik is na automatisering kleiner dan daarvoor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Ecologische voetafdruk

A

De hoeveelheid landoppervlak die een mens of een geheel land nodig heeft om in het levensonderhoud te voorzien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wereldhectares

A

Een denkbeeldige waarde, die symbolisch aangeeft hoeveel hectares nuttig land er beschikbaar zijn voor de mens (er wordt dus rekening gehouden met woestijnen, die onbruikbaar zijn en stukken land met juist een hele hoge nuttige waarde).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Biocapaciteit

A

Voor de gehele wereld is er een oppervlakte van bijna 12 miljard wereldhectare. Dit is de beschikbare oppervlakte.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Fair share / Eerlijk aandeel

A

Het eerlijke aandeel van de wereldhectares waarop ieder mens recht heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Roofbouw

A

Roofbouw betekent dat wij mensen meer wereldhectares gebruiken dan waar we recht op hebben. We leven op te grote voet. Als we dat niet deden hielden we het ecosysteem in stand, en ging het milieu niet ahcteruit.

17
Q

Hernieuwbare grondstoffen / Aanwasstoffen

A

Stoffen die vanzelf voortdurend aangroeien.

18
Q

Verzilting

A

Verzilting (bodemverzouting) is het geleidelijk toenemen van het zoutgehalte van bodem of water. Dat kan komen door overstromingen vanuit zee, door zoute kwel (opwelling) waarbij zeewater via de ondergrond het land binnendringt of door onzorgvuldige irrigatiemethoden.

19
Q

Earth Overshoot Day

A

De dag waarop het ‘ecologische jaarbudget’ van de mensheid op is voor het einde van het jaar (21 december 1971 was de eerste).

20
Q

Bodemdaling

A

Het dalen van bijvoorbeeld de Zeebodem van de Waddenzee door gaswinning. Als dat gebeurt is dat een catastrofe voor de natuur, want de ondiepe Waddenzee is de ‘kraamkamer van Europa’ voor tal van vogelsoorten.

21
Q

Habitatverlies

A

Het verkleinen of verdwijnen van natuurlijke omgevingen. De habitats worden opgeofferd voor steden, wegen, landbouw of recreatie. Of de biodiversiteit neemt af door onduurzaam beheer. Of ze leiden onder klimaatverandering, zure regen of landbouwgiffen.

22
Q

Plaatselijk uitgestorven

A

Wanneer een soort in een bepaald gebied (bijv. Nederland) verdwenen is. Het is dan mogelijk om exemplaren van die soort ergens anders vandaan te halen en die opnieuw in het wild uit te zetten. In Nederland is dat gebeurd met de otter.

23
Q

Wereldwijd uitgestorven

A

Als een soort wereldwijd uitgestorven is, is hij echt definitief verdwenen.

24
Q

Uitgestorven in het wild

A

Er zijn nog exemplaren over in beschermde omgevingen, bijv. in dierentuinen. Via fokprogamma’s hoopt men dan de soort in stand te houden en misschien later in het wild uit te kunnen zetten. Een risico dan is dat het oorspronkelijke gedrag van het dier verdwenen is waardoor het niet meer op een natuurlijke manier in het wild kan leven.

25
Q

Natuurlijk evenwicht

A

Natuurlijk, ecologisch of biologisch evenwicht is de toestand van een ecosysteem, waarbij de grootte van de populatie van elke soort schommelt om een bepaalde waarde. De natuur verandert voortdurend, ook zonder invloed van de mens. Soorten komen en gaan. Er is dus niet echt zoiets als een natuurlijk evenwicht.

26
Q

Uitstervingspieken

A

Een periode van massaal uitsterven (van planten en dieren). Dit is op zijn minst al 5 keer voorgekomen voor de piek die er nu is.

27
Q

Rode lijst

A

Een lijst van bedreigde of uitgestorven planten- en diersoorten. De lijst wordt wereldwijd gebruikt voor het vaststellen van beschermingsprogramma’s, en is door iedereen online te raadplegen.