VO week 3 Flashcards

1
Q

Welke lagen moet de zaadcel door om in de eicel te komen

A
  • corona radiata
  • zona pellucida
  • perivitelline ruimte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat gebeurt er als de zaadcel in de eicel zit

A
  1. depolarisatie plasma membraan eicel
  2. verharding zona pellucida en inactivatie sperma receptoren
  3. vormen mannelijke en vrouwelijke pronucleus
  4. pronuclei komen dichter bij elkaar te liggen
  5. metafase van eerste klievinsdeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is de acrosoomreactie

A

Hierbij fuseren gedeelten van de buitenste acrosomale membraan met de plasmamembraan, waardoor er kleine vesikels afsnoeren. Dit resulteert in het vrijkomen van de enzymen die opgeslagen lagen in het acrosoom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat us de zonareactie

A

verandering in de structuur van de zona pellucida door een enzymatische reactie met proteases uit de corticale granula
1. zona pellucida wordt harder
2. sperma receptoren in de zona pellucida worden vernietigd door de reactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoe heet het klompje cellen aan het einde van de klievingsdelingen

A

morula; geen afzonderlijke cellen meer te zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

welke stof is belangrijk voor compactie

A

E-cadherine; zorgt dat cellen adherens junctions kunnen vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat als tweeling twee paternale genomen heeft

A

dan is de eicel door 2 zaadcellen bevrucht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly