Vietnam - 1 Flashcards

1
Q

Waarom hadden de supermachten zoveel belangstelling in het dekolonisatieproces (in ZOA)?

A

De nieuwe onafhankelijke landen zouden een plek in de machtsblokken moeten innemen. Ze wilden beiden hun invloed/ideologieën verspreiden. De VS wilde ook vooral communistische uitbreiding voorkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Noem drie maatregelen die de VS namen om communistische invloeden in Zuid-Oost-Azië te beperken.

A
  1. Economische hulp
  2. Politieke ‘hulp’ in de vorm van marionettenregeringen.
  3. Militaire steun en ingrijpen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De Fransen wilden exploitatie van Vietnam/Indochina vergemakkelijken. Noem twee moderniseringen die ze aanbrachten.

A
  1. (Bescheiden) verbeteringen aan de infrastructuur, vooral spoorwegen.
  2. Dammen en dijken in de Mekong-delta (zuiden) die zorgden voor nieuwe vruchtbare grond.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem drie sociale gevolgen van het Franse beleid in Vietnam.

A
  1. Kleine verbeteringen op het gebied van onderwijs en gezondheidszorg.
  2. In de steden ontstond een kleine, rooms-katholieke elite.
  3. Op het platteland werden de grootgrondbezitters de elite.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom waren verzetsbewegingen in de koloniale tijd moeilijk te onderdrukken?

A

Vooral het midden en het noorden van het land zijn erg bergachtig en ook door het regenwoud was het voor de Fransen erg moeilijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer en waarom werd het communisme een factor van betekenis in de dekolonisatie in Vietnam?

A

De Europese leiders hadden in 1919 een voorstel van oa Ho Chi Minh voor meer Vietnamese zelfbeschikking afgewezen. Toen ging hij steun zoeken bij communistische partijen en vond die ook.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer werd de Vietminh opgericht en wat was het?

A
  1. De Vietminh is een militante organisatie o.l.v. de Vietnamese communisten. Eerst was het gericht tegen de Japanse bezetting, later tegen de Fransen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe maakte Ho Chi Minh gebruik van het machtsvacuüm na WO2?

A

Hij riep de Democratische Republiek Vietnam uit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Noem vier redenen dat de DRV niet goed stand hield.

A
  1. International werd het nauwelijks erkend.
  2. De Vietminh had alleen in het noorden een macht van betekenis.
  3. De Fransen wilden de situatie van vóór de oorlog herstellen.
  4. Ho zocht steun bij de VS maar zij vonden hun bondgenootschap met Frankrijk belangrijker.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer was de Eerste Indo-Chinese Oorlog?

A

1946-1954

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat was het doel van de Fransen bij de Eerste Indo-Chinese Oorlog?

A

Het herstel van de Franse koloniale machtspositie in Vietnam en vernietiging van de DRV.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke partijen waren deel van de Eerste Indo-Chinese Oorlog?

A

Het Franse leger tegen de Vietminh/DRV.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe waren de SU en China betrokken bij de Eerste Indo-Chinese Oorlog?

A

Ho Chi Minh vroeg beide landen om financiële en materiële steun, die hij ook kreeg (van China na 1949).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat was de slag bij Dien Bien Phoe?

A

In 1954 werden de Franse troepen daar in een grote nederlaag door de Vietminh verslagen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat wilden de Noord-Vietnamezen bij de Conferentie in Genève en waarom was de VS hier tegen?

A

Ho Chi Minh wilde een zo snel mogelijke hereniging van Noord en Zuid-Vietnam. De VS wilden dit niet omdat ze wilden voorkomen dat ZV ook communistisch zou worden en daarna andere landen (dominotheorie).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Noem de drie bepalingen van de Geneefse Akkoorden.

A
  1. Tijdelijke verdeling van Vietnam langs de 17e breedtegraad.
  2. Beide landen moeten neutraal blijven; geen banden aangaan met andere landen bv militaire bondgenootschappen.
  3. In 1956 worden verkiezingen in heel Vietnam gehouden waarna de twee delen herenigen.
17
Q

Waarom hielden de VS en Zuid-Vietnam de derde bepaling van de Geneefse Akkoorden tegen?

A

De verwachting was dat Ho Chi Minh zou winnen en dat wilden ze koste wat kost tegenhouden. (Dominotheorie)

18
Q

Waarom protesteerde de SU en China niet tegen het Amerikaanse ingrijpen in de verkiezingen van 1956?

A

De Sovjet-Unie wilde niet vanwege Vietnam hun relatie met de VS op scherp stellen en China was bang dat Noord-Vietnam zou uitbreiden richting Laos en Cambodja.

19
Q

Waarom was het verzet in het midden en noorden van Vietnam sterker dan in het zuiden?

A

Er waren nog veel kleine, zelfstandige boeren die zelfstandig wilden blijven.