Varken Flashcards

1
Q

Geur

A

Zeer goed
Ontwikkelt vroeg (pasgeboren biggen)
Individuele herkenning
Gapen i.p.v. flehmen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Berengeur

A
Hypothalamus: GnRH
Hypofyse: LH en FSH
Leydigcellen: Androstenon
Bloedbaan
Speeksel
Vet 
Urine > Urinegeur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Smaak

A

5 typen papillen
Zoete smaakstoffen in voer bij spenen
Prenatale blootstelling > vermindering neofobie en stress spenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Gehoor

A

42 Hz - 40 kHz

Aversie plotse harde geluiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vocalisaties

A
Squeal 
Scream 
Bark 
Knarsetanden 
Croak 
Knorren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Squeal

A

Gil

Opwinding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Scream

A

Schreeuw/krijs

Pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bark

A

Gevaar
Verrassing
Spel
Disciplineren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Knarsetanden

A

Chronische pijn

Stereotypie?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Croak

A

Biggen na zogen en bij hereniging met zeug

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Knorren

A

Ontspannen
Opwinding
Contact call

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Melkvrijstelling

A

1 big naar kop zeug
Uiermassage door biggen
Speciale grunt
Na 20 seconden melkejectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Zicht

A

Minder ontwikkeld

Minder belangrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Kleur

A

Dichromaat
Blauw, groen-geel
Lichte > donkere plaatsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Lichaamstaal

A

Bang: oren in nek

Lager in rang: kop afbuigen, staart laten hangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Houding van de staart

A

Krul = vrolijk
Kwispelen
Hangend: ziekte in groep, voorspeller staartbijten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Thermoregulatie

A

Lastig zelf te regelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Zoelen

A
Liggen en rollen in modder 
Schuren en wrijven 
Ethological need 
Meestal vanaf 20 graden 
Daling temperatuur
Lichaamsverzorging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Sociale structuur vrijlevende varkens

A

Matriarchaal
Familiegroepen: 2-5 zeugen + jaarlingen + biggen
Dominantiehiërarchie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Dominantie

A

Zeug > jaarling > big

Beer tijdens seizoen (tijdelijk)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Territorium

A

Niet territoriaal
Gemeenschappelijke nestplaats en mestzones
Leefgebieden overlappen: intolerant

22
Q

Sociaal gedrag gedomesticeerde varkens

A

Minder stabiele dominantierelaties
Agressie
> Voedsel
> Mengen groep

23
Q

Activiteitsgebied gedomesticeerde varkens

A

Rustplaatsen
Excretieplaatsen
Foerageergebieden

24
Q

Agnostisch gedrag

A

Offensief
> Headknocking
> Duwen
> Bijten nek en oren

Defensief
> Anti-parallel staan
> Voorhand wegdraaien
> Vluchten

25
Q

Tepelrangorde

A

Onmiddellijk na geboorte
Vechten tot stabiel is
Voorkeur voorste tepels

26
Q

Dominantie bij spenen

A
1-2 uur na mengen: veel vechten 
tot 48 uur: hiërarchie ligt min of meer vast 
> Ongelijke gewichten 
> Pre-mixing
> Verrijking 
> Vluchtmogelijkheden 
> Feromonen
27
Q

Dominantie zeugen

A

Stabieler dan bij vleesvarkens
Agressie bij
> Beperkt voeder
> Mengen groepen/introductie

28
Q

Dominantie zeugen verminderen

A

Vlucht- en verstopmogelijkheden
Groepen weinig mengen
Voedersystemen
Selectie tegen agressiviteit

29
Q

Voortplanting vrijlevend

A
Geslachtrijp 1,5 jaar 
Beer bij familiegroep 
Dracht 119 dagen 
Zeug weg om nest te bouwen 
1 worp/jaar
30
Q

Stadia na geboorte vrijlevend

A

Dag 1-3: zeug en biggen in nest
Dag 3-6: biggen in nest, zeug foerageert in de buurt
Dag 7: heraansluiting
> Biggen volgen zeug voor 2 weken

31
Q

Maternaal gedrag

A

Dag voor werpen actief
Stappen en nest bouwen
Kraamhokken: omgericht gedrag

32
Q

Direct na geboorte

A

Big zoekt onmiddellijk speen
Zeug passief om biggen niet te verwonden
Elke 50 minuten zogen
Herkenning door zeug binnen 1 dag

33
Q

Spenen biggen

A

Wild: 4 maanden
Bedrijf: 3-5 weken
> Speen diarree
Spel = welzijnsindicator

34
Q

Voeding

A

Snelle groei en grote melkproductie
Niet kauwen/foerageren
Hoog in energie

35
Q

Drinken

A

Bij 20 graden: 0,1 liter per kg lichaamsgewicht per dag

Bij 30 graden: behoefte stijgt tot 70%

36
Q

Excretiegedrag

A

Afgelegen excretieplaats
Beschut
Urineren soms op andere plaats
Minder beschut

37
Q

Rusten

A
Optimale temperatuur
Geen tocht
Rustig 
Comfortabel 
Even veel tijd als actief
38
Q

Lichaamsverzorging

A

Zoelen
Likken
Schuren
Krabben (beperkt)

39
Q

Prikkelarme situatie

A

Afwijkend agressief gedrag
Verhoogde onrust
Minder nestbouw

40
Q

Positieve emoties

A

Spel
Kwispelstaarten
Blaffen

41
Q

Negatieve emoties

A
Freezing
Vluchtpogingen 
Defecaties 
Urineren 
Oren naar achteren 
Positieveranderingen oor 
Staart laag 
Hoge vocalisaties
42
Q

Ziekte en stress

A
Beven 
Slaperig
Passief
Apathisch 
Verminderde voeropname
Braken
43
Q

Grimas big

A

Oorpositie
Wang strak trekken
Neus opgebogen
Ogen dicht ‘knijpen’

44
Q

Abnormaal gedrag

A

Staartbijten: omgericht gedrag foerageren/wroeten

45
Q

Buikwoelen

A

Ritmisch masseren van de buik van ander varken

Te vroeg gespeend?

46
Q

Stereotiep gedrag

A

Stangbijten
Loos kauwen
Tandenknarsen

47
Q

Oplossingen abnormaal gedrag

A

Stro (loos kauwen)
Ketting
Verrijking (staartbijten)

48
Q

Verrijkend materiaal

A
Eetbaar
Geurig
Kauwbaar
Vervormbaar 
Afbreekbaar 
> Wekelijks wisselen
49
Q

Voorbeelden verrijkend materiaal

A

Mand met hooi
Knabbelpaal
Juten zak

50
Q

Huisvesting drachtige zeugen

A

Voederbeperking

Stabiele groepen

51
Q

Aandachtspunten kraamstal

A

Temperatuursturing
Biggensterfte
Big voorbereiden op spenen

52
Q

Alternatieven kraamstal

A
  1. Aangepaste kooien (breder)
  2. Individuele hokken (geen kooi)
  3. Groepshokken
  4. Buiten