theorie examen Flashcards

1
Q

ik keek er naar uit u te ontmoeten

A

tenia ganas de conocerte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

ik ben … en jij

A

Yo soy… y tu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ik stel je voor …

A

te presento a …

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

aangenaam

A

encantado
mucho gusto

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

estar vervoegen

A

estoy
estás
está
Estamos
estáis
están

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

por of para

A

por :
reden–> por eso
tijd–> por la noche
vervoer
comunicatie –> por email

para
doel aangeven
bestemming
standpunt/ mening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

frecuencia x
veel
soms
1/2x
nooit

A

muchas vaces
varia vaces
una vez
dos vecez
ninguna

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

gewoonlijk vervoegen

A

soler

suelo
sueles
suele
solemos
soléis
suelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

frecuencias /2
altijd
vaak
vaak
nooit
bijna nooit

A

siempre
frecuentemente
a menudo
nunca
casi nunca

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

climaat
het is vochtigheid
er is regen
er is neerslag
hoge/lage temperaturen

A

hay humedad
hay lluvias
hay precipitaciones
hay temperaturas altas/bajas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

er waait een krachtige/matige wind

A

soplan vientos fuertes / moderados

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

baai

A

la bahía

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

grot

A

la cueva

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

de bergketen

A

la cordillera

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

de woestijn

A

el desierto

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

het meer

A

el lago

17
Q

de gletsjer

A

el glaciar

18
Q

de rivier

A

el río

19
Q

de kust

A

la costa

20
Q

de vallei

A

el valle

21
Q

hoek - van de straat
hoek - van de kamer

A

esquina
rincón

22
Q

benadrukken

prachtig
fantastisch
spectaculair
afschuwelijk
ongelooflijk

A

enfatizar

maravilloso
fantastico
espectular
horrible
increíble

23
Q

eerst
vervolgens
dan
‘s ochtends
overdag
aan het einde van

A

primero
después
luego
por la mañana
por el dia
al final de

24
Q

verschilende departementen in een hotel

A

gerente
centro de reservas
housekeeping
dpto contablidad
bebidas y alimentos

25
Q

behandelen/ afhanderlen

A

atender !

26
Q

kwaliteiten

creatief zijn
verantwoordelijk
competent
georganiseerd
sociaal
vriendelijk

A

cualidades
ser creativo
responsable
competente
organizado
sociable
amable

27
Q

sugesties uitdrukken

verplichting uitdrukken

A

debería + infinitivo

Tener que + infinitivo
- tener vervoegen

28
Q

singnaal borden / verbodsborden
(niet) mogelijk
(niet) toegestaan
het is verboden
moeten

A

(no) se puede
(no) está permitido
esta prohibido
hay que

..^.. + infinitivo

29
Q

vrijetijdsbestedingen hoe zeg je wat er te zien is

in de cinema of theater
bij een concert
of er nog kaartjes zijn
ze zijn uitverkocht

A

en el cine o theatro: poner- que ponen en el cine?

en un concierto: tocar- toca un grupo joven

para las entradas: quedar- quedan entradas?

agotarse: estan agotodas

30
Q

hoe kan je kaartjes kopen

op internet, via de telefoon, aan het locet , in de winkel

cash, bankaart,met de gsm

A

por internet
por teléfono
en la taquilla
en la tienda

en efectivo, con tarjeta
con el móvil

31
Q

ik zou graag

A

quería

32
Q

ruikt heel goed

smaakt geweldig

A

oler – huele muy bien

saber – sabe estupendamente

33
Q

wat voor toerist ben ik ?
welke soorten zijn er

A
34
Q

beschrijf jezelf en wat je leuk viind in je vrije tijd

A
35
Q

het is koud
heet weer
winderig weer
zonneschijn

regen
sneeuw

A

hacer frio
hacer calor
hacer viento
hacer sol

llueve
nieva

36
Q

het klimaat is gematigd/ droog/ continentaal/ tropisch/ mediterraan

A

el clima es templado/ seco / continental / tropical/ mediterráneo

37
Q

de lucht is helder

A

el cielo está despejado

38
Q

2 zinnen om jezelf voor te bereiden op vakantie

A

busco information en internet

hago las reservas del hotel por internet