Thema 9 Flashcards
Blootstellingseffect
Hoe meer we worden blootgesteld aan een stimulus, hoe groter de sympathie ervoor
halo-effect
cognitieve bias waarbij wordt geloofd dat een persoon meerdere (ongerelateerde) positieve eigenschappen heeft als 1 positieve eigenschap wordt waargenomen
3 verschillen misleidende online-profielen
- minder ‘ik’ en ‘mij’
- vaker ontkenningen
- minder woorden
sociale uitwisselingstheorie
De gevoelens die mensen over een relatie hebben zijn afhankelijk van:
1. Wat de relatie hen oplevert
2. Wat de relatie hen kost
3. perceptie van wat voor relatie zij verdienen en de kansen op een betere relatie met iemand anders
Vergelijkingsniveau
Je verwachtingen ten aanzien van de relatie in termen van kosten en baten
Hersengebieden betrokken bij verliefdheid
Ventraal tegmentale gebied (VTA) en nucleus caudatus
investeringsmodel
Commitment aan een relatie hangt naast tevredenheid ook af van wat er geïnvesteerd is in de relatie (wat verloren gaat als de relatie wordt beëindigd)
3 factoren om te voorspellen of mensen in een relatie blijven
- tevredenheid
- mogelijke alternatieven
- investeringen
gelijkheidstheorie
Idee dat mensen het gelukkigst zijn in een relatie wanneer de kosten en baten en de bijdragen van beide partijen ong gelijk zijn
Uitwisselingsrelaties
relaties waarin behoefte is aan gelijkheid (kosten en baten)
communale relaties
Relaties waarin mensen vooral willen inspringen op de behoeften van de andere
4 stadia bij relatie-beëindiging
- intrapersoonlijk stadium (nadenken)
- diadische stadium (meedelen met partner)
- sociale stadium (meedelen omgeving)
- tweede intrapersoonlijk stadium
fatale aantrekkelijkheid
Als we eigenschappen van een partner eerst aantrekkelijk vonden maar later verafschuwen