Thema 5 - Diversiteit Flashcards
Wat zijn de 5 rechten uit het verdrag voor de rechten van het kind?
- Ieder kind heeft recht op ontwikkeling, opvang en onderwijs. Hierbij maakt het geen verschil of het kind een meisje of een jongen is en of het kind wel of geen beperkingen heeft. Ook de sociale en culturele achtergrond van het kind maakt geen verschil
- Ieder kind heeft recht op bescherming en op emotionele en fysieke veiligheid
- Ieder kind heeft recht om mee te doen in de maatschappij en om gehoord te worden
- Ieder kind heeft recht op verbondenheid met zijn ouders en respect voor de cultuur van zijn familie
- Ieder kind heeft recht op kwalitatief goede kinderopvangvoorzieningen. Deze voorzieningen zijn vrij van discriminatie op basis van huidskleur, cultuur, religie, taal, seksen, (politieke) overtuiging, nationale, etnische of sociale afkomst, handicap of geaardheid
Waar in zijn regels en afspraken vaak vastgelegd? (3j
In een (pedagogisch) beleidsplan, in protocollen en in werkinstructies
Binnen alle gewoonten en gebruiken in de groep, zoek je steeds het evenwicht tussen:
- een gevoel van gezamenlijkheid, en wij-gevoel, bij de kinderen, de ouders en de medewerkers
- aandacht en ruimte voor de manier waarop we van elkaar verschillen
Op welke 7 manieren bevorder je een houding waarmee je diversiteit respecteert?
- Te luisteren en te communiceren
- De angst voor het onbekende te overwinnen en vooroordelen te vermijden
- Je bewust te zijn van de invloed van jouw begeleiding en jouw woorden op het samenzijn van de kinderen
- Te zoeken naar overeenkomsten of positieve eigenschappen van de ander
- Een sfeer in het team te creëren waarin collega’s zichzelf durven te zijn
- Nauw samen te werken in teams en elkaar te steunen
- Nauw samen te werken met ouders en andere betrokkenen
Hoe kunnen rangordes in een groep ontstaan?
Op grond van cultuur, sociale klasse en sportieve prestaties
Welke voorwaarde is er om een reverentie kader aan te kunnen passen?
De wil om het aan te passen
Hoe zie je diversiteit terug in organisaties met betrekking met wat ze anderen leren?
Organisatiebeleid: bepalen hoe ze omgaan met diversiteit
Maatschappelijke taak:
- kinderen/jongeren om leren gaan met andere kinderen/jongeren, waarbij achtergrond, cultuur, sekse, geaardheid of taal geen verschil hoort te maken
- overbrengen van de normen en waarden van onze maatschappij
Noem de 4 visies op diversiteit
- Alle kinderen verdienen een gelijke behandeling
- Kinderen met speciale behoeftes worden ondersteund
- Kinderen moeten leren omgaan met verschillen
- Kinderen hebben het recht om zichzelf te zijn
Omschrijf: alle kinderen verdienen een gelijke behandeling
Je behandelt alle kinderen hetzelfde en je negeert genderverschillen en sociale, culturele, en fysieke verschillen.
Omschrijf: kinderen met speciale behoeftes worden ondersteund
Kinderen krijgen gelijke kansen binnen het reguliere systeem. Ze worden bijgespijkerd tot zij voldoen aan de heersende norm.
Omschrijf: kinderen moeten leren omgaan met verschillen
Respect hebben voor diversiteit, betekent begrip hebben voor onze overeenkomsten en verschillen.
Omschrijf: Kinderen hebben het recht om zichzelf te zijn
Je ondersteunt alle kinderen in de ontwikkeling van hun zelfrespect, zodat ze voor zichzelf op kunnen komen en helemaal zichzelf kunnen zijn.
Wat is het inclusiemodel?
Elk gezin heeft het recht om zelf te bepalen of een kind naar een gespecialiseerde opvang of naar reguliere opvang gaat. Iets als een beperking wordt niet gezien als een afwijking, maar als het verschil
Vanaf welke leeftijd gaat de voorkeur voor een kind dat dezelfde taal spreekt uit?
Vanaf zes jaar
Hoe komt diversiteit in de cultuur tot uiting?
Bij cultuur gaat het om de manier waarop wij met elkaar omgaan. Het gaat om de gewoontes die ontstaan zijn in een groep mensen
Noem de 4 kleinere godsdiensten
- Jehova‘s getuigen
- Soefisme
- Spiritualiteit
- New-age-beweging
Wat kan leiden tot een vooroordeel?
Als je een beeld van iemand vormt op grond van een uiterlijke kenmerken, kan dat leiden tot een vooroordeel
Wat zijn de 5 bekendste religies in de wereld?
- Christendom
- Islam
- Boeddhisme
- Hindoeïsme
- Jodendom
Beschrijf het christendom
Grootste godsdienst ter wereld. De bijbel en Jezus Christus staan centraal. Geloven in een god die uit drie personen bestaat: God de vader, zijn zoon Jezus Christus en de heilige Geest. God heeft de hemel en aarde geschapen. Door de verschillen in uitleg, zijn er verschillende stromingen. Zondag is de rustdag
Beschrijf de islam
Islam betekent letterlijk ‘onderwerping aan God‘. Heilige boek is de koran. Hadj is de pelgrimstocht naar Mekka (één keer in het volwassen leven). Ze eten alleen halal vlees (dieren (een, kip en Lam)) welke halal zijn geslacht: in naam van Allah
Omschrijf boeddhisme
Een religie en levensbeschouwing. Het is verbonden met het hindoeïsme; het is namelijk ontstaan als reactie op deze religie. Ze geloven in het volgen van de ‘midden weg‘ (onderwezen door Boeddha). Belangrijke kenmerken midden weg: het minder belangrijk vinden van materiële zaken, een goed mens zijn en het ontwikkelen van de Geest. Boeddhisten zijn vegetariër, omdat ze tegen het doden van dieren zijn. Puurheid van lichaam en geest zijn zo belangrijk, dat het niet kan samengaan met alcoholgebruik en andere verslavende middelen.
Beschrijf het hindoeïsme
Het is ontstaan uit verschillende tradities en heeft niet een bepaalde stichter. Deze religieuze traditie komt voornamelijk voor in India en Indonesië. Er bestaat een grote verzameling hindoeïstische teksten. Van deze teksten worden de Veda’s En de Bhagavad Gita als belangrijk gezien. Grote verscheidenheid binnen het hindoeïsme. Veel verschillende goden en godinnen met eigen feestdagen. Meesten zijn vegetarisch. Ze eten met de rechterhand, want links is onrein.
Omschrijf het Jodendom
De religie van het Joodse volk dat voornamelijk in het midden-oosten woont. Oudste religieuze traditie. Geloven in God. Schrijven de letters JHWH, maar deze naam mag je niet uitspreken. Als je God wilt zeggen, zeg je Adonai of Elohim. De thora is de bijbel voor de joden. Het gebedshuis heet de synagoge. Zaterdag is de rustdag (Sjabbat). Voedsel moet koosjer zijn (vlees van runderen en schapen wel, maar varkens en paarden niet). De manier van bereiden moet ook koosjer zijn. Melk en vlees tijdens het koken moeten gescheiden worden gehouden.
Welke feesten kent het christendom?
Kerstmis, palmzondag, witte donderdag, goede vrijdag, stille zaterdag, Pasen, hemelvaartsdag en Pinksteren
Welke belangrijke gebeurtenissen kent het christendom?
Doop, communie en heilig vormsel