tentamenvragen 2021 Flashcards
Wat is het gevolg van een MDM2 genamplificatie in een tumor op de regulatie van p53 en de reactie op DNA-beschadigende
chemotherapie? (4p)
Genamplificatie zorgt voor verhoogde MDM2 eiwit concentratie(1p) waardoor geen vrije of lage concentratie p53 aanwezig is in de kern (1p) waardoor p21
en BAX niet tot expressie komen (1p) en apoptose niet plaats vindt.(1p)
et beoordelen van de morfologie van bloed- en beenmergcellen in een uitstrijkpreparaat is niet eenvoudig. Toch besteden we hier in het kader van leukemie uitgebreid aandacht aan.
Noem twee argumenten waarom het belangrijk is om een goede interpretatie van de morfologie van hematopoietische cellen
te kunnen geven. (4p)
- hiermee kunnen (1) differentiatielijn en (2) rijpingsstadium van hematopoietische cellen worden bepaald (2 x 1p)
- bij ophoping van cellen met een specifieke morfologie in bloed en/of beenmerg is dit een indicatie van het type aandoening / leukemie (1p)
- het type leukemie is bepalend voor de behandeling en de prognose van de patiënt (1p)
Globaal genoom nucleotide excisieherstel (GG-NER) maakt gebruik van meer dan 30 eiwitten en bestaat uit 6 stappen.
Sleep genoemde stappen in de juiste volgorde in het bovenste vak.
- herkenning DNA beschadiging door XPC/RAD23B complex
- ontwinden DNA door helicase activiteit XPD en XPB
- aanbrengen enkelstrengs DNA breuk door ERCC1/XPF complex
- excisie enkelstrengs DNA fragment met DNA beschadiging door XPG
- DNA synthese
- ligatie
De uitzaaiïng in lymfklierstructuren lijken meestal volgens een van de vaststaande lymfedrainage patronen te verlopen. Dit verloopt echter
niet in alle gevallen zo.
- Hoe heet een metastase die zich manifesteert in een onverwachte klier? (1p)
- Een metastase kan ook tussen twee lymfklierstations of lymfklieren in gaan uitgroeien in een lymfbaan. Hoe heet dat
fenomeen? (1p) - Lymfebanen komen ook uit in lichaamsholtes. Hoe heet een dergelijke uitzaaiïngspatroon? (1p)
- skipmetastase (1p)
- in transit metastase (1p)
- transcoelomische metastasering (1p)
- Circulerende tumorcellen kunnen geëlimineerd worden uit de circulatie. Welke cellen zijn hiervoor verantwoordelijk? (1p)
- Migratie door de bloedbaan en vervolgens uitgroei tot een metastase wordt gekenmerkt door een fenomeen dat alle
veranderingen weergeeft. Hoe noemen we dit fenomeen? (1p) - Fragmenten van tumorcellen kunnen ook ‘meeliften’ met bloedcellen. Welke bloedcellen zijn dit? (1p)
- Immuun cellen (1p)
- MET (mesenchymale epitheliale transitie) (1p)
- bloedplaatjes (thrombocyten) (1p)
Wat wordt bedoeld met de therapeutische index van systemisch toe te dienen antikankermiddelen? (2p)
Het verschil tussen de dosis die nodig is voor een therapeutisch effect en de dosis waarna toxisch effecten kunnen worden verwacht
Waarom is hoge LET-straling bij gelijke energie effectiever dan lage LET-straling? (2p)
- bij een hoge LET zijn er veel meer ionisaties langs het spoor van een ioniserend deeltje
Noem vier aspecten die specifiek zijn voor palliatieve zorg. (4p)
- stadium van de ziekte (levensbedreigend stadium)
- kwaliteit van leven belangrijkste uitgangspunt
- multi-dimensionele benadering
- gericht op zowel patiënt als naasten
- acceptatie van de dood als normaal proces
- wens van de patiënt centraal
wat houdt de Lead time in?
het is de periode tussen het preklinisch detecteerbaar worden en de eerste klinische symptomen
Leg in maximaal 40 woorden uit hoe spectrale karyotypering (SKY) werkt. (3p)
- Je gebruikt voor elk chromosoom specifieke probes (1p)
- met verschillende kleuren fluorescente markers (1p).
- Hiermee kleur je
een karyogram, zodat elk chromosoom een andere kleur krijgt, die je met een fluorescentie microscoop kunt waarnemen (1p).
In de moleculaire diagnostiek van leukemieën kan men gebruik maken van next generation sequencing technieken om oncogene mutaties
te vinden. Hoewel het mogelijk is om het complete genoom te sequencen, beperkt men zich om praktische redenen vaak tot de exonen van
de genen (whole exome sequencing of WES).
Noem de belangrijkste reden om toch het hele genoom te sequencen in plaats van alleen maar de exonen. (2p)
- Niet alle oncogene mutaties liggen in exonen. (1 punt).
- Om mutaties/translocaties buiten exonen te vinden is sequencen van het hele genoom de aangewezen weg. (1p)
In “knock-out” muizen waarin het gen coderend voor TCF4 was geïnactiveerd, werd gevonden dat de intestinale crypten zich niet
ontwikkelden en volledig afwezig waren.
Beschrijf in maximaal 40 woorden wat het lot is van de intestinale crypten als APC is geïnactiveerd. Neem twee verschillende
aspecten van de rol van β-catenine in dit proces mee in je antwoord. (3p)
Zonder APC zien we accumulatie van β-catenine (1p) en daardoor hyperactivatie van TCF4 (1p) door β-catenine wat leidt tot poliep
formatie in de darmen door incorrecte proliferatie van de intestinale stamcellen (1p).
Bij sommige patiënten wordt 5-azacytidine met een myelodysplastich syndroom als therapeutisch middel toegediend. Het idee erachter is dat
het middel invloed heeft op de methylering en daarmee op de expressie van kritische genen.
Wat is het effect van 5-azacytidine op methylering en de expressie van deze genen? (2p)
Decitabine zorgt voor demethylering van genen (1p). Demethylering leidt tot het aanschakelen van genen die uit staan.(1p)
In de 15e eeuw schreef de Zwitserse arts, botanicus en theoloog Paracelsus dat alle stoffen giftig zijn, en dat alleen de dosis die je van een stof binnenkrijgt bepaalt of je er niets van krijgt, ziek van wordt of dood aan gaat.
Noem vier andere factoren die het toxisch effect van een stof beïnvloeden. (4p)
- vorm (actief/inactief, metabole activering)
- duur van de blootstelling (kort vs lang)
- interindividuele verschillen in gevoeligheid (genetische heterogeniteit)
- moment van de dag van blootstelling (chronotoxiciteit)
In gezonde delende cellen is de celcyclus gekoppeld aan de circadiane klok, waardoor de cellen synchroon de celcyclus doorlopen en op
hetzelfde moment van de dag delen. Bij een patiënt met een huidtumor is aangetoond dat de tumorcellen op willekeurige momenten van de
dag deelden.
Geef drie mogelijke veranderingen in de circadiane klok in tumorcellen die dit asynchrone delingsgedrag van de tumorcellen
kunnen verklaren. (3p)
- de tumor cellen hebben hun circadiane klok verloren (1 pt)
- de circadiane klok van de tumorcellen is intact en gekoppeld aan de celcyclus, maar reageert niet meer op klok-synchroniserende prikkels
(1 pt) - de circadiane klok van de tumorcellen is intact, maar ontkoppeld van de celcyclus (1 pt)