Taak 1 Flashcards
Persoonlijkheid
Een globale term die beschrijft hoe je omgaat met, aanpast aan en reageert op verschillende levensgebeurtenissen
Ervaren wij persoonlijkheid innerlijk? en waarop projecteren wij het?
Innerlijk en projecteren het naar buiten op anderen?
Wat zijn persoonlijkheidsstoornissen (PD’s)?
Een groep stoornissen gekenmerkt door niet-flexibele, verstorende en langdurige gedrags- en denkpatronen die zich ontwikkelen in adolescentie of vroege kindertijd en een significant effect hebben op het functioneren.
Wat is egodystonie?
Gedragingen en gedachten die in strijd zijn met de behoeften van het ego/zelf. Mensen zijn zich bewust van het probleem en ervaren symptomen als storend (bijv. OCD, bipolaire stoornis).
Wat is egosyntonie?
Mensen ervaren geen probleem met hun gedrag en zien het als passend bij hun karakter. Ze denken vaak dat het probleem bij anderen ligt. Dit is vaak het geval bij persoonlijkheidsstoornissen.
Wat betekent monothetisch in de diagnose?
Diagnosestelling vereist dat alle criteria aanwezig zijn. Dit was vroeger de benadering voor PD-diagnoses.
Wat betekent polythetisch in de diagnose?
Diagnosestelling vereist slechts een subset van criteria. Dit is de huidige diagnostische methode voor PD’s.
Wat zijn de 3 P’s van persoonlijkheidsstoornissen?
Pathologisch/problematisch: Gedrag is ongewoon en veroorzaakt distress bij de persoon of anderen.
Pervasief: Gedrag heeft invloed op meerdere levensdomeinen.
Persistent: Stoornis begint vaak in de kindertijd of adolescentie en blijft aanwezig in de volwassenheid.
Wat definieert de DSM-V als een persoonlijkheidsstoornis (PS)?
Een langdurend patroon van innerlijke ervaringen en gedrag dat sterk afwijkt van de verwachtingen van het individu’s cultuur. Het is pervasief, inflexibel, begint in de adolescentie of vroege volwassenheid, is stabiel over tijd en leidt tot distress en beperking.
Wat zijn de kenmerken van persoonlijkheidsstoornissen?
Vaak geassocieerd met ongewone manieren van denken, onvoorspelbare stemmingswisselingen en impulsief gedrag.
Wat is borderline personality disorder (BPD)?
Kenmerkt zich door grote en regelmatige stemmingswisselingen, impulsiviteit, temper tantrums, en een instabiel zelfbeeld.
Wat is antisocial personality disorder (APD)?
Kenmerkt zich door chronische onverschilligheid voor de gevoelens en rechten van anderen, gebrek aan spijt, impulsiviteit en het nastreven van eigen doelen ten koste van anderen (worden vaak sociopathen of psychopathen genoemd).
Wat is een veelvoorkomend probleem bij mensen met persoonlijkheidsstoornissen?
Ze ontkennen vaak hun psychopathologie, begrijpen niet dat hun gedrag in strijd is met conventionele gedragingen en associëren hun psychologische problemen niet met hun inflexibele manieren van denken en handelen.
Wat zijn de uitdagingen bij het behandelen van persoonlijkheidsstoornissen?
Ze vertegenwoordigen ingesleten manieren van denken en handelen en zijn vaak geassocieerd met een slecht of instabiel zelfbeeld. Comorbiditeit met andere psychische problemen is ook gebruikelijk, zoals depressie en angststoornissen.
Hoe werden persoonlijkheidsstoornissen ingedeeld in de DSM-IV-TR?
De DSM-IV-TR benoemde 10 aparte PD’s, ingedeeld in 3 clusters:
- Odd/eccentric personality disorders
- Dramatic/emotional personality disorders
- Anxious/fearful personality disorders
Wat zijn de stoornissen in Cluster A (vreemd/excentriek)?
Paranoid personality disorder
Schizotypical personality disorder
Schizoid personality disorder
(Gedragen zich vaak op manieren die waandenken induceren, maar er is geen verlies van realiteitstoetsing of hallucinaties.)
Wat zijn de stoornissen in Cluster B (dramatisch)?
Antisocial personality disorder
Borderline personality disorder
Narcissistic personality disorder
Histrionic personality disorder
(Neigen naar grillig gedrag, zijn zelfgericht en emotioneel labiel.)
Wat zijn de stoornissen in Cluster C (angstig)?
Avoidant personality disorder
Dependent personality disorder
Obsessive-compulsive personality disorder
(Vertonen angstig gedrag, dat een stabiele eigenschap is vanaf de kindertijd.)
Wat zijn de problemen met het traditionele categorische model van persoonlijkheidsstoornissen?
PD’s bestaan mogelijk niet in concrete categorieën, maar zijn dimensionele extremen van normale persoonlijkheidstrekken. Dit staat haaks op de ‘alles of niets’-visie van de DSM-IV-TR.
Wat is het alternatieve model van de DSM-5 voor persoonlijkheidsstoornissen?
Is het dimensionele model.
Het model omvat 3 discrete types van persoonlijkheidsfuncties,
1. persoonlijkheids functioneren
2. persoonlijkheids types
3. persoonlijkheids domeinen en facetten.
Wat zijn de niveaus van persoonlijkheidsfunctioneren in de DSM-5?
Verstoring van zelf (DSO) en interpersoonlijk functioneren zijn cruciaal voor PD’s, met beperkingen in emotie-regulatie en empathie, evenals een gebrek aan zelfvertrouwen en intimiteit.
Wat is een groot voordeel van een categorische diagnostiek?
Het biedt een duidelijke en gestandaardiseerde manier om over psychische stoornissen te communiceren.
Hoe draagt een categorische benadering bij aan het klinisch besluitvormingsproces?
Het vereenvoudigt het klinisch besluitvormingsproces door duidelijke diagnostische categorieën te bieden.
Welke benadering is vertrouwd voor veel professionals in de gezondheidszorg?
De categorische benadering, omdat deze vergelijkbaar is met de diagnostische processen in de somatische geneeskunde.
Wat is een belangrijk nadeel van een categorische diagnostiek?
Het kan leiden tot een versimpeling van complexe psychische problemen.
Welk probleem kan ontstaan door het gebruik van strikte diagnostische categorieën?
Het kan leiden tot een kunstmatige scheiding tussen verschillende stoornissen en tot het negeren van comorbiditeit.
Wat is een kritiekpunt op de categorische benadering in relatie tot de individuele patiënt?
Het kan de unieke kenmerken van een individuele patiënt over het hoofd zien.
Hoe kan de categorische benadering leiden tot een hoge prevalentie van atypische of ongespecificeerde diagnoses?
Wanneer een patiënt niet volledig past binnen een bestaande diagnostische categorie, kan hij of zij een atypische of ongespecificeerde diagnose krijgen. Dit kan de klinische bruikbaarheid van de diagnose verminderen.
Hoe verschilt de manier waarop de categorische en dimensionele benadering naar psychische stoornissen kijken?
De categorische benadering ziet psychische stoornissen als afzonderlijke categorieën, terwijl de dimensionele benadering psychische problemen beschouwt als variaties op een continuüm.
Welke benadering legt meer nadruk op de ernst van symptomen?
De dimensionele benadering legt meer nadruk op de ernst van symptomen, terwijl de categorische benadering zich meer richt op het aanwezigheid of afwezigheid van bepaalde symptomen.
Welke benadering is beter geschikt voor het vaststellen van comorbiditeit?
De dimensionele benadering is vaak beter geschikt voor het vaststellen van comorbiditeit, omdat deze rekening houdt met de co-occurrence van verschillende symptomen.
Wat is een groot voordeel van een dimensionale benadering in de psychodiagnostiek?
De dimensionale benadering biedt een meer genuanceerd beeld van psychische problemen.
Welke benadering sluit beter aan bij de werkelijkheid van psychische problemen?
De dimensionale benadering.
Wat is een mogelijk nadeel van een dimensionale benadering?
Het kan moeilijker zijn om een hoge betrouwbaarheid te bereiken bij het stellen van een dimensionale diagnose.
Welke benadering is minder gestandaardiseerd? dimensioneel of categorisch
De dimensionale benadering.
Wat zijn de facetten van negatieve affectiviteit? in DSM persoonlijkheid traits
Emotionele labiliteit, angstigheid, scheidingsonzekerheid, onderworpenheid, vijandigheid, perseveratie, depressiviteit, achterdocht, beperkte emotionele expressie.
Wat zijn de facetten van teruggetrokkenheid? in DSM persoonlijkheid traits
Terugtrekking, intimiteit vermijden, anhedonie, depressiviteit, beperkte emotionele expressie, achterdocht.
Wat zijn de facetten van antagonisme? in DSM persoonlijkheid traits
Manipulativiteit, bedrieglijkheid, grootheidsgevoel, aandacht zoeken, onverschilligheid, vijandigheid.
Wat zijn de facetten van ongeremdheid? in DSM persoonlijkheid traits
Onverantwoordelijkheid, impulsiviteit, afleidbaarheid, risicovol gedrag, rigide perfectionisme.
Wat zijn de facetten van psychoticisme? in DSM persoonlijkheid traits
Ongebruikelijke overtuigingen en ervaringen, excentriciteit, cognitieve en perceptuele ontregeling.
Hoe worden ‘mind’ en ‘brein’ vaak gezien in de psychiatrische discourse?
‘Mind’ en ‘brein’ worden vaak als aparte entiteiten gezien, hoewel de meeste psychiaters de ‘mind’ beschouwen als de activiteit van het brein.
Wat is het effect van de scheiding tussen biomedische en psychosociale paradigma’s?
Het zorgt voor een stagnerend effect op de wetenschap over geestelijke gezondheid.
Hoe zijn genen en omgeving gerelateerd in het vormen van gedrag?
Genen en omgeving zijn onafscheidelijk verbonden. Genen hebben sterke invloeden, maar psychosociale stressoren zoals trauma hebben grotere effecten op de biologische natuur.
Wat is het gevolg van het apart beschouwen van biologische en psychosociale fenomenen?
Het leidt tot uitdagingen bij de behandeling van patiënten, omdat mind en brein nauw verbonden zijn en niet gescheiden kunnen worden.
Wat is het voordeel van een tweetalige (biologisch/psychosociaal) psychiater in klinisch werk met persoonlijkheidsstoornissen (PD’s)?
Een tweetalige psychiater kan zowel de taal van de ‘mind’ als die van het brein begrijpen, wat leidt tot betere biopsychosociale behandelplannen.