Steekproeven en betrouwbaarheidsintervallen Flashcards

1
Q

Steekproef

A

Representatief deel van de populatie.

Ideaal: niet vertekend, representatief en aselect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Sneeuwbalsteekproef

A

Onderzoek over moeilijk bereikbare groepen. Een individu van de groep contacteren en beroep doen op hun netwerk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Quotasteekproef

A

Handmatig steekproef samenstellen die toch representatief is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Simple random sample

A

Computer kiest willekeurig aantal mensen uit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Systematische steekproef

A

Eerste proefpersoon toevallig uitkiezen en daarna een bepaald patroon volgen, vb. steeds de 108e persoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gestratificeerde steekproef

A

Bij oneven verhoudingen

  • bepaald gewicht toekennen aan bepaalde cases
  • minimumaantal uit ondergerepresenteerde groep
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Betrouwbaarheidsinterval

A

Betrouwbaarheid van de steekproef berekenen ==> representatief voor hele populatie?
Doel: 95% zeker dat het interval rond het steekproefgemiddelde, het populatiegemiddelde bevat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Z- of T-scores

A

Normaalverdelingen uitgedrukt in standaardafwijkingen van het gemiddelde. Z-scores tonen aan hoeveel kans een bepaalde waarde heeft om voor te komen in de populatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Centrale limietstellingen

A

Op basis van vertekende steekproeven, toch iets zeggen over de populatie

  • de steekproefgemiddeldes zijn altijd normaal verdeeld
  • gemiddelde van steekproefverdeling = populatiegemiddelde
  • hoe kleiner s, hoe kleiner de schattingsfout
  • standaardafwijking steekproef = standaardafwijking populatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Schattingsfout

A

Afwijking tussen het geschatte gemiddelde van de steekproef en van de totale populatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Standaardfout

A

Afwijking van de steekproef tegenover de populatie.

Bepaald door de grootte van de steekproef en de standaardafwijking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly