spierstelsel Flashcards
glad spier
myocyten
elke met één kern
in bloedbaten en want van spijsvertering
onvrijwillig
transport
hartspieren
myocyten
enkele kern
gestreepte cellen
wand van hart
onvrijwillig
pompen bloed
skeletspier
myocyten
meerdere kernen
gestreepte cellen
spier van skelet
vrijwillig
beweging, steun, constante temp behouden, bescherming
+ transport naar cardio
structure skelettier
myocyt
- sarcolemma: bevat glycogeen met duizenden myofibrillen
- sarcoplasma
- sacroplasmatisch reticulum: calcium opslaan, die spieren doet samentrekken)
bundels spiervezels
omgeven door bindweefsel
omgeven door fascia
origin
bevestigd spier aan stilstaan bot
insertion
aan bewegend bot
samentrekking spier
zenuwimpuls -> ach vrijgegeven > calcium bindt met tropen > actie gaan schuiven > myosin binden aan sites > actie filamenten naar centrum van sacreren samengetrokken
myasthénia gravis
immuunsysteem valt avethylcholinereceptoren
isotone contractie
kracht beweging
isometrisch contractie
langdurig contractie zonder beweging
tetanus
frequente inspanning/stiumulatie > kan niet onstpannen > spiervermoeidheid
slow switch vezels
langzaam, veel mitochondtion , veel myoglobine (rode kleur want bloedtoevoer)
gast switch
anaeroob, snel ATP afbraak
adj van créatine
snelle uitbarsting van energie
wit want geen bloedstroom
spierdystrofie
te veel calcium > spierfalen
