infectieziektes Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

bacterieën

A

prokaryoten: zonder nucleus 1 chromo
- reproductie door binaire splitsing
- veroorzaakt ziektes zoals toxins die metabolsime remmen

  • celwand met unieke peptidoglycan molecule (antibiotica zoals peniciline werkt daarop)
  • dikke capusle doet dat antibiotica niet werkt
  • plasmamembraan
  • fimbriae: ‘haar’ voor vasthechting
  • Pilus = lange aanhangsels die DNA kunnen overbrengen van de ene cel naar de andere.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

virussen

A

niet levend zonder cel
- hebben dus een gastheercel nodig om te reproduceren > parasieten
- omvormd door capsid
- nucleine zuur (RNA/DNA die wordt gecodeerd in gast)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

prionen

A

verkeerde gevouwde eiwitdeel
veroorzaakt degeneratieve ziektes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

epidiomologie

A

studie van ziektes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

uitbraak vs epidemie vs pandemie

A

uitbraak: kleiner dan epidemie
epidemie: in bepaald gebied of periode
pandemie: wereldwijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

HIV / AIDS

A

vernieteigd T helper en macrofagen
FASE A: acute fase, geen symptomen, zeer besmettelijk
FASE B: chronische fase symptomen door lage immuunsysteem
FASE C: diagnose AIDS -> dood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

levenscylcys HIV

A

hechting cel
binnendringen
reverse transcriptie (DNA)
integratie in celkern
biosynthese en afschering (RNA)
verzameling in capside
budding (meer worden gemaakt)

gestest door antilichamen die worden gemakt na weken (soms maanden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

pathogenen

A

sommige microben zijn goed maar pathogenen zijn ziekteverwekkers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

pus

A

product van bestrijding van fagocytose
kan leiden tot abces: pus zit vast en omsluit bindweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

histame

A

verwijst bloedvaten waardoor wbc erdoor kunnen (meeste zijn te groot) > creëert pijnlijk gevoel

+bonus: afval weg en voeding in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Natuurlijk killer cellen

A

zijn geen fagocyten maar geven chemicaliën vrij die celmembraan van tumor of geïnfecteerde cellen afbreekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Natuurlijk killer cellen

A

zijn geen fagocyten maar geven chemicaliën vrij die celmembraan van tumor of geïnfecteerde cellen afbreekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

interferonen

A

waarschuwing naburige cellen voor infectie > cellen geven proteïne af om zich te verdedigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

major histocompatibilité complex (MHC)

A

fungeren als antigenen voor eigen cellen (kankercellen hebben een verschillen MHC die niet als lichaamseigen wordt herkend)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

APC (bruggen presenterende cellen)

A

tijdens verteren neemt antigen om te binden met MHC > antigen MHC compex > toont te aan de T cellen zodat ze herkennen welke cellen ze moeten aanvallen

17
Q

cytokines

A

stimuleren immuuncellen

cytotoxische T cellen zijn de enige T cellen die pathogene gaan aanvallen

18
Q

perforines

A

vrijgegeven door cytotoxische T cellen
doden zoals complementeiwitten

geven ook granzyme af

19
Q

interferonen

A

medisch behandeling: pushen defensie van cytokines

20
Q

epifereni

A

bij analytische shock: verwijdt de luchtwegen

21
Q

lupus

A

autoimmuun ziekte tast eigen weefsel ofwel huid ofwel verschillende organen (bloedvaten, longen , nieren , gewrichten, )

22
Q

reumatoïde artritis

A

auto immuunziekte tast synoviale / gewrichten aan

23
Q

entry remmers, reverse transcriptase remmers, integrale remmers en protease remmers

A

bla-bla-bla