SK 2.1 Flashcards
Wat is de vanderwaalskracht?
De aantrekkingskracht tussen moleculen.
Wat zijn faseovergangen?
Veranderingen in fasen van moleculen tussen de vaste fase, de vloeibare fase en de gasfase.
Wat zijn de kenmerken van een vaste stof op microniveau?
- De moleculen bevinden zich dicht op elkaar.
- De moleculen trekken elkaar sterk aan.
- De moleculen blijven vast op hun plaats,
- De moleculen trillen op hun plaats.
Wat zijn de kenmerken van een vloeistof op microniveau?
- De moleculen bewegen vrij langs elkaar
- Er is wat meer ruimte tussen de moleculen dan bij een vaste stof.
Wat zijn de kenmerken van een gas op microniveau?
- De moleculen bewegen met een grote snelheid kriskras door elkaar.
- De moleculen bevinden zich op een grote afstand van elkaar.
- Tussen de gasmoleculen is niets.
- Gasmoleculen botsen vaak tegen de wand van het vat. Daardoor oefent een gas druk uit.
Wat is condenseren?
Van gas naar vloeistof.
Door de vanderwaalskracht komen de moleculen in gasfase steeds dichter bij elkaar. Ze gaan nog steeds kriskras door elkaar, maar blijven dicht bij elkaar. Er is een vloeistof ontstaan.
Wat is stollen?
Van vloeibaar naar vast.
Door de vanderwaalskracht komen de moleculen in de vloeibare fase steeds dichter bij elkaar. Ze bewegen ook niet meer kriskras door elkaar, maar trillen op hun plaats. Er is een vaste stof ontstaan.
Wat is het absolute nulpunt?
De temperatuur waarbij moleculen helemaal stilstaan. Dit is -273°C of 0K.
Hoe werkt de temperatuurschaal van kelvin?
In deze temperatuurschaal komen geen negatieve getallen voor.
Hoe bereken je iets van graden Kelvin naar graden Celcius?
T (K) = T (°C) + 273
Wat hebben alle faseovergangen?
Een energie-effect.
Wat zijn de twee soorten energie-effecten?
- endotherm
- exotherm
Wat wordt er bedoeld met faseovergangen die endotherm zijn?
Faseovergangen waarbij je steeds energie moet toevoeren. (Dus waar de energie toeneemt.)
Wat wordt er bedoeld met faseovergangen die exotherm zijn?
Faseovergangen waarbij steeds energie vrijkomt. (Dus waar de energie afneemt.)
Welke faseovergangen zijn endotherm?
Smelten, verdampen en sublimeren.