RL enkelletsel functionele instabiliteit Flashcards

1
Q

Wanneer spreken we van functionele instabiliteit?

A

Als na inversieletsel restklachten blijven bestaan in de vorm van giving-way of recidiverend zwikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn signs & symptoms van functionele instabiliteit?

A
Restklachten na inversieletsel in de vorm van giving-way/recidiverend zwikken
Klachten na langdurig belasten:
- Pijn
- Zwelling
- Gewrichtsstijfheid
Acute pijn & zwelling zijn minder prominent aanwezig
Kan leiden tot:
- Ongewenst aangepast gedrag
- Afwijkend gangpatroon
- Vermijden ADL
- Problemen activiteiten op werk/sport
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn risicofactoren op ontstaan en/of voortbestaan van functionele instabiliteit?

A
Mechanische instabiliteit
Verstoorde proprioceptie
Verminderde spierkracht
Vertraagde reactietijd van spieren
Chronische synovitis
Verminderde dorsaalflexie
Inadequate wijze van omgaan met klachten + angst & onzekerheid over stabiliteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn rode vlaggen bij functionele instabiliteit

A

Drukpijn op sinus tarsi

Aanhoudende synovitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn doelstellingen bij functionele instabiliteit?

A
PT zelf leren om te doseren
Herstel van normale dynamische gaan
Herstel van actieve stabiliteit:
- Dmv coordinatie + balanstraining
- Dmv kracht + UHV
Herstel v/d bewegelijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Therapie van functionele instabiliteit richt zich allereerst op ….1… als dat genormaliseerd is, kan therapie zich meer gaan richten op …2… Er wordt stapsgewijze intensivering nagestreefd, die steeds is aangepast aan …3… Deze intensivereing vindt plaats door oefenvormen te laten oplopen in:

  • 4..
  • 5..
  • 6..
  • 7..
  • 8..

Vervolgens komt …9… aanbod die nodig zijn voor:

  • 10..
  • 11..
  • 12..
A

1) gangpatroon + ongestoorde enkelfunctie
2) activiteiten
3) Toenemende belastbaarheid
4) Moeilijkheidsgraad
5) Belasting
6) UHV
7) Dynamiek
8) Bewegingssnelheid
9) specifieke vaardigheden
10) Belastend werk
11) Belastend ADL
12) Sport

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat geef je voor voorlichting & advies bij functionele instabiliteit?

A
  • Informeer PT over te verwachten herstel
  • Instrueer PT over afstemmen v/d belasting in de ADL op geleide van belastbaarheid v/d enkel & voer belasting op aan de hand van reacties. Leg hierbij uit dat pijn, zwelling, stijfheid + functieverlies tekenen kunnen zijn van overbelasting
  • Adviseer, indien gewenst, gebruik van tape/brace/bandage bij klachten, provocerende bewegingen en/of bezigheden
  • Bespreek belang thuis oefenen, en benadruk hierbij belang van aandacht voor goed gangpatroon tijdens ADL
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat oefen je bij het oefenen van functies en activiteiten

A
Gangpatroon
Coordinatie & balans
Kracht & UHV
Snelheid
Bewegelijkheid
Tape, brace/bandage
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat doe je bij gangpatroon?

A

Streef naar symmetrisch + dynamisch gangpatroon om te voorkomen dat PT klachten overhoudt. Oefen ADL

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat doe je voor trainen van coordinatie + balans?

A
  • Oefen statisch evenwicht [balans] met toenemende moeilijkheid
  • Zorg voor opbouw van cyclische bewegingen naar niet-cyclische bewegingen
  • Gebruik evt proprioceptieve tape om PT zich bewust te maken v/d enkel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat doe je voor kracht + UHV?

A
  • Schenk bij trainen van kracht, aandacht aan lokale krachtoefeningen. Oefen in functionele situaties
  • Bouw voldoende rust- + herstelmomenten in binnen + tussen trainingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat doe je voor snelheid?

A
  • Voer snelheid van bewegingen binnen oefenen van functies + vdh op
  • Zorg voor opbouw cyclische bewegingen naar niet-cyclische bewegingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat doe je voor bewegelijkheid?

A

Oefen, na iedere toename v/d passief/actief gewonnen bewegelijkheid [dorsaalflexie] direct proprioceptie + stabiliteit om stabiliteit in gewonnen traject te verbeteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly