Regeling Flashcards
Uit welke onderdelen bestaat een regelkring?
- Sensor: meet de factor die constant moet blijven.
- Controlecentrum: ontvangt informatie en vergelijkt de binnengekomen gegevens met de normwaarde.
- Effector: zorgt voor de gewenste reactie (respons) om de normwaarde hand te haven.
Dynamisch evenwicht
Door negatieve terugkoppeling schommelt de normwaarde in een organisme rondom een bepaald evenwicht.
Signaalstoffen
Maken celcommunicatie mogelijk.
Exocriene klieren
Geven hun product af aan het uitwendige milieu via een afvoerbuis.
Endocriene klieren
Hebben geen afvoerbuis en geven hun product af aan het bloed.
Bijvoorbeeld: hormoonklieren
Steroïdhormonen
- In vet oplosbare hormonen|
- Kunnen wel de celmembraan passeren
- Binden aan hormoonreceptoren in het cytoplasma van doelwitcellen
-> het hormoon-receptorcomplex dat ontstaat gaat via een kernporie de celkern in om in het DNA genen aan of uit te zetten.
Peptidehormonen
- In water oplosbare hormonen
- Kunnen de celmembraan niet passeren
- Binden aan hormoonreceptoren op het celmembraan
- Het hormoon-receptorcomplex dat ontstaat activeert een molecuul in het cytoplasma dat vervolgens een second messenger produceert.
Second messenger
Stof in het cytoplasma dat het signaal van een peptidehormoon intracellulair doorgeeft aan een ander molecuul en zo een opeenvolging van reacties op gang brengt in het cytoplasma = signaalcascade
Hypothalamus
De neuronen produceren hormonen. De hypofyseachterkwab geeft deze hormonen af aan het bloed. En produceren releasinghormonen.
Releasinghormonen
Stimuleren de hypofysevoorkwab om hormonen af te geven.
Hypofysevoorkwab
Produceert hormonen
Hypofyseachterkwab
Geeft de hormonen die de hypothalamus produceert af aan het bloed.
ACTH
Stimuleert de bijnierschors om het hormoon cortisol af te geven bij stress.
TSH
Stimuleert de productie van schildklierhormoon, de opname van jodium door schildkliercellen en de vorming van schildklierweefsel.
Struma = te veel TSH, waardoor de schildklier groter wordt.
Thyroxine
Jodium is nodig om thyroxine (schildklierhormoon) te produceren
Te lage productie ->
Vanaf geboorte: dwerggroei en beperkte geestelijke ontwikkeling
Bij volwassenen: tragere stofwisseling met als gevolg vermoeidheid, gewichtstoename en een verlaagde lichaamstemperatuur
Te hoge productie ->
Bij volwassenen: snellere stofwisseling met als gevolg verhoogde eetlust, afvallen en een verhoogde lichaamstemperatuur.
Welke cellen produceren glucagon?
A-cellen
-> glycogeen in glucose
Welke cellen produceren insuline?
B-cellen
-> glucose in glycogeen
Diabetes mellitus
Eilandjes van Langerhans maken te weinig of geen insuline aan of de insulinereceptoren zijn niet meer gevoelig voor insuline. Glucose blijft achter in het bloed, waardoor de osmotische waarde van het bloed stijgt.
Adrenaline
Het enige hormoon met een snelle, kortdurende werking.
Secretine
Stimuleert de lever om gal te produceren.
Cholecystokinine
Stimuleert de galblaas om gal af te geven.
Centraal zenuwstelsel
De grote hersenen, kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg.
Perifeer zenuwstelsel
Zenuwen die delen van het lichaam verbinden met het centrale zenuwstelsel.
Animale zenuwstelsel
Regelt de bewuste reacties, de houding en beweging van het lichaam en reflexen.