October Flashcards
aanbevelen
*beval aan/ bevalen aan - aanbevolen
recommend
vreten
*vreet/ vreten - vrat/vraten - gevreten
het nuttigen van voedsel op een meestal onbeleefde wijze
blinken
shine
uitwringen
wring out ( to squeeze liquid from something by pressing or twisting it )
druipen
* droop/dropen - gedropen
to drip/ dripping
invalshoek
angle of view
sluipen
sneak
tasten, tastend
to grop, grouping
search blindly or uncertainly by feeling with the hands.
woedend
furious
beloond met
rewarded with
vernietigend
withering/ scornful, destructive
zachtjes
gently
doorheen
through
volksmond
wijze van spreken van het volk.
doezel
doze
cyclus - cycli
cycle
degelijk
solid, op een solide manier, in hoge mate
wekken
wake up
ontwaken
awakening
beleving
ondervinding, innerlijke ervaring
inslapen
fall asleep (in slaap vallen).
ritme
rhythm
klungelaar
bunglar (*bungle: carry out (a task) clumsily or incompetently.)
stommelen
stumble
geruststellende
reassuring
knipte aan, heeft aangeknipt
- bij het knippen aan iets vormen ; 2. met een knippend geluid in werking stellen: de lamp aanknippen.
(snaps on)
luidruchtig
noisy
smeren
smear (boterham smeren)
te horen krijgen
got to hear