Nieuwe woorden Flashcards
Ik kom uit Groningen. Ik heb er twintig jaar gewoond. (Verwijzen naar een plaats, er niet in het begin van de zin)
Jag kommer från Groningen. Jag har bott där 20 år
Ik wacht op je in de kantine. Ben je er al bjna? (Verwijzen naar een plaats, er niet in het begin van de zin)
Jag väntar på dig i kantinen. Är du där snart?
We moeten naar het gemeentehuis. Ik weet hoe we er moeten komen. (Verwijzen naar een plaats, er niet in het begin van de zin)
Vi måste till kommunhuset. Jag vet hur vi kommer dit.
Er staat een fles water in de koelkast (Er als subject, geen preciez informatie)
det står en flaska vatten i kylskåpet
Er is geen melk meer (Er als subject, geen preciez informatie)
Det finns ingen mjölk
Is er nog koffie? (Er als subject, geen preciez informatie)
Finns det fortfarande kaffe?
Gisteren is er in mijn straat een ongeluk gebeurd (Er als subject, geen preciez informatie)
Igår på min gata hände en olycka
Er is een park vlakbij (Er als subject, geen preciez informatie)
En park ligger nära
Zijn er nog tomaten? (Er als subject, geen preciez informatie)
Finns det fortfarande tomater?
Ik heb een nieuw idee om en app te ontwikkelen
Jag har en ny ide för att utveckla en app
Ik denk dat dit een app is waaring de banken geïnteresseerd zouden kunnen zijn
Jag tror att detta är en app som bankerna skulle vara intresserade i
Ze kunnen hun klanten beïnvloeden
De kan influera sina kunder
Deze app is makkelijk door de klanten te gebruiken
Denna app är enkel för kunderna att använda
zij kunnen rechtstreeks de informatie krijgen
De kan få informationen direkt
Het is ook belangrijk dat alle mensen deze app gebruiken
Det är också viktigt att alla använder denna appen
de grootste uitstoot
de största utsläppen
Daarom denk ik dat de functie niet een persoonlijke keuze moet zijn om hem te gebruiken of niet.
Därför tycker jag inte att funktionen ska vara ett personligt val att använda den eller inte.
gebruikers
användare
Bij het verder ontwikkelen van die app
För den fortsatta utvecklingen av appen
Tonen aan
Att visa på
Hij (de app) gaat ook aantonen (de app -> hij)
Den (appen) ska också visa
een duurzame levenstijl
en hållbar livstil
Ze moeten begrijpen waartoe hun levenstijl kan leiden
De måste först var deras levnadsstil kan leda till.
de app
appen
menen
att mena