Nedrlands: taalbeschouwing - zinsdelen vervangen en verplaatsen(verwijswoorden) Flashcards
1
Q
Hoe kan ik een zinsdeel vervangen?
A
Door een verweiswoord.
2
Q
Vervang de hoofdletters door een verwijswoord
“Yes, DE JUF gaat voorlezen.
A
ze
3
Q
Vervang de hoofdletters door een verwijswoord
DE JONGES wreven in hun handen.
A
ze
4
Q
Vervang de hoofdletters door een verwijswoord
Maria en Hannah gaven een stomp aan CIS EN KRIS en vroegen wat er was.
A
hun
5
Q
Vervang de hoofdletters door een verwijswoord
“Volgens ons gaat DE JUF voorlezen”, fluisterden Cis en Krister.
A
- ze
- zij