Moeilijke woorden SEC Taak 11 Flashcards

1
Q

chicaneren

A

zeuren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

farce

A

zinloze vertoning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

machiavellisme

A

zonder geweten handelen of leiding geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

pyrrusoverwinning

A

overwinning die niets voorsteld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

quarantaine

A

afgezonderd in verband met besmettingsgevaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

quasi

A

schijnbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

trauma

A

geestelijke wond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

narcistisch

A

ziekelijke liefde voor zichzelf hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

repressieve

A

onderdrukkende

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

referenties

A

personen die inlichten over je kunnen geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

iets over iemand uitschakelen

A

liquideren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

verschillende onderdelen samenvoegen

A

assembleren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

het opnemen van vocht

A

absorberen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

proberen vast te stellen waar iets is

A

traceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

in teksten schrappen of teksten verbieden

A

censureren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

herstellen na een blessure

A

revalideren

17
Q

ergens een verblijfplaats hebben

A

resideren

18
Q

een duplicaat maken

A

dupliceren

19
Q

iets aankondigen

A

annonceren

20
Q

het verhevigen van een conflict

A

escaleren

21
Q

een kink in de kabel

A

een onverwachte tegenvaller, een probleem

22
Q

ergens patent op hebben

A

ergens heel goed in zijn

23
Q

iets uit de eerste hand vernemen

A

iemand die er heel nauw bij betrokken is, vertelt je er wat over

24
Q

een houten kop hebben

A

een kater hebben

25
Q

die wet is een papieren tijger

A

lijkt af te schrikken, maar stelt niets voor

26
Q

zich in de vingers snijden

A

zichzelf benadelen

27
Q

op een vulkaan dansen

A

plezier hebben terwijl er gevaar dreigt

28
Q

op los zand bouwen

A

iets slecht voorbereid doen

29
Q

dat snijdt me door de ziel

A

dat doet me verdriet

30
Q

dat bedrijf is in de versukkeling geraakt

A

het gaat minder goed, het gaat achteruit