Les 9: Context Flashcards
Waarom speelt het begrip context een grote rol in interpersoonlijke modellen volgens Gregory Bateson?
- ‘Context’ is verbonden met een ander ongedefinieerd begrip: ‘betekenis’ -
- Zonder context hebben woorden en daden geen enkele betekenis
Voor alle communicatie is context noodzakelijk, niets heeft betekenis zonder context, en contexten verlenen betekenis doordat we ze classificeren.
Onderzoekers en clinici hebben een ‘strijd’ gevoerd met dit concept, die niet altijd in hun voordeel werd beslecht, wellicht omdat dit een erg ongrijpbaar concept is.
Geef de betekenis van ‘context’
- Context als ‘omgeving’ = vanuit een observatorstandpunt (observationele context)
- Context als‘situationele’ omgeving voor wie deelneemt aan een interpersoonlijke interactie (situationele context)
- De relationele (recursieve) context die gecreëerd wordt door de interactie zelf
- Context als onzichtbare betekenisverlenende achtergrond
- Context in een postmodern perspectief
Leg context als omgeving uit.
Context als ‘omgeving’ vanuit standpunt ‘observator’
- Vaak gebruikt: voorbeelden van Watzlawick et al. bij het begin van hun boek : “een verschijnsel blijft onverklaarbaar zolang het waarnemingsbereik niet groot genoeg is om de context waarin het verschijnsel zich voordoet te omvatten”
- Denk terug aan voorbeeld met vossen, je kon niet het aantal vossen begrijpen als je de konijnen niet meenam. Je moet breed genoeg gaan kijken
Leg Context als situationele omgeving uit.
Context als ‘situationele’ omgeving voor wie deelneemt aan een interpersoonlijke interactie
= context als elementen bevattend die invloed hebben op gedrag of betekenisverlening (‘wat bijdraagt aan de interpretatie’)
Wat is dan analoge communicatie? We stellen dat de term moet bestaan uit houding, gebaar, gezichtsuitdrukking, stembuiging, de volgorde, het ritme en de cadans van de woorden zelf, en elke andere non-verbale manifestatie waartoe het organisme in staat is, evenals de communicatieve aanwijzingen die in elke context waarin een interactie plaatsvindt, onverminderd aanwezig zijn
Leg Relationele of recursieve context’ uit.
- De relationele context die gecreëerd wordt door de interactie zelf; Coordinated Management of Meaning …
- Reflexief proces actie en betekenis, die recursief een context creëren waarbinnen bepaalde acties/betekenissen meer voor de hand liggen, en andere minder waarschijnlijk voor de hand liggend worden.
- Recursiviteit
Leg Context uit als betekenisverlenende achtergrond–human agency als engaged agency (Taylor)
Context als onzichtbare betekenisverlenende achtergrond: Taylor en ‘human agency’ = de context van waaruit je waarneemt en handelt. Wil zeggen dat je geïnvolveerd bent in de wereld en de wereld zo aan jou verschijnt omdat jij bepaalde achtergronden hebt.
Hoe we de wereld ervaren, kennen is een functie van wie en wat we zijn:
- We kunnen bepaalde frequenties van licht zien, en andere niet omwille van onze fysiologie
- We begrijpen de woorden dichtbij en veraf, of boven en beneden omdat we belichaamde wezens zijn (embodiment)
- We kunnen lezen omdat we deze techniek geleerd en geautomatiseerd hebben
- Sommige mensen zijn bang voor loslopende honden omdatze ooit door een hond gebeten zijn
- Enzovoort
Allemaal achtergronden die je niet kan zien. Situationele achtergronden zijn zichtbaar, maar achtergronden als je eigen context niet.
In de betekenis van wereld-vorming weten we dat om een stuk metaal te kunnen interpreteren als een munt - dat wil zeggen als geld - er een betekenisgevende context of levensvorm moet zijn. Dit is altijd verweven met persoonlijke achtergronden, en dat is de reden waarom we de persoon zijn of haar zelfinterpretatie nodig hebben en we dus zonder ernaar te vragen, of zonder dat iemand het ons zegt, niet kunnen weten wat geld nu voor hem of haar betekent.
Leg Context in een postmodern perspectief uit.
In het postmoderne denken worden tekst en context steeds opnieuw aan de orde gesteld. Het is een wijdverspreide gedachte dat de gesproken taal duidelijk afhankelijk is van een specifieke context terwijl de geschreven taal zich daaraan zou onttrekken. Men doet alsof het schrijven een eeuwigheidswaarde heeft, een onveranderlijke essentie belichaamt. In het postmoderne denken is een dergelijk contextvrije, essentialistische, ahistorische visie op de tekst onhoudbaar. De tekst is doordrongen van een context die zowel in de ruimte als in de tijd voortdurend verandert. Zo blijft degene die de tekst heeft geschreven, de ik-figuur, niet dezelfde door de eeuwen heen. Hij ofzij wordt door een zich steeds wisselende context ‘besmet’, veranderd, of getransformeerd.
Geef enkele voorbeelden van het ‘worstelen’ met context.
Met deze verworven achtergrond (context!) kritisch kijken naar de double bind theory, (bepaalde opvattingen van) hechting en emoties (SSE)
Telkens vanuit de eerste betekenis van context: context als ‘omgeving’ voor een observator. = het verbreden zoals beschreven in Pragmatics of human communication
We zien Konrad Lorentz ‘gek’ doen. Als we de bredere omgeving waarbinnen hij handelt uit het oog verliezen of niet kennen of niet in rekening brengen, dan gaan we smal contextualiseren: we verklaren de verschijnselen vanuit wat we wel zien = een persoon die gek gedrag stelt en concluderen dan dat er iets aan deze persoon scheelt: we plaatsen de verklaring voor het gedrag in de persoon
Voorbeelden
1. double bindende ‘schizofrenogene moeder’
2. hechting en context
3. een interpersoonlijke kijk op “emoties”
Leg voorbeeld 1: double bindende ‘schizofrenogene moeder’ uit ifv het worstelen met context
De onderzoekers van het Mental Research Institute worstelden met context toen ze hun poogden een verklaring te bieden voor schizofrenie vanuit een communicatieopvatting
Wat bedoeld was om de context (of de ‘omgeving’ breder in rekening te nemen) kwam als
eenboemerang in het gezicht van de moeder (!) en dus van de auteurs terecht
Bateson : double bind (dubbele binding) = verwijst naar een situatie waarin
1. Een persoon geconfronteerd wordt in relatie met twee tegenstrijdige of onverzoenlijke
boodschappen of eisen. [bijvoorbeeld: moeder zegt heel boos: ‘ik zie je graag’.; ‘Je moet
zelfstandiger worden’, maar bij elke poging daartoe komt de boodschap: ‘je mag mij niet in de steek laten’.]
2. De persoon krijgt deze eisen of boodschappen van een persoon die boven hem of haar staat, zoals een opvoeder of ouder
3. De persoon is zich niet bewust van de paradoxaliteit van de situatie
4. De persoon kan niet ontsnappen aan de situatie, heeft geen middelen om er abstractie van te maken, er bovenuit te stijgen, of eruit te stappen
Geef de moeilijkheid van voorbeeld 1 double bindende ‘schizofrenogene moeder’
schizofrenie wordt ook hier verklaard vanuit een smalle en zichtbare ‘omgeving’. De
verklaring wordt niet meer gezocht ‘in’ de persoon, maar in de ‘interpersoonlijke relaties’ Het grote probleem hiermee is dat mensen, inclusief psychologen, vaak geen onderscheid maken tussen ‘een communicatief aandeel hebben’, in de zin van ‘er voor iets tussen zitten’, ‘er iets mee te maken hebben’ en ‘schuld hebben’ In de wereld van de ‘ervaring’ ontstaat dan heel vlug de neiging om de moeder of het gezin te zien als de oorzaak=schuld van wat fout loopt De term ‘schizofrenogene moeder’ bestond al
Leg Voorbeeld 2: hechting en context uit ifv worstelen met context
Kinderen die een veilige hechting ontwikkelen met hun zorgfiguren doen het beter in het leven dan die kinderen die dit niet doen Veilige emotionele gehechtheid
↔ouders zijn afgestemd op hun noden
↔ouders zijn responsief: gaan op de signalen in die noden signaleren
Kinderen leren dat hun ouders een veilige basis vormen van waaruit zij de wereld kunnen verkennen
Bowlby bedacht concept: hechtingsgedrag (attachment behaviour)
- Genetisch geprogrammeerd - Essentieel voor het overleven van de soort - - - -
- Wordt opgeroepen in kinderen tussen 6 maanden en drie jaar als ze met gevaar geconfronteerd worden
- Kinderen zoeken de nabijheid van hun zorgfiguren
- Eens getroost/gerustgesteld kunnen ze verder de wereld rond de zorgfiguur verkennen
- Deze cyclus herhaalt zich telkens het kind een dreiging ervaart en hun hechtingsnoden voor tevredenheid, geruststelling (safety) en veiligheid (security) geactiveerd worden
- Na meerdere herhalingen van deze cyclus ontstaan interne werkmodellen van hechtingsrelaties gebaseerd op de manier waarop zorgfiguren met deze noden ofsignalen zijn omgegaan
- Interne werkmodellen zijn cognitieve relatiekaarten (relational maps) die als een sjabloon dienen voor de ontwikkeling van latere intieme relaties.
- Interne werkmodellen maken het mogelijk om te voorspellen hoe men zelf en hoe anderen zullen reageren in relaties
4 hechtingsstijlen volgens Mary Ainsworth
Wat zijn de 4 hechtingsstijlen volgens Mary Ainsworth?
- Securely attached
- Anxiously attached
- Avoidanly attached
- Children with disorganized attachement
Geef de Contextuele benadering van Crittenden
Iemand die veel onderzoek gedaan heeft naar hechtingsgesrag vanuit contextuele benadering.
Crittenden stelt dat onderzoek bevestigt
1. Kinderen in situaties met een hoog risico zijn minder vaak veilig gehecht zijn dan kinderen die in gunstiger omstandigheden leven en opgroeien
2. Contextuele factoren zijn van groot belang = gezinnen waar gevaar is, armoede, psychopathologie bij de ouders, verblijven in een instelling, enzovoort
Als men de stap zet van
A. de vergelijking van kinderen in risicosituaties met kinderen in gunstige omstandigheden,
waarbij men constateerde dat de eerste groep niet veilig gehecht was
Naar:
B. een onderzoek naar de eigenschappen van contexten die verschillende effecten hebben op de mentale en gedragsorganisatie van kinderen en de strategieën die kinderen gebruiken in bedreigende situaties
Dan wordt de vraag: Hoe reduceert de strategie van het kind het gevaar?
Leg Voorbeeld 3: een interpersoonlijke kijk op “emoties” ifv worstelen met context uit.
Emoties worden vaak opgevat als behorend tot de gedecontextualiseerde binnenwereld van mensen (dingetjes die binnen in iemand zitten)
Descartes: emoties zijn ideeën in de geest van de mens.
Vanuit interpersoonlijke psychologie echter: emotieszijn interpersoonlijke fenomenen.
Veel artikels moeten schrijven en onderzoek moeten doen om aan te tonen dat emoties
interpersoonlijke fenomenen zijn. Dat je de interpersoonlijke context mee in rekening moet nemen om te begrijpen wat emoties te zijn.
Geef de Probleemstelling Rimé.
- Emotieregulatie bij kinderen wordt algemeen erkend als een interpersoonlijk proces, sinds de komst van de hechtingstheorie -
- Maar, als het over volwassenen gaat, dan wordt emotieregulatie niet langer als een interafhankelijk gebeuren gezien
In psychologisch onderzoek wordt het gezonde individu grotendeels gezien als iemand die “op zichzelf staat, onafhankelijk en zelfredzaam is, in staat is zichzelf te doen gelden en zijn omgeving te beïnvloeden”
De huidige opvattingen impliceren dus dat individuen in de loop van hun ontwikkeling hun sociale afhankelijkheid elimineren Om volwassen te worden, moeten individuen aantonen dat ze in staat zijn om aanpassingsproblemen te reguleren, onafhankelijk van externe interventies Een dergelijke veronderstelling past bij de heersende waarden van de westerse psychologische wetenschap die autonomie en scheiding hoger waarderen dan het relationele
Wat zegt Rimé Bernard Rimé nog?
- Interpersoonlijke processen zijn bij kinderen ontwikkelingspsychologisch noodzakelijk om tot emotie regulatie te komen - -
- Interpersoonlijke processen blijven belangrijk in functie van emotieregulatie bij de verdere ontwikkeling als volwassene
- SSE (social sharing of emotions) zorgt voor verdere ontwikkeling van collectieve kennis en representaties én voor samenhorigheid in sociale netwerken !!!!
Eigenlijk zegt hij: we hebben als volwassenen een collectieve kennis en collectieve voorstelling vd wereld en leven in sociale netwerken waarin samenhorigheid is en emoties(en vooralsocial sharing) zorgt voor verdere ontwikkeling van die kennis en verstevigd ook netwerken. Gaat niet enkel zeggen dat bij kinderen interpersoonlijke processen belangrijk bij emotieregulatie, is ook zo bij volwassenen, gaat ook aantonen dat het delen van iemands emoties ook de culturele kennis en samenhorigheid bevordert. Is iets heel anders dan zeggen dat emoties in iemands hoofd zitten.