les 9 Flashcards

1
Q

omstandigheden waarin een hartstilstand kan optreden (3)

A
  • hartinfarct
  • hartblok
  • verstikking
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

3 symptomen hartstilstand

A
  • binnen enkele seconden diepe bewusteloosheid
  • soms gedurende eerste minuut epilepsie achtige krampen
  • ademstilstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat gebeurd er bij astma?

A

vernauwing van de bronchiën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hartcyclys bestaat uit 2 periodes

A
  • diastole

- systole

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

diastole

A

hartkamers vullen zich met bloed uit de boezems –> laagste druk die tijdens iedere hartcyclus bereikt wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

systole

A

linker kamer stort inhoud uit in de aortha –> hoogste druk die tijdens iedere hartcyclys bereikt wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

factoren die hoogte bepalen van de hartslag(2)

A
  • slagvolume van het hart

- elasticiteit aortha en grote arteriën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

bloeddruk kan aangepast worden door;

A
  • neuronale factoren
  • hormonale factoren
  • lokale factoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

bijwerkingen van medicatie hypertensie

A
  • xerostomie
  • pijnlijke of gezwollen parotis
  • gingivahyperplasie
  • vertraagde wondgenezing
  • prikkelhoest
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

syncope

A

voorbijgaand bewustzijnsverlies door tijdelijk verminderde bloedstroom naar de hersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

shock

A

verlaagde arteriële bloeddruk en veralgemeende stagnatie van de bloeddoorstroming in capillairen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

shock soorten (5)

A
  • hypovolemische shock –> laag hartritmevolume door onvoldoende bloedtoevoer naar het hart
  • septische shock –> bij weefselinfectie
  • cariogene shock –> ontstaat door falen van de pomp van de linkerventrikel
  • neurogene shock –> bij beschadiging van ruggenmerg
  • analfylactische shock –> door systemische type 1 overgevoeligheidsreactie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly