Leren en Werken Flashcards
de opleiding, de opvoeding
la educación
de school
el colegio, la escuela
naar school gaan
ir al colegio / a la escuela
het klaslokaal
la (aula de) clase
de middelbare school, het instituut
el instituto
el liceo
de universiteit
la universidad
de leerling/leerlinge
el/la alumno /a
de student / studente
el/la estudiante
leren, studeren
estudiar
de studie, het verslag
el estudio
de studie, de opleiding
los estudios
de docent (e)
el/la profesor -a
de klas, het lesuur
la clase
naar de les gaan
ir a clase
(aan)leren, onderwijzen
enseñar
uitleggen
explicar
schrijven
escribir
met de hand schrijven
escribir a mano
het thema, het onderwerp
el tema
het voorbeeld
el ejemplo
bijvoorbeeld,
bijv.
por ejemplo,
p. ej.
weten, kunnen
saber
Frans beheersen
saber francés
leren
aprender
(zich) herinneren
recordar
vergeten
olvidar
iets vergeten
olvidarse de algo
het geheugen
la memoria
toetsen
examinar
het examen, de toets
el examen
het huiswerk
los deberes
de schriftelijke/mondelinge toets
el examen escrito / oral
zakken voor een examen
suspender un examen
slagen voor een examen
aprobar un examen
de toets, de test
la prueba
het (school)cijfer
la nota
correct, juist
correcto
niet correct, onjuist
incorrecto