Leerdoelen - neurologie - vraagjes en inzichtsvragen Flashcards

1
Q

Waar bevinden zich de neuronlichamen (pericarya) die in het ruggenmerg gelegen
zijn?

A

Grijze stof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar bevinden zich de neuronlichamen (pericarya) die buiten het centrale
zenuwstelsel gelegen zijn?

A

Vertebrale ganglia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar bevinden zich de neuronlichamen (pericarya) waarvan de axonen de n.
musculocutaneus vormen?

A

Spinale ganglia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar bevinden zich de neuronlichamen (pericarya) van de preganglionaire
sympatische zenuwen?

A

Ganglia trunci sympathici

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bij een kat is de verticaal-spleetvormige pupil van het linkeroog naar mediaal
verplaatst ten gevolge van een zenuwverlamming. Welke zenuw is uitgevallen?
Welke spier is uitgevallen?

A

m. rectus lateralis – n. abducens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Een koe ligt in beiderzijdse spreidstand van de achterhand ten gevolge van een
zenuwverlamming. Welke zenuwen zijn dan uitgevallen?

A

Adductoren dus n. obturatorius

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke zenuw komt niet uit de hersenstam

A

nn. olfactorii - I

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke zenuw duidt het rostrale begin van de hersenstam aan

A

n. opticus - II

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke zenuw komt uit het mesencephalon tevoorschijn

A

n. oculomotorius - III

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke zenuw verlaat de hersenstam dorsaal

A

n. trochlearis - IV

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke hersenstam komt zijdelings van de pons tevoorschijn

A

n. trigeminus - V

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke hersenzenuw treedt uit de hersenen tussen het corpus trapezoideum en de pyramis

A

n. abducens - VI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

De n. vertebralis

A

is een postganglionaire zenuw

begint in het ganglion cervicothoracicum s. stellatum en loopt naar de derde tot achtste halszenuw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Het ganglion stellatum

A

is een vertebraal ganglion

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

De nn. pelvini

A

staan in voor de parasympatische innervatie van de bekkenorganen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

In welk hersensegment liggen

A
  • Zijventrikels - centrum van de grote hersenhemisferen
    - Derde ventrikel - diencephalon
    - Vierde ventrikel - voorste deel, metencephalon - achterste deel, myelencephalon
17
Q

Welke ventrikels worden de aquaeductus met elkaar verbonden

A

3e en 4e hersenventrikel

18
Q

Cerebrospinale vloeistof

A
  • Waar gevormd - in de 4 plexus choroidei
    - Waar gelegen - hersenventrikels
    - Waar afgevoerd - granulationes arachnoidealis
    - Waar treedt zij uit de hersenen - verlaat de hersenventrikels via 3 openingen in de wand van de 4e ventrikel