Internationaal arbeidsrecht Flashcards

1
Q

Wat vormt de basis van het internationale recht?

A

Alle verdragen tussen de Europese staten vormen de basis voor het internationale recht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke twee verdragen leggen de basis voor het Europese recht?

A
  1. Het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU, Maastricht)
  2. Het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU, Rome)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke inhoud bevat het VEU?

A

Het VEU beschrijft hoofdlijnen van de organisatie, bevoegdheden, doelstellingen en beleid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat beschrijft het VWEU?

A

De VWEU is een uitwerking van het VEU

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke drie bevoegdheden zijn er?

A
  1. Exclusieve bevoegdheden
  2. Gedeelde bevoegdheden
  3. Coördinerende bevoegdheden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wie heeft de exclusieve bevoegdheden?

A

Alleen de EU is bevoegd, lidstaat niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wie heeft de gedeelde bevoegdheden?

A

Lidstaat zelf, tot EU zich mengt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wie heeft de coördinerende bevoegdheden?

A

Lidstaat zelf, EU ondersteunt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarvoor zijn de Europese richtlijnen?

A

Europese richtlijnen zijn gericht aan de lidstaten, deze dienen de nationale wetgeving in overeenstemming te brengen met de richtlijnen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarvoor zijn de Europese verordeningen?

A

Europese verordeningen scheppen rechtstreeks rechten en plichten voor de rechtssubjecten in de lidstaten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke vier vrijheden zijn er binnen de EU?

A
  1. Vrij verkeer van goederen
  2. Vrij verkeer van personen
  3. Vrij verkeer van diensten
  4. Vrij verkeer van kapitaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke 7 instellingen heeft de EU?

A

Europees Parlement
Europese Raad
Raad van de Europese Unie
Europese Commissie
Hof van Justitie van de Europese Unie
Europese Rekenkamer
Europese Centrale Bank

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een internationale arbeidsovereenkomst?

A

Een arbeidsovereenkomst tussen een werkgever uit een ander land dan de werknemer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat regelt de Wav?

A

De Wet arbeid vreemdelingen regelt het werken van mensen met een niet-Nederlandse nationaliteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat regelt de EU-detacheringsrichtlijn?

A

De EU-detacheringsrichtlijn beschermt rechten van werknemers die tijdelijk in een andere lidstaat werken. Op deze manier behouden zij hun basisrechten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat regelt de EU-Verordening Rome I?

A

De Rome I Verordening bepaalt welk nationaal recht van toepassing is op contractuele verplichtingen binnen de EU.

16
Q

Wat regelt de Brussel I Verordening?

A

De Brussel I Verordening regelt welke lidstaat bevoegd is om juridische geschillen te behandelen bij grensoverschrijdende zaken binnen de EU.

17
Q

Hoe wordt bepaald welk recht wordt toegepast in geval van een internationale arbeidsovereenkomst?

A

Dit wordt contractueel vastgelegd en is aan de beide partijen.

18
Q

Welke inhoud heeft de Verordening Rome I

A
  1. Mag niet leiden tot minder bescherming van mw
  2. Zonder rechtskeuze geldt het recht van waar de mw gewoonlijk werkt.
  3. Bij werkzaamheden in meerdere landen geldt het recht van het land waar de medewerker in dienst is genomen.
  4. Indien er geen uitsluitsel komt kijkt rechter naar het nauwst verbonden land.